
Ten gevolge dezer reis van George Müller was nu het Neder-
andsch gezag ook in de zuidelijke staten van Borneo’s Westkusl
alom erkend en gevestigd, en het kwam er slechts op aan dezc
nieuwe hetrekkingen ten voordeele van den handel en ter onder-
drukkmg der zeerooverij aan te wenden. Müller opperde daarom.
tren t eemge denkbeeiden, die meestal ten grondslag strekten voor
de later aan het Gouvernement gedane voorstellen. Aan Pangeran
I ja k r a , het hoofd van Kandawangan, wilde hij eene maandelijksche
toelage van f 4 0 a f 50 beloofd hebben, op voorwaarde dat hij aan
de zeeroovers geen toegang in de rivier van Kandawangan en in het
gansche zuidelijk deel van Matan zou vergunnen. Hij vleide zieh dat
ezen alsdan weihaast zouden verdwijnen en v e len , die met den
Sultan en de njksgrooten vermaagschapt waren, z ie h , door den
nood gedrongen, allengs zouden laten overhalen om zieh met Pangeran
Tjakra te Kandawangan neder te zetten, wat op de welvaart
dier plaats en den bloei des handels met de Dajaks die längs de
jellei en de verdere nabijgelegen rivieren woonden, günstigen in-
v 6 oefenen zou. Om de ru s t in het Matansche te bevorderen,
stelde hij voor, het bewind over de Karimata-eilanden toe te ver-
trouwen aan den in zijne hoop teleurgestelden Pangeran Adi Mang-
koe-rat, die zieh uit wrevel met groote hevigheid tegen het planten
der Nederlandsche vlag te Matan had ve rz et, en niet zou nalaten
de njksgrooten van het nakomen der gesloten overeenkomst af-
keeng te maken. Tevens wilde hij deze eilanden ter woonplaats
aan Kadja Akil en zijne volgelingen toewijzen, en ook met het
hoold der aldaar wonende Orang-Iaut, Batin Galang i ) , d ie , naar
zijne gedachten, alleen door armoede tot den zeeroof was gebragt,
hetrekkingen aanknoopen en hem eenige ondersteuning schenken ,
op voorwaarde dat hij zieh geheel van dit wetteloos bedrijf onthield!
Hij meende dat door deze zachte middelen he t doel, de beteuge-
lmg der zeerooverij, he t best zou te bereiken z ijn , en dat g e s tre n -
heid reeds daarom te ontraden w a s, dewijl zij bij de vorsten en
n jk sg ro o ten , met wie schier al de rooverhoofden vermaagschapt
hefr aanbf en’ °P de verpligtendste wijze medegedeeld door den
l M> van ^ Velde. In het berigt ran den heer Weddik wordt
Ja «„ i* ® Tj11. . ? 0 e gesteld in 1770, wat stellig eenige jaren te vroeg •
1 zuidelijke grens van dat rijkje de uitlatering der Kwalang
d l w i u genoemd, waamede stellig de Koewaloe Majah bedoeld
’« r de wateren der Kwalang ontlasten.
Zie D. I , bl. 363.
waren, groote ontevredenheid verwekken zou. Nu slechts het Ne- 1822.
derlandsch gezag door Matan en Simpang was e rk e n d , meende hij
dat eene eigenlijk gezegde vestiging, die groote onkosten zou vorderen
, welligt tot gelegener tijd zou kunnen verschoven worden;
Mogten echter de omstandigheden eene vestiging in dit gedeelte van
Borneo vorderen, dan achtte hij het verkieselijkst middel het oude
Sukkadana te herbouwen en tot onze hoofdplaats te 'v e rh e lfe n , dewijl
de schoone ligging en de vruchtbare, voor bebouwing uitnemend
geschikte landstreek voor de toepassing van het stelsel van vrijen
handel en hefüng van landrenten de günstigste vooruitzigten aan-
bood. Door eene zoodanige vestiging zou dan ook de bloei van de
Karimata-eilanden gewaarborgd zijn. De kosten echter eener be-
hoorlijke vestiging te Sukkadana in verband met die te Bengadong,
welke daarmede noodzakelijk moest verbonden worden, zouden,
behalve den aanleg van forten en de vereischte woningen, niet wel
op minder dan /8 0 0 0 ’s maands kunnen gesteld worden. Mögt deze
som vooreerst niet beschikbaar z i jn , dan zou men z ie h , om loch
iets te doen, aanvankelijk tot het bezetten van Bengadong en Simpang
moeten bepalen. Bengadong verdiende verre de voorkeur bo-
ven Kajoeng, om de günstiger ligging. » Als men daar een wacht-
» of vlaggehuis o p rig t, heeft men .een vrij uitzigt tot ver voorbij
» den mond der rivier en de Karimata-eilanden, zoodat men elk
» vaartuig reeds op een afstand kan ontdekken. In körten tijd
» kan men met groote en kleine schepen naar den mond der ri-
» vier heen en weder v a re n , ’t welk voor den handel zeer voordee-
» lig is. De stroom der rivier wordt door den vloed niet ver
» teruggedreven, en indien vreemde en inlandsche vaartuigen, die
» meer dan 5 kojangs last d rag en , te Bengadong moeten laden
» en lo ssen , zullen binnen kort de meeste en voornaamste inwo-
» ners van Kajoeng derwaarts v e rh u iz en , hetgeen zij vermoedelijk
» reeds lang zouden gedaan h eb b en , indien niet de vrees voor
» oorlog en overrompeling velen teruggehouden had. Eindelijk vor-
» dert Bengadong geene groote militaire bezetting, gelijk Kajoeng,
» waar tegenwoordig vele ontevredenen wonen.” Simpang zou in
ieder geval slechts onbeduidende uitgaven vorderen, dewijl een
post van een sergeant met een klein aantal inlandsche Soldaten
en een ambtenaar met den rang van tweeden assistent ter hoofdplaats
voldoende zouden zijn. Bovendien zou in de kampong Me-
liouw, om de roovers u it de rivier van dien naam te verdrijven,