II.
A ïd e e l .
VII- H ootd-
STUK.
Waardy.
Kryftalfiguur.
Fl. xxxiv-
Fig, 9.
wat ver gezogt. Zyne zwaarte is op ’t min-
fte drie en een half, op ’t meefte viermaal
zo veel, als die van Water.
Een fchoone Hemelsblaauwe Kleur bepaalt
voornaamelyk de waarde van den Safier, mids
dat hy tevens volmaakt zuiver en helder zy.
De zodanigen komen in Prys ongevaar op de
helft der Robynen of Diamanten , inzonderheid,
wanneer zy groot van Stuk zyn. Zy
wprden zeer lchoon en natuurlyk, van gegoo-
ten Glas,met hoogklëurige Smalt ofBlaauw-
zel nagemaakt, die men byna alleen door de
minder hardheid kan onderfchèlden. Want
deeze Glasfteenen overtreffen dikwils den na-
tuurlyken echten Safier in glans.
Behalve de zeshoekige agtzydige figuur, met
die der Robynen en Diamanten overeenkom-
ftig , hêeft. men ook Safieren gezien, die' een
zeszydige Kryftalfiguur hadden , met Piera-
midaale punten; als ook Brafilfche Schirlach-
tige, met geftreepte Zyden en ftonip gepunt.
Sommigen twyfelen z e lfs , of die van de
eerstgemelde figuur niet veeleer blaauwe Dia*
manten zyn (w) : maar men heeftze , ’t welk
een genoegzaam bewys is, minder bard bevonden.
Ook blykt zulks uit de Afbeelding
van een bleeke Safier myner- Verzameling,
in Ftg. 9, waar van de geftalte , hoewel de
hoe-*
(iv) Delisle Criftallograpkie, p. 220,
W M Ê Ë M Ë Ê Ê Ë Ë Ê Ê &
E d e l e S t e e n e n . 473
hoeken merkelyk afgefleeten zyn , veel naar
die der Robynen zweemt. TeD ppzigt van vij-
die Teerlingfeof platachtige met fcheeveRui-
ten bepaald, waar van D e l i s l e de Afbeel- Safier,
ding geeft,, en van welken hy een roode gezien
hadt, die meer dan twee Loot woog ,
is ’t de vraag of dit geen Steenvloeden zyn
geweest, en de zeszydigen , hoedanig de.
meefte Europifche voorkomen , zyn waar-
fchynlyk , als gezegd is, louter blaauwe Kry-
ftallen.
De Orientaalfche Safieren vallen fomtyds Oriëntaal-
zo hoog én helder blaauw als eene Koorn- e’
bloem (CyanuO, waar van zy den bynaam
Cyaneiïs bekomen. Zodanig eenen rondachti-
gen heb ik, als ook een gefleepenen, onder
veele anderen , Briljant-figuur, tien en een
half Karaaten zwaar.’ Deeze worden by fom*!
migen Mannetjes 'geheten ; tèrwyl men de
bleekblaauwen Wyfjes * Safieren tytelt, of ook
Luchs - Safieren; eene benaaming, welke van ’t
Griekfche woord, Leuco- Saphtros , afkomftig
zoude zyn. Daar zyn nogthans Orientaal-
fche welken men te regt Witte Safieren
noemen kan, gelyk dat woord betekent, hoewel
menze doorgaans den naam geeft van
Water-Safieren. Derzelver Kleur trekt meer
naar ’t Melkachtige dan naar ’ t Blaauwe, 3t
welk ’er dikwils niet in te vinden is. Ik heb
een zodanigen fraay gefleepen en.zeer helder,
G g 5 va«
§ m \
H f
P & .
S I
Wm
m
*■'. I mm
tMeM]