van de beek werd teruggevonden en mi een -eervolle rust op
Velzerbeek geniet. t Is niet bepaald noodig, deze twijfelachtige
merkwaardigheid te gaan beschouwen. Liever gebruiken wij onzen
tijd , om niet al te haastig den fraaijen weg te bewandelen, die
längs de rasters der plaats leidt en aan de andere zijde een kleine
vlakte beeft, van ouds h e t Ye l z e r h e i t j e , door de bosschen
van Me e r v l i e t , W a t e r l a n d en B e e k e n s t e i n begrensd.
E ik en , door wier loover het zonlicht speelt, dat weg en stammen
met tintelende lichtstrepen overgiet, breiden hun takken als een
gewelf over ons uit. Woester wordt het landschap, naarmate wij
de duinen naderen, wier voorsprongen hier diep in de zandige
vlakte dringen. T o l s d u i n en H o o g e r g e e s t zijn gesloopt. Een
weide hier, een paar lanen ginds, een ver.wilderd boschje daar,
is er van over. S c h o o n e n b e r g , met zijn n ieuwllwitte villa
en zijn sparrenlaan, is de eenige, gansch verjongde vertegen-
woordiger der voormalige buitenverblijven en eenigermate een
oase in de wildernis. Gesloopt is het aanzienlijke Mi d d e l o o ,
met zijn vorstelijke huizinge, tot voor omstreeks 25 ja re n d e tro ts
van den omtrek. Gesloopt het prächtige We s - t er v e l d , met zijn
digte bosschen aan den voet en tegen de hellingen der hooge
zandheuvels. H a g e v e l d werd van een buitenplaats een semina-
rium e n , na de verplaatsing van die inrigting naar Voorhont, een
boerderij; A us p i c i i s e t t e l i s , een kerkhof. De buurschap D r i e-
h u i z e n verloor den krans van landhuizen, die haar eertijds om-
ringde, en het Roomsche kerkje, dat er nog sta a t, heeft niets opmer-
kelijks. Toch heeft de landstr'eek nog bekoorlijks genoeg, en wij
doen wel, als wij onze rigting längs de duinen blijven houden , ook
als de wending van den kunstweg bij den toi ons misschien on-
willekeurig daarvan zou afleiden. Vergenoegen wij ons met een’
blik uit de verte op het hooge gebouw met zijn’ fabriekschoor-
ste en, dat thans het h u i s t e V e 1 z e n heet. Daar stond de
oude V e l s e r b u r g , maar wij zouden er vruchteloos een’ steen
van de oude muren, of zelfs een overblijfsel van het latere
heerenhuis zoeken. Wij moeten de spoorbaan oversteken. W e s t
e r v e l d heet de sierlijke villa daar voor ons, zoo indrukwekkend
door het hooge donkere. hont en het hooge ernstige d u in ,
waaronder het ligt. De naam, maar ook de naam alleen en
vermoedelijk een deel van het bosch, herinnert aan den trot-
schen lusthof, die in ’t begin dezer eeuw met Middeloo
vereenigd, en in het midden er van met Middeloo gesloopt werd.
Naar ’t oorspronkelijk plan zouden wij op deze hoogte het Noord-
zeekanaal hebben gevonden. Voorbij Spaarndam en Santpoort,
dwars door het bosch van Dui n - en K r u i d b e r g , even bezuiden
het h u i s t e Ve l z e n zou het geloopen hebben. Thans vinden
wij in die rigting, terzijde van onzen ru llen , maar schilderachtigen
zandweg, een’ zijtak van den spoorweg voor de zandtreinen en
een uitlokkend pad, dat ons onder ruige struwelen naar boven
zou voeren. Weldrahebben wij de uitgestrekte bosschen van D u i n en
K r u i d b e r g nevens ons. Die witte boerderij in het weiland
aan den zoom van het hout‘, is .het oude prinselijke jagthuis,
waar in 1688 tot den togt naar Engeland moet zijn besloten.
Het P r i n s e n b o s c h zelf vormt, met de oude buitenplaats Dui -
n e n b e r g vereenigd, tegenwoordig een der fraaiste en grootste
landgoederen, waarop de zoo rijk begunstigde omtrek van Haarlem
mag roemen. Van zijn b e l v e d e r e is het uitzigt ruim en
rijk, onder zijn lange lanen, in zijn digte boschjes, op zijn be-
groeide duinen, is overvloed van natuurschoon te genieten. Het
waterwerk voor het huis weerspiegelt de trotsche toppen van
krachtige boomen. De landweg längs het goed, onder statige eiken,
geeft veld- en duin- en boschgezigten in rijke verscheidenheid.
En als wij n u , tusschen de verwaarloosde lanen van het half
gesloopte M i d d e n d u i n en de schoone woudpartijen van het
meuwe J a g t l u s t het zandspoor volgen, dan zien wij weldra
de verweerde toppen van den B r e d e r o d e en het beschaduwde
voorplein van het vriendelijk V e l z e r e n d , waar wij den tijd
kunneu afwachten, om onzen togt aan ’t Station S a n d p o o r t
te eindigen.