48 K a l k a a r t i g
i
Afdeel we^ en men daar 1°» en fomtyds in ieder Laag
in van verfchillende Soort vindt, toonen zeer
eïok°FD" blykbaar , dat de Kalkbergen niet oirfpronk-
Kalkfteen, ly k , maar door Overftroomingen geformeerd
zyn , en op de gedagte plaatfen aangefpoeld.
Evenwel vindt men ook de Kalkfteenen, voor-
naamelyk in Hongarieen Ooftenryk, in Gang-
■ bergen, en zelfs in Silezie, Saxen en op den
Haarts, in zagte middel - Bergen , die byna
onmiddelyk tegen de Vlotbergen aanftooterv’
Hier maaken zy fomwylen het bovenfte der
Aderen o f Gangen uit, die zelden zeer magtig
zyn en dikwils afbreeken, nooit zeer diep
loopende. Zelden komen zy in ’t binnenfte
van Bergen voor, maar loopen dikwils Aders-
wyze door andere Steenen, inzonderheid door
den Leifteen o f Arduin. In Brabant, Vlaan«
deren en Vrankryk,beftaan de Heuvels meest
Vit Marmer o f Kalkfteen. In Kanada zyn de
Kalkfteenen allen graauwaehtig, hard en vast,
taamelyk zwaar, en komen vo o r , aan een
Leyfteenigen zoom; doch te Quebek brandt
men Kalk van een zwarten Leyachtigen Steen,
waarnit de geheeïe Rots, daar die Stad op ge*
bouwd is, beftaat («).
Stoffen In de Laagen van dit Gefteente vallen geen
v€tvat.n • eigentlyke Erts-Aderen , maar te overvloedi»
ger Steenkolen , Zwavelkies , Aluin* en Vi*
tri»
£#) Guettard M em , de 1753, p. 839,
jt*i®ol*Ertfen‘, zwarte en graauwe Koperfchie* ïL , ,
fer; ais ook, by nesten, zeer. dikwils Yzer- ü t *
Erts, geele, blaauwe, graauwe en groene'Ko-s^ ri?ï
l per-Erts, Loodglans en Cinaber; Graveel-
fceen, Amianth, gedeegen Zwavel en Rottenkruid.
By Annaberg in Saxen breekt inKalk-
fteen vermomd Zilver, enz.
De nuttigheid der Kalkfteenen is niet ai-, Nuttig.
heid dcjc
leen op zig zelve en onveranderd in deBouw* Kalk-'
konst en Beeldhouwery, maar inzonderheid*6™61*5
door het Kalkbranden, zeer groot. Best zyn
hier toe de zodanigem , die het volkomenfte
in Sterk Water oplosfea, by het uitkpoken
met Wynfteen-Olie de meefte Vettigheid too-,
nen, in ’t Vuur niet aan ftukken fpringen en
geene o f maar weinige Yzerdeeltjes i-nhouden,
waar van de Kalk graauw Wordt. Het branden
gefchiedt, naarde gelegenheid, met Hout
of met Steenkolen. In dit laatfte gevalis .de
Kalk zo wit niet, wegens de vermenging met
Afch en brokjes daar van; doch tot Metzejea
beter, kunnende ook tot Witten van Muurep
bekwaam gemaakt worden, met een weinigje
Spaanfch Groen daar onder te mengen. Wat
verder het gebruik van de Kalk zo in ver?
-fcheide Fabrieken als anders in de Samenlee-
ving betreft. daar van zal ik niet omftandig
ifpreeken, gaande thans to| de befchryving de?
.Sporten pver,
JIJ, De Si. III. ük. CO Maf'