gegeeven, en veelligt van elk niet als volkomen zal aangemerkt vvor*
den} toont echter duidelyk aan, hoe veele Natuurlyke dingen ’er z y n ,
die zich onder geene Hoofdfoort o f Clafle laaten brengen. En gelyk
het by alle Natuurlyke dingen in ’t algemeen dus gefield is , zo wordt
zulks ook by ieder Hoofdfoort in ’t byzonder insgelyks bevonden,
wanneer wy dezelven wederom in ClaiTen, Geilachten en Soorten willen
verdeden. Wat wel byzonder de
Verdeling der Infettert,
waar van ik tegenwoordig nog te fpreeken hebbe, betreft, dezelve is
ook nog boven dien aan veele zwaarigheden onderworpen, om dat ’er
veelen van dezelven veranderen, en nu als Rupfen en Wormen, dan
als Poppen , en dan als gevleugelde Schepzelen verfchynen. Veele
beroemde Mannen hebben reeds de moeite genomen, en zodanig eene
Verdeeling tot Hand zoeken te brengen; maar het is , myns weetens,
nog niemand gelukt, dat doelwit wel te treffen: dus kan ik my des
te minder belooven, dat myne Verdeeling geen tegenfpraak ontmoeten
zou*. Doch ik geeve dezelve ook maar als een Ontwerp aan de
handt
‘ ^eB<rnver^ee' ,ng m Claflen is eigenlyk niet anders dan eene Bekwaame Leerwyze o f
-Kegifter, waarin men van de Schepzelen, welken daar onder tonnen gebragt worden,
volgens de van hen opgegeeven Kentekens, Naamen en Eigenfchappen, op eene zekere
wyze,, een onderfcheidenlyk begrip maaken, en hun wezenlyk onderfcheid befpeu-
ren itan. Maar ik hebbe reets aangemerkt, dat men-geene, zelfs de befte Leerwyze,.
t i a voor volkomen houden, en als zo volledig-aatim-erken kan, dat ze in de-Natuur
gantfch geene uitzondering of tegenfpraak vinden zoude: want wat Sterveling kan zich
beroemen, dat hy de menigte der Schepzelen op onzen Aardbodem zodaniguitgevorfchc
or nagefpeurd hebbe, dat hy met zekerheid zoude durven beweeren, dat ’er niets meer
uit te vinden zy , ’i gene onder zyne Claflen-orde niet te brengen ware, o f daar van
afwyke? Ue menigvuldige en fchoone Proeven-, welken w y , ten aanzien dezer ftellin-
gen, van de beroemdfte en ervaarenfte Mannen in de Natuurkunde hebben, beveiligen
zulks ten overvloede; want de tyd en verdere ondervinding heeft getoond, dat hunne-
Leerwyzen, hoe volmaakt zy ook te vooren fcheenen, echter hunne gebreken en uitzonderingen
hebben. Hierom twyffele ik zeer, of ’er wel ooit zo volmaakt en- volledig
een Zamenftel, raakendehetRyk derNatuure, o f Hechts wegens een gedeelre vannet
zelve, ik meene, betreffende het groote en wyduitgeftrekte Ryk der Infetten, zal
zonnen geformeerd worden, dat de Natuur niet vermogend zou zyn ’er iets tegen in
te brengen. Zou het derhalven niet beter weezen, de ontwerpen van nieuwe t’Zamen-
itellen en Schikkingen daar te laaten, en zich. zo lang met de tegenwoordige te vergenoegen,
tot dat men zo verre in de Ontdekkingen geraakt z y , dat men tot debouwing
vao een zo gevaarlyk Gebouw een beteren en duurzaamer grond, dan onze ten deele-
zeer beroemde Voorgangers, konde leggen? fmmers hebben wyreets uitgedachtegron'dftel.
. . ... j . wvi mv thans nog veele Infe&en onbekend zyn , kan ik
h a vd niPt weeten o f zy ’er zich alle wel onder laaten fchikken: on-
S i p Ontwerp anderen dienen, om ons m t vervol5
m e r t e% I ? r o r è “ ftV S n f d ï de S e n o f o f 4BmBBIz” n * ZeL S - gJ.“ t o T
v2 2 r e» ;en du® ook m te r-b feS en i k vermiert» e» met verm-
Ê Ë w B m nu deze in hunne Geflachten te verdeelen , ftaat aan te
m é rk en ,°at de Ihféólen o f met Poolen voorzien z yn , of geen Pooien
Onder de Land-Infetten , die de verandering ondergaan, hebben
T ^ T e n J ^ de Rupfen der Vlind er s-; wederomanflellingen
genoeg van Mannen | | B |
tegendeel zo groot, dat liet k m g ^ ggg £ andere Konftwerken wyd enbieedveri
lM M lM a f e f J hunne Werken een fraai vercierfel en vertier hebben zoeken te g eev en , ha.
mede f zy_ h de overleeden Engelfchman Benjamin Wilkes met zyn Werk van 9 Pond
zo veele- Infeften. niet5vertoont als; Röfel.
DiergeNke uit anderen te zamengeraapte Werken z yn ’’er menigvuldig voordendagg -
knmfn - het welk de goede en ftechte Afbeeldingen, die ’ er in gevonden worden, be-
veSeen Dit n ettegenftaande hebben derzelver Maakers geroemd, alles uit eigen on-
^ in d ïn » en daar door te gelyk in g kort iets veel vollediger dan andere onvermoer-
de Mannen ’ te hebben geleverd ; trachtende in dezervoegen derzdver verdienften tegen
dehunnen te verkleinen. K l e e m a n n . .
* Deze zyn ook hier in nog al onderfcheiden, invoege dat ’er-, hoewel zelden, eemge
zvn die, in plaats van 10 en 16, ook 14. en iz Pooten hebben : ja zelfs.in myne By-
voegzelen hebbe ik op Tab. XXVIII. een zogenaamd groen Schild ■ Rupsje afgebeeltf,
O. 1_ \7nn,.nnnron l-,ppfY
$ * * O
O