8 3 4 GE E S T
deren in tegendeel des -winters gezien worden ,
dewelke des zomers niec te zien zyn: van welke
jaavlykfche onwenceling door de Tekenkring
afhangd dealderniucigfteentegelykvoor
den aardbewoonders noodzakelykft e verwifleling
der jaargetyden. De fpreekwys van Job is aardig
l e e n f p r e u k i g , genomen van cen Bock, Wecb
o e k , ofSchatkamer,welke by aldien geflooten
is nog geleezen, nog bezien kan worden, alfchoon
met dierbaie zakenopgepropt. Van het
gehele Opftel der Leere van Zonne, Hemel,
Sterren kan diczekerlykenheiliglykuirgefprooken
worden, dat het is een geopend Beek, in
het welk men kan leezen de Loffpraken der
E L Y K E
Goddelyke Ma che , Wyshei d en Goedheid, man
ook loegeflooten, en als verzegeld, nademaal
\vy de inwcndigfteen wate natuur vanhetwcezen
en eigenfchappen de ligchamen toebehoo.
rende niet zullen doorgronden, zoo lang als de
llerfiilyke Geefl: deze onzc ledematen regecid,
Nochtans moet die Bock worden gelezcn, en
alle de krachten des verftands ingefpannen. Heft
Kwe oogen of omhoogc, ende ziel, '^iedezedm.
cmgefihäfenhceft, diemgetakhaarhejr-vom-u
brengd, duze alle by namc roept, -uanrngenii
grootheit zyiier krachten, ade orn dat hyßerk
um vermögen is, daar en word "er met een gtmiß.
Jez. XL. 26.
Job IX. vers 8.
Die alken de hemelen uitkeid: ende treed op de hoogte der zee.
D e Hemel word hier en clders in de Heilige
Bocken van Job cnandereniuigfi'rt/iigenaamd.
E n zulks niet zonder nadruk. Het zy gy door
de naam hemel verftaat diealdervvyduitgeftrekfte
Uichtvakken tulTchen de gehelelichamen ingevoegd,
wegens de alderuiterfte fynheid her
ledige nabootzende , of de rondom leggende
Damp, welke het aardryk omringd, en Gen.
1.6. Het iiitfpnfel in het midden der water en
genaamd word. In dien hemel, het zy de
fterrige, ofluchthemel, welkeis van eene onmeerbare
wyduitgeftrektheyd,en van eene oneindigmaal
kleine wederftantwentelen zieh rondom
de dwaalilerren door de Tekenkringige
Schikking ZOO zeer beftiptelyk, envolgens eene
ftandvafte wer, dat zy daar van, zederdde
Scheppinge af, zelfs gene nagel breedte, zoo
z y h e c n o e m e n , zyn afgedwaald. IndeftofFe,
Zegge ik, by aldien het eene ftofFe is, en oneindtg
vloeibaar, maar op eene alderwelgeregelfte
weg, onveranderd. GOT) fpant de hemelen
uit als eenen dünnen doek, cadkok, alsiets
duns, alderdunft, niets, ledigs en breidze mt
als eene tente om te bewoonen Jez. XL. 22. Hy
rekt den Hemel nit als eene gordyne Pf: C IV. 2.
W y weeten, door de reden en voorlichtende
proefnemingen, dat het lucht-vloeibare, hoe
het zelve hooger ryft , hoe dtinder hetzelveis,
en dat de dikte des zelfs beftiptelyk bcantwoord
de drukkende krachten, zoo dat, volgens de
uitrekening van den zeer fchranderen Newton
deze hoofdftofFc in den afftand vaii 210. mylen
van ons dunder ¡s 1000. 000. 000. oco. 000.
000. mylen, als op de oppervlakcc der aarde.
Deze uicfpanning des luchts is trapswyze, opklimmcndetot
hecgefternte, ten hoogftcnniiccig
te gelyk en noodzakelyk voor den inwoon
deren der aarde, een ten eenemaal byzondcrcn
verwonderlyk bewysdom van Ma c h t , VV yslieid
en Goedheid. En die gene, dewelke lier mcrg
der hedendaagfche Natuurkundige Wysgeerte,
al was het maar mec de uiterfte cinden dcrlippen,
proefd, zal met den KoninglykenPfalmdichter
mede-opheiten, dzt de Hemelen GODS
eere verteilen XIX. 1, Deze iiitfpanning
overfteigert alhetbegri p vaneeneindigverftand,
hoedanig het onze is, by welke de oneindige
G O D zelfs de diefte, eri hoogte, cn lengte van
zyne wegen, van zyne genade-en barmhertig«
heit vergelykt. Jez. LV. 9. IVantgelyk ditìemelen
hooger zyn dan de aarde, alzoo zyn myne
-wegen hoger dan wwe wegen, ende myne gedachten
als uwUeder gedachten. Welke zelve
uitncmentheic van Grootheid der Goddelyke
Genade David met lof betuigingen tot en boven
de Hemelen verhefd. Pf: X X X V L 6. 0 HEERE
iiwe goedertierendhcit is tot in de hemelen,
uwe -waarheit tot de bovenflewölken toe. Onz
e lucht-hemel gelyk die v e rdundwor d allengskens
opklimmende, even alzoo word dezelve
verdikt by trappen nedcrdalende : de weerglazen
vertoonen dit beide voor het oog. Op het
vlakke des aardryks weegd eene lucht-ring 56.
iraniche zcsvoec hoog, bezwaard door opleggende
vloeibare dingen even zoo veel als eene
ring van Quikzilvcr 3. lynen hoog, en by uitrekening
toond M. Amontons dans les Alemoires
de l'Academie Royale. 1703. bl. loi . dat de
laagfte 6451538. zesvoeten tegen het middelpunc
der aarde gelegen met luchc vervuldzyn,
welke in zwaarte de alderzwaarfte ligchamen K
boven gaar. VVat, zoo by aldien volgens de
reekening van Bellinus Giorn de Letterati d'Italia
IV. Deel 156. cen deeltjevan unzelucl«
400000. maal klemder is als de dikte van een
hair, hoedanig begrip, bidiku, zullcnwynukcn
van de dunhck des Hemels ciiflchen ài
Dwaal-en-Vaftc Sterren gelegen ? Deze uicfpanning,
of uicbreidingdeshemelsinoneindigmaal
kleine deeltjes is geen gewrochc der nacunr.
maar van GOD, die alleen den hemel mtbrei»'
by dezen artykel van Jobs belydenilTe voegcn
d e j o o d i c h e MeefterS} oumiddelyk, zonder ''
zamenfchakeling van oorzake?f. Grcotc Vf>r'
T A B . nxiAT
l O f t . C.ip. XX -V i).
P l p j . u l e s , Oiicm, Urs.i luii'.or.
, ^"giVr; Jgtul i Ciif-
• ^ t p J i r m | p | f t i m . ' ^ i » t r T i f , Üetne ^^r.
J. G.Tint: .'Culi'S