oesterput, voor weinig jaren aangelegd, dan hebben w i j ’t voor-
naamste van den Helder en wat daarbij beboort, altbans opper-
vlakkig bezien. Stellig is dit onze in d ru k , gelijk het die van
H a v a r d was, dat deze voorhaven van Amsterdam in geenen
deele onder de (/villes mortes” is te rekenen. Wij zagen er de
teekenen van kraohtig leven, van weligen wasdom.
Zal dit zoo blijven? Of zal, na kortstondigen bloei, lange
kwijning volgen en is de tijd niet ver mear, dat ook de Helder
tot de //verstorven steden” behoort?
De teekenen der tijden zijn voor den Helder niet zeer be-
moedigend. ’t Laat zieh aanzien, dat de dagen van zijir-grootste
welvaart geteld zijn. Als de oorlogshaven des lands bij uitnemend-
heid, als de voorhaven van het magtig Amsterdam, genoot en
geniet de Helder nog belangrijke voordeelen. Maar de omstan-
digheden zijn veranderd sinds de commissie, in 1807 door ko-
ning Lodewijk benoemd, de voortreffelijkheid van den Helder ter
vestiging van een groot établissement uit een militair oogpunt
mögt betoogen, — zelfs welligt sinds de laatste vijfentwintig
ja re n , toen nog aan de onaantastbaarheid van den Helder zoö
vast werd geloofd, dat allerlei kostbare inrigtingen er bij voort-
during werden tot stand gebragt, ’t Is een vraag, waarover zelfs
een leek wel eens nadenkt, of het landsbelang toelaat, zooveel
onontbeerlijke benoodigdheden voor de oörlogsvloot en een goed
deel van die vloot zelve te laten blijven op een plaats, die zoo-
zeer aan een’ aanval uit zee en aan een bombardement door de
vijandelijke schepen is blootgesteld, d ie , bij een geslaagde landing
in N. Holland, terstond van het hart des lands is afgesneden.
Maar afgeziön hiervan, ook al werden de forten in zulk een’
staat gebragt en de kustverdediging zöö geregeld, dat het Marineetablissement
veilig in den Helder blijven kon, het andere drei-
gende gevaar is niet meer af te wenden. . . . de mededinging van
het No o r d z e e - k a n a a l . Yisscherij zal een belangrijke bron van
bestaan blijven, als althans tegen vernieling van den visch op de
Zuiderzee doeltrelfende maatregelen worden genomen. Een aantal
schepen uit het Noorden en uit de Oostzee zullen de haven blijven