3NS K e i z e i i g i o f
Afdeel. ^een» wiens Vlakken dikwijs Kruifen voor«
H oofd- **ellen» verftaan hebben. Onder de Ver-
stuk. fteende Houten heb ik gewaagd van een Plaat-
S'asj’is.je van Oberftein, dat den naam van Kruis•
fteen zeer we! zou voeren mogen (p), De
Spa&nfche Kruis-Steen , van Kompost el> zogenaamd
, dien men by Rohan in Bretagne
vindt, is iets anders. Men houdtze voor ge-
kryftallizeerde Bafalt of Schirl, in Leyfteen
kruislings ingedrukt (q).
ja^1s?St' ^ nc*er b°nte Jaspisfen zou men kunnen
Etg. 7. tellen de Asbest-Jaspis, welken de Heer von
Justi in het Mansfeldfe ontdekt heeft en be-
fchreeyen (r). ’t Gefteente is donkerrood,
byna Bloedkleurig, doorgaans met een bleek
Groen gemengd, en fomtyds gefprenkeld met
witte Vlakken. De roode en groene hebben
dikwils de grootte van een Gulden , en niet
zelden maaken de groene eene lange Streep >
meer dan een Duim breed, in de langte van
den Steen. Dikwils zyn beiderley Vlakken
maar van grootte als Linzen , en alsdan, in
dunne Stukken, de groenen een weinig door-
zigtig. In ’t algemeen beftaan de groene Vlak«
ken uit Asbest, en beletten altoos de zuiver
glanzige polyfting. Zulks blykt uit derzelver
Vezelachtige Vertooning in Fig. 7 , op Plaat
X X X I ,
O?) II. Stuk, bladz. 29.
(7) Beytrage, als boven, bladz. 205,
CO Neae Wahrheiten &c. VII. Stuk , ptig. «j,
XXXI, alwaar een zodanig Plaatje myner Ver- iv
zameling is afgebeeld. De befchryving heb
ik ontleend van den Heer B r u c k m a n n (j) , stok^ ”"
die zodanige Jaspis byna geheel groen ge- jaspis.
zien heeft. Ik heb ook een Steentje Ver-
fteende Asbest van dien aart.
Daar zyn andere Vermengingen van Jaspis,
Jt zy met Onyx, als wanneer men het Jasp-
Onyx noemt, of met Achaat, en dan Jasp-
Achaat, gelyk ik reeds gemeld heb. Somwy-
3en vindt men ’er Vlakken in van Chalcedoon
o f ook van Kwarts , die dan mede in de fa-
menftelling van het Gefteente komen. Daar
is ook veel bedenken , of niet de grove Fek-
fteen van Meisfen allengs in Jaspis overgaa.
Sommige Stukken , die ik h eb , fchynen als
ten halve veranderd te zyn, en dit zou des-
zelfs oirfprong , uit Kley , nader vastftellen.
In hoe verre de Serpentynfteen , Porphier
en andere famengeftelde; ja zelfs de Podding-
fteenen of zogenaamde Breccia’s in Italië, hunne
GrondftofFe van Jaspis hebben, laat ik on-
beflist (#)*
De Heer L i n n >e u s hadt hier een Blade-
rigen Keyfteen betrokken , te Dannemora
waargenomen door den Heer T idstkoem,
die
CO Abhmdl. von Edetfteinen. p. 269.
(0 Zie de zélfde, p. 268» enz.