die tegelijk met de worstelende vogels en scheiden de strijdenden.
De valk ontvangt een stuk vleesch tot loon. De reiger wordt
losgelaten, met een zilveren plaat om den h a ls, waarop vermeld
Staat, wanneer en waar hij gevangen werd. Zoo versierd kan hij
vrijelijk heengaan naar zijn nest, om aan zijn hongerend gezin te
verhalen van den doorgestanen doodsangst en rekenschap te geven
hoe het k omt, dat h ij, in plaats van den vurig verlangden visch,
dat zonderling blinkende tooisel meebrengt.
Tusschen de jaren 1839 en 1850 was dit adellijk vederspel
in zwang. De verkoop en ontginning van de O r d e r ma r k
maakte het sedert onmogelijk op de heide, die ook in de dagen
der prinsen van O r a n j e en van den ridderlijken K a r e l v a n
E g m o n d zoo vaak dit boeijend en opwekkend schouwspel had
gezien.
Ons pad door d e n N i e u w e E n g geeft ons niet veel meer
te zien. De naam zelf duidt aan, dat wij er tamelijk hoog gelegen
bouwlanden vinden en wel betrekkelijk van nieviwe dagtee-
kening, in cultuur gebragt toen de Ou d e E n g voor de steeds
toenemende bevolking van Apeldoorn te klein begon te worden.
Het goede werk der ontginning, jaar op jaar voortgezet, verändert
hoe langer hoe meer de gedaante der landstreek. Nieuwe
huizen worden gebouwd längs de oude heisporen; aanplantingen
van dennen dringen de grenzen van het woeste veld hoe langer
hoe meer achteruit j akkers, met boekweit, rogge of aardappels
beteeld, nemen langzamerhand de plaats van bremstuik en erica
in ; zelfs doorsnijdt een spoorweg de vlakte, om het koninklijk
lustpaleis met het Station Apeldoorn te verbinden. Wij zouden
nu niet meer den indrulc ontvangen, dat wij over een uit-
gestrekte Germaansche begraafplaats wandelen. Toch was eens
deze heide tot aan de bosschen van h e t L o o toe en tot ver
achter het tegenwoordige dorp met grafheuvels bedekt. Menige
urn, met verbrande menschenbeenderen gevuld, werd bij het
siechten van hoogten en bij het graven van fundamenten gevonden.
Ook bij het bouwen van de tegenwoordige Hervormde kerk kwamen
zij in grooten getale voor den dag. Eiders ontbrak het niet aan
houtskool en beenderen, zamen gepakt, maar niet in een lijkbus
besloten. En dat tot in den Karolingischen tijd hier dooden
werden ter rüste gelegd, dat bewees een fraai bewerkt vaasje,
met gekleurde glazen koralen, in de nabijheid van een zevental
Germaansche graven opgedolven. Enkele terpen zijn nog overge-
bleven en met een’ goeden gids zouden wij misschien ook de
overoude aarden wallen en grachten nog wedervinden, die, even-
als de Drenthsche „legerplaatsen” of „wildgraven” , tot lijkpleg-
tigheden bestemd schijnen te zijn geweest. Welligt stond hier in
de nabijheid d e z u i l v a n U r t h , de godin, die bij de volks-
vergaderingen en heimalen het toezigt hield. Uit T J r t h u n -
s u l a , zooals de naam der marke in 855 gespeld wordt, meent
men althans die gissing te mögen opmaken, en niet ver van
h ie r, thans aan den anderen kant van den Oosterspoorweg , treft
men in een akkermaalsbosch de overblijfselen aan van het oude
E n g l a - n d e r h o l t , dat reeds in het jaar 801 wordt genoemd
en eeuwen lang de klaarbank der Veluwe was. Wij zijn hier
dus op klassieken bodem, in een der belangrijkste middelpunten
van het maatschappelijk leven onzer voorgeslachten, waar wij
binnen een’ kleinen omtrek de sporen hunner begraafplaatsen,
hunner offerplaats, hunner gerigtsplaats aantreffen. Er is echter
niet genoeg van overgebleven, om een opzettelijk bezoek te regt-
vaardigen, en zoo deze herinneringen ons bezighouden, terwijl
wij de O r d e r m a r k doorkruisen, wij behoeven ons daardoor
niet te laten afleiden van den naasten weg tot ons doel.
Dat doel is Apeldoorn. Maar om werkelijk den naasten weg
te kiezen, mögen wij wel rekening houden met de plaats onzer
bestemming. ’t Maakt een niet onbelangrijk verschil, of wij in
het H o t e l A p e l d o o r n bij het Station, dan wel in d e N i e uw e
K r o o n aan het andere einde van het dorp, onzen intrek hebben
genomen, want Apeldoorn is een zeer üitgestrekt dorp en wij
hebben wel niet veel minder dan een half uur noodig, om het