
Ill
IE
I
voor korten tijd nog alleen te raadplegen kaart van
Borneo’s Westkust, schaal 1 ¡500000, in 1870 samen-
gesteld door Carlinsky von Carlowitz, liet toch van het
Sdmitau’sche territoir het grootste deel erg blank, een
maatregel, waartoe de overigens verdienstelijke samen-
steller door onbekendheid met de voor te stellen land-
streek wel verplicht was en die zeker niet genoeg kan
worden gewaardeerd.
Gelukkig behoort voor West-Borneo de periode der blank
gelaten of gefantaseerde kaarten geheel tot het verleden
en zijn wij thans in het bezit eener topographische kaart,
die zeker in de eerstvolgende tientallen van jaren aan alle
billijke eischen zal voldoen 1).
Voor zooverre bekend, werd echter nog geene aard-
rijkskundige beschrijving van S&nitau gepubliceerd en het
is dus zeker niet van belang ontbloot hier het een en
ander betreffende de topographie van die onderafdeeling
mede te deelen.
To t eene meer gemakkelijke raadpleging, komt het mij
gewenscht voor aanvankelijk alleen eene algemeene schets
van de topographische gesteldheid van de onderafdeeling
te geven en dan later bij de beschrijving van elk land-
schap en van de Gouvernements-landen, de topographie
van elk dier onderdeelen nog meer in ’t bijzonder te be-
handelen.
Uit een topographisch oogpunt heeft de onderafdeeling
Sömitau zeer zeker een hoogst eigenaardig karakter.
Bij eene grootste afmeting van 120 k.m. in de richting
1) De topographische opneming van Borneo’s Westerafdeeling, waarmede I Mei
1886 een aanvang was gemaakt, werd in October 1895 geheel ten einde,gebracht
en de laatste bladen der kaart zagen in 1898 het licht. Het opgenomen terrein be-
slaat eene oppervlakte van 2682 □ g. mijl of 4 [ <maal de grootte van Nederland.
De kosten der geheele opneming hebben omstreeks 650000 Gulden bedragen.