1823. »stand der bevolking in het algemeen en eene vermeerderde aanra-
»king met de nog geheel onbeschaafde, oorspronkelijke volksstam-
»men van het e iland; vermindering van den zeeroof; naauwe aan-
»sluiting van Borneo aan Java en he t derwaarts terugleiden van den
»handel; den zegen van den landbouw te doen ondervinden; de
»gesckiktheid van den grond tot alle ku ltu u r aan te wijzen en die
»kultuur in de hand te werken: ziedaar de verschillende takken
»tot welke zieh de werkzaamheden van den Commissaris, gedu.
»rende een verblijf van anderhalf jaar op Borneo’s Westkust, hebben
»uitgestrekt 1).”
’) Tobias, bl. 77.
'S
BORNEO’S WESTKUST.
V I J F D E BO EK.
DE DAJAKS EN DE BETREKKINGEN YAN HET NE-
DERLANDSCH GEZAG TOT DE BOVENLANDEN.