veränderen, als vrede heerscht, of de krijgskunst den versterkten
bürgt magteloos inaakt, het middeleeuwscbe slot in de deftige,
ouderwetsohe heerenhuizinge overgaat.
Een deftige, ouderwetsche heerenhuizinge is thans ook de
K a n n e n b u r g , maar het voorkomen van een oud kasteel heeft
het nog in zijn drietal torens en in zijn breede gracht behouden.
Yeranderingen en verbouwingen heeft het menigmaal ondergaan
en er zal wel niet veel meer over zijn van het muurwerk, dat
in 1372 den grave van B l o i s met het leger der H e e ck e r e n s
gedurende acht dagen tegenstand bood en eerst zes jaar daarna
weer aan den wettigen landvorst, Wi l l em van G u l i k , werd
ingeruimd. Sinds lang zou het geen’ vijandigen aanval meer heb-
ben kunnen weerstaan, al was het sterk genoeg, om de gevaar-
lijke en vermetele landlcropersbenden ontzag in te boezemen, in
de vele. ja re n , toen Heidens en vagebonden de Veluwe afliepen
en met name den omtrek van Vaassen onveilig maakten. Waag-
den de gewapende stroopers 't herhaaldelijk, in de boerenwo-
ningen en de afgelegen landhuizen in te breken, of met bedrei-
gingen der verstrooide bevolking geld en sieraden, eetwaren en
kleedingstukken af te persen, de bewoners van den K a n n e n b
u r g hadden niets van hen te vreezen, en onder de kostbaar-
heden, naar de volksoverlevering, in de diepe kuilen waar de
Heidens huisden verborgen, zal wel geen goud en zilver zijn
geweest, uilj deze sterke inuren met geweld geroofd. In zööver
bleef nog tot diep in de 18de eeuw de vaste bürgt van weleer
aan zijne oude bestemming getrouw.
B it het dorp leidt een fraaije laan naar het slot. Hoeveel
hout er ook viel, nog prijken hier hooge, fiere beuken, wier
blanke stammen krachtig tegen den donkeren ächtergrond afste-
ken en zware kastanjes, wier breed uitgeslageir takken een kroon
van digt gebladert dragen. De duiventorep* in het weiland daar
ginds herinnert aan een der aloude regten van het- adellijk goed,
en de beek, die in haar driftig voortspoeden bij de eerwaardige
linde kletterend naar beneden stört, spreekt van een der uit-
nemendste schoonheden dezer landstreek, — haar’ overvloed aan
helder, stroomend water. Weldra hebben wij de buitengracht
bereikt, die den boomgaard en de singels van het kasteel om-
ringt en spoedig ligt de brug naar het voorplein nevens ons.
Het hooge, trotsche hout van ’t met rasters afgesloten park ver-
heft zieh naast en achter de mim e, deftige stalgebouwen, aan
weerskanten van den voorhof gesticht, en regt tegenover de brug
ligt het zware, ernstige kasteel. Zijn ligging heeft aanmerkelijk
verloren, sinds het niet meer uitkomt tegen de prächtige eiken,
die vroeger den achtergrond vormden, maar tegen de kale vel-
den en de lucht daar boven. Zijn strenge lijnen zijn niet ver-
anderd| ; maar de indruk van ’t geheel is voor een goed deel
verstoord. Wij dienen ’t ons te getroosten, al mögen wij ’t be-
tre u re n , en onverdeeld wijden wij onze aandacht aan het merk-
waardige gebouw zelf.
Een vaste, steenen b ru g , die men längs eenige treden be-
kl imt , leidt naar het hu is, waaraan vooral de groote, Vierkante
to ren , voor het front ver vooruitspringend, opmerkelijk is. Vijf
verdiepingen hoog, rijst hij regt uit de gracht omhoog. Rijk
versierd is de voorgevel met lijstwerk, pilasters, festoenen, bogen
om en nevens de vensters, met wapenschilden boven het groote
benedenraam en het beeid van een’ geharnast krijgsman, met
een banier in de hand, in de bovenste verdieping, alles helder
wit van kleur, in scherp contrast met den donkeren baksteen.
Thans draagt de toren op zijn plat een’ achtkanten koepel, met
den stijl van ’t geheel kwalijk in overeenstemming. Maar dat. is
niet de schuld van den oorspronkelijken bouwmeester, die het
muurwerk liet eindigen in vier puntgevels en daartusschen een
fraaije spits met sierlijken knop had geplaatst. Zoo vertoonde
het statige gevaarte zieh veel minder gedrukt, dan in zijn tegen-
woordige gedaante. De man met de banier moet, naar men z e g t,
Ma a r t e n van R o s s em voorstellen. Inderdaad heeft d e K a n n
e n b u r g dezen geduchten veldheer toebehoord en zijn naam