SiljiBllliíillJliiiyíiiig-J
E E S T E L Y K E
924 G
d e winterfche ruft fchikken. In deze onzegezegde
Lucht-ftreek zyn wel de tyden des jaars
n i e t a a n a l l e landichappen gelykformig, maar
verlchillen in trappeo, en die zclvc wederom
zeer wel gemeeren, en als aan de weegfchaal
gewogen; by zachcer wincer leven de Land
ftreeken de naaite aan de Middeilyn, roiiwer
lyden de Noordfche: dus gaatmen by trappen
van de Middeilyn naar de Afpunt : te Madrid
in Spanje is het byna een wonderwerk als de
rivier Manzanares is bevrooren ; te Romen de
fneeuw lang leggen blyvende; daar in tegendeel
in Moskovie door de alderftrengfte vorft
alle dingen verftyfc worden, en hec Ipeekzelvochc
eer hec uyt de mond op de aarde vale.
J a i n dezelve graden van de pools-hoogte, in
dezelve luchtftreek is in alle niet dezelve gefteldheid.
Jn Tartarye aan China greniTende
onder de 45. graad heeft Vader Verbiejl in de
maand July eene zoo ftrengekoudegevoeld,
dac het gantfche Geleide van hec Keizerlyk
Gezantfcnap genootzaakt is geweeft zich raet
bonce rokken te verzorgen, de aarde 3. of vier
voecen diep zynde bevrooren, ceFckingondercuiTchen,
hec welk op de 40. graat legd, byna
van hitte gebraden. Edemburg in Schotland
is I. graat noordelyker dan de hoofdftad Mosk
o u w j en echter heerfchchierdealdergeftrengfte
wincer, daar zeer gematigde. De boomen,
weideo, het vee zuk gy in Groenland vinden,
het welk legd onder de hoogce van 80. graad
e n , Nova Zembla, het welk 4. 5. 6 graden
zuyderlyker is, ren eenemaal van dezelve zynde
ontblood. Wat zal ik zeggen van de verandering
der jaarlykfche gefteldheden op dezelve
plaats ? Wac van ons Zwitzerland het
welk alleen byna alle de veranderende graden
niidden ruflchen den Middeilyn en de Afpunten
vertoond ? de alderrouwfte winter der N oorder
Landgewellen op de hoogfte toppen der
Alpes , de zuyder-hitte in het Valtellynfche
d a l , het Vallefynfche, eene gematigde wincer
t e Vefena, eene ftrenge een halfuur daar van
daan; ja op eenen en denzelvendagalledevier
tyden des jaars by de overtocht over den St.
Bernards, Gothards, Spelluga bergen. Of de
gefteldheic van de gematigde Zuyder Luchtftreek
dezelve zy, is ons minder bekend, om
dac de meefte landen onbekend zyn. DeKuften
van Nieuw-Holland cn Nieuw-Zeeland zyn
naawelyks bekend. Het Koninkryk Chili ni
Amerika, hec welk 25. graden teld gevoeld
grooter koude, dan Italie en Spanje, deAndes
zyn eeuwig mec Iheeuw bedekc, maar de byieggende
valleyen vruchcbaar in alle zoorten
van vruchten, wyn, en vee-weiden: deKaap
van de Goede Hoop geniet eene zeer gematigde
luche, en de Kaffers en Hottencotten worden
dikwyls 90. ja 120. jaren oiid} nochtans
worden daar nu en dan als uyt volle kruyken
flagregens uytgeftorc. OndercuOchen lecrd en
d e rede en de ondervinding, dat in het zuyder
halfrond der wereld de gelegend held der jay,
gecyden is omgekeerd, zoo dac de zomer over'
eenkomd met onze Winter, de Herfft met di
Lente. Insgclyks is het bekend, dat de tc^
noch toe opgetelde en aldergeregelfte tycl®
des jaars, de trappen van hiere en koude, ins.
gelyks van droogce en vocht, aanwafíchendc
ende afnemende afgeleid moeten worden vandt
beweeging der Zonne door deTekenkring, o
eerder van de jaarlykfche beweeg ing van het
aardryk, waar door de Zonne nader aai
eene Liichcftreek na de andere komd,
mentlyk aan de üpper-afpunt, cn zoo à
dagenaangroeyen, met de dagen van d
der warmce. Maar de byzondere Lul
fchyníTelen naar de gefteldheic der Luclitftree.
kcn, en verfchciden hoogte, hoogte zegge
dat is, afftand van het raiddelpunc der aards,
Een voorbeeld zoude ons geven Tartarye
vooren genoemd, volgens den Víácr yerbiii
byna geheel bergachtig. 3000. treeden hcuga
als de Gezichcnng der Zee, en China zelve
gemakkelyk mec ons Zwitzerland te vergelj
Laat ons verder zien, op welke wyzeGOD
de tyden des jaars heeft gewoogen, en in è
zelvede wateren, m die verzengde Luchiftreáwelke
de Alouden geloofdden Waterloos, da
hitte gebraaden , onbewoond, en onbewoof
baar, doch wy overryke tn de alderkoftelyklt:
vruchcen en andere voortbrengingeiidernatuur
en overvruchtbare. In de meefte Landfclup
pen van deze Luchtftreek is nog eene fneem
gevende winter, noch ysgevende, maar rege
achcige, windige, en valt, dac verwondereo,
p a r d i g is, de Zonderzelvecnplynrecht, nis
in de groocfte atwyking. Doch de ryds-ciT'
ftandighedcn dier Landichappen zyn vernitidens
waardig.
1. Die gene, dewelke onder de Middclh
woonen, ondervinden tweema.al des jaars hffl
regenachcige winter in de Nachteveningcnda
Lente en Herfft , de ZongaandedoordeMiidellyn,
in de maanden Maart cn September.
2. Die gelegen zyn tuflchen de Kreeiftzoanekeerkring,
den zulken overvald eene rcgwachrige
winter, de zon zynde in de Noords
Hemeltekenen, dochnietfchielyk, noggeWd
i g , zoo dat, de Zon zynde in den Stier i
Tweelingen, de regens nog zwaar zyn, nw
geduurig, maar verpooft door windige onw
ders, ZOO dat men het eerrte gedeelce dcrwu
ter gemakkelyk Herl ft zoude können noeinci
de ware wincer volgende, de Zon zynde
h c t t e k e n des Leeuws, van midden Julyt»*
het einde van September, in welke tuilclicntyd
de rivieren van wacer overvloeycn, en li'
toppen der bergen door fneeuw bedekc worden-
De Zon verder voortgaande uyt de Weegfcfi^^^
naar den Schorpioeneri Boogfchutcer, geniet«"
zy eenc gematigde en tameìyk heldere luchj:
maar de Zomer emdclyk na Zonnen-ftiift^""!
T U U R K u N D E. pi j
tyden
N A
de Zon zynde in de Steenbok en "U'^i
van middcn January cot midden Febru
welken cyd de rivieren worden uytged
en hec grootfte gedeelce van Afrika ee
zengende hitte gevoeld.
3. fegen deze ondervinden ftrydige
desjaars die gene, dewelke tuOchen de Mid
dcliyn en de Steenboks Zonnekeerkring leven;
naiiientlyk de Herfft, of voorfte gedeelce der
Winter, van de Nachtevening cot onze Winter
Zonne-ftilftand; de Winter van deze tot
dcLente Zonne-ftilftand, de Lente van deze
fo: onze Zomer-Zonne-ftilftand , de Zomer
eindelyk van dezetot de Herfft-Nacht-evenin"-.
Doch ftaac in het algemeen van alle deze voTkerenditaan
te merken, dat, om eigenclykce
fpreeken zy twee gecydendesjaarshebben, een
zomergety droog, cn een wintergecy vochcig.
Te gelyk isookteverwonderenenmetdegrootße
loifpraaken te roemen de alderhoogfte wysheid,
cn aldervoorzienenfte goedheid GODS
voor de Volkeren, dewelke door de hitte niet
alleen gerooftert , maar verteerd zouden worden,
by aldiende Zoomer dan inviel, als de
Zon lynrechc boven de topkruin was: maarop
dien tyd, de rondom de aarde leggende damp
zeer verdund zynde, en eene ongelooffelyke
menigte dampvochten uyt de naburige Zeen
zynde opgetrokken, en door vaftgefteldewinden
tot dikke wölken zynde by een vergaderd,
Zoo is hec geen wonder, dac 'erged
regens vallen, ten dienfte vai
bjven koude nachten en korti
Een icn eenemaal byzonder voorbeeld van de
Goddelyke Water-wecgmg Hellen voor oogen
zommige Landgeweften , in welken byna den
gamfclien omioop van her jaar geen regen vald.
Van Egipte zyn de getuigcnilTen der üudente
vinden by Plntmhm de Fac. Lim. by Ctcßas
in dt B,ilmh. Ph,tii,v:Ln het Koninkryk Per»
d e verbalen der Spanjaarden , dat daar in plaats
van wmter van het begin van April tot Oktober
toe de rondomleggende damp door wölken
Word verduyfterd , en de Zon bedekt, doch
zonderblixems.donders, fneeuw, hagel, Hagregens;
dat 'er nu en dan eene zoete regen valt
in de maanden Juny, July, en Auguily des
voor de raiddags, de lucht op bergachtige piaatzen
helder blyvende; doch op de bergen zelve
valt fneeuw en overvloedige regen, waar door
d e rivieren walten, en gehele landfchappen genoeg
en overvloedig bevochtigen, geruige tgipte
, aan het welk de overftroomende Nyl het
gebrek van regen overvloedig v e rgoedln' t Landfchap
Peru neemd de byna gedurige Z. Wefte
wind de opkomende dampen weg, dewelke regen
de bergen aangebonll in regens weder nedervallen,
de vlakke landen inmiddels door ry.
ke daauw zynde verkwikt.
De laatfte Afpunt deezerverhandeling zy de
kennilTe GODS1» dtffilfs Wyshiid i. Kor. 1 21.
die alle dingen heeft gefchapen tot zekere eyndens,
ten gemakke van zyne fchepzelen , in een
zekergewicht, getal.mate. Dk dm •windahet
- pnde wateren opweegtmm&te.
Sturm V^erhandeling^ over ds
welke daar en ' gewichu
)men, de 'Licjoh.
drooge Zome r dan aan geene z y d e ' d e rMi d d e l [en der lucht.
lyn de overhand hcbbend*
J o b X X V I I I . vers 16.
Ais hy den regen eene ge^tte order maakt-, ende eenen wej; mor het weerRcht
aer donderen.
G O D , dns die groote Godgeleerde Paulus,
áen weg der zaligheit voor den Atlienienzeren
enandere Heydenenzul lendebevloeren, hen uit
dcNatliurkundige wysgeerte leerarende, geefd
rem ni michtim tydeit Hand. XIV 17. By
a.tlien deze dingen zoo zyn, by aldienhetval-
Icn van regen niet toe te fchryven zy aan een
mkel toevalliggeval, by aldien GOU de Mao
r i s van regen en de Bellicrder, zoo vald het
emakkelyk cebcflnyten, dat H y naar zyneonemdige
wyfheid den regen zekere wetten, ge-
»"den, eindens, ehukhth hecft te voren gezet,
OMrheen llrekkende, dat ditdierbaar hemclgefcirakdenaardbcwoonderen,
dieren, planten,
' f " , f c n f t g e b r u y k zoude gedyen. Deze
hcbben betrekking op de geboorte der
" s w , de groóte, het getal der druppelen, ver-
Jcrende naar de verfeheidendheit der lueht-
"'^Uen. Deze zakenbehoevcng.
betoog. Men Iceze de even voorgaande Verklaaring
over vers 35.
Dezelve reden is 'er van het weerlicht, en
donder, blixem, onweders, voorweikedevan
om hoog geluyd gevende GOU eeneti'wegheeft
gefielt. Plmitts gewaagd
Jlomme Uikzems , vergeeffihe ßagen, dewelke
daar gene natuurlyki w¡z.e kamen. Maar met
de gezonde rede meer overeenkomende de Halve
Kriilen Seneca^ dat de hlikzemen met door
zeker naodlat gaan , maar gedreeven •warden ;
insgelyks, de uytiiierkingen-van de blixem, by
aldien gy dezelvewiltbejchaw.^en, zynverwanderlyk
, en gene twyfeling nalatende, af in dezelve
is eene gaddelyke en doarfyne kracht. Aan
d e alderwyfte voorzienigheit GODS is niet alleen
onderhevig de plaats der formeering, of
ook der bevatring, maar cok de plaats van de
flag. By aldien het bergen zyn , wyd gekriiyn
. i - i