II.
A f d e e l .
V.
H oofds
t u k .
Kat-Oog
In de derde plaats fielt cmze Ridder de
KatOogen, by fommigen Bafterd- Opaaien ge»
naamd, doch door W a l l e r i u s mede geteld
onder de Achaaten (a). Zyn Ed geeft
’er een bepaaling van, die zeer onvolkomen
i s , zeggende , dat deeze Steen min of meer
ondoorfchynende z y , de Kleuren of het Licht
op verfcheide manieren terugkaatzende. Voorts
merkt hy aan , dat dezelve eenige overeenkomst
met de Opaaien heeft , maar hier in
verfchille , dat hy geen Licht doorlaate; ’ t
welk de eigentlyke Opaaien al zo weinigdoen,
en zo hard is als een Keyfteen; daar hy aan
de Opaaien de hardheid van een Diamant hadt
toegefchreeven. Ook zegt hy, dat dezelve
veranderlyk is in zyne Kleuren : gelyk L i n-
Njeüs ook z e g t , dat hy door Terugkaat-
zing verandert, fpeelende in ’t geele en groene.
C r o n s t e d t z e g t: hy is donker, en
werpt van zyne Vlakte groene en geelachtige
Straalen te rug. Men vindt hem, voegt
hy ’er b y , in Siberie.
Alle die Authéuren fchynen de regte KatOogen
niet gekend, noch derzelven Kenmerken
of afkomst geweten te hebben. Zy vallen
in Oostindie, voornaamelyk op Ceylon,
als ook in Perfie, en, zo fommigen willen ,
ins-
(d) Achates plus minus opacus, Colores. vel Lucem
diverfimode refleftens. Syft. Min. I. p. 295. Sp. 20,
insgelyks aan de Rivier der Amazoonen in
Amerika. Doorgaans komen zy los voor,
zittende zelden in ander Gefteente; maar men
vindtze gelyk andere Keizeltjes in de Rivieren
o f in de Grond, en zy hebben ook de
zelfde hardheid V geevende aan. ’t Staalflag
Vuur* Zy fdhynen uit zeer fyne Vezelige
Blaadjes te beftaan, en vertoonen aan de bolronde
zyd e , van binnen, een heldere Streep
of Boog , die , naar menze befchouwt o f tegen
’t Licht draait, van plaats in de Steen
Verandert, doch veelal zyne figuur en Kleur
behoudt. Van onderen zynze plat afgeflee-
pen, op dat die zyde boven zou leggen bly-
ven.
Wegens die heldere glanzige Streep, welke
zig by ’t omdraaijen in de Steen beweegt,
worden zy , als veel naar de Oogen der Katten
in ’t donker gely kende, Kat - Oogen > in
’t Franfch Oeil de Chat o f Pierre Chatoyante
genoemd , in ’t Hoogduitfch Katzen-Auge.
P lim i d s h eeft, onder den naam van Aste'
via, een Steen befchreeven, die de zelfde
fchync te zyn geweest. Deeze , naamelyk ,
hadt een beweeglyken wi tachtigen Glans,gelyk
de Staar in *t Oog daar in geflooten, ea
was zeer hard in ’t fnyden. De zeer Steen-
kundige Heer B ruckm ann houdtze thans
voor Veldfpaath , en dit is te waarfchynly-
ker, om dat men in Saxen een bleek roodach-
R 2 tige
II.
A f d e e l .
V.
Hoofds
t u k
Kat-Oog.