An^Mt. van * » dat > °P een donker rooden
V- Grond, een zonderlinge Netswyze Tekening
s« r D’ Melkwit heeft, welke ’er den ltaliaanfchen
^jjpw.naam van Diaspro fiorito reticellato aan toe - eigenen
zoude. Die hoog roöde van Fig. i ,
zou met zyne Tekeningen hier ook kunnen
behooren. W a l l e r i u s heeft van deeze
Gemarmerde of Bonte Jaspisfen een byzon-
dere Soort gemaakt ('m).
X V I. ( 1 6 ) Keyfteen die Rotsachtig is, met Laagen
pofyzonias. # verfchillende Kleur.
jaspis. Zeker Gefteente, dat voorkomt in de Myn
pi.xxxi- van Dannemora in Sweeden, met Laagen van
&£' 5> 6,geel, bleek rood , groen en zwart , fcheen
den Ridder uit Jaspis en bruinere Kalk-Aarde
tezyn voortgekomen. Dit heeft echter, volgens
het onderzoek van den Heer G e r h a r d ,
geen plaats. Wanneer het flegts enkele
Streepen z y n , dan fchynt hy tot den Gram-
matias van P l in iu s te behooren, of Poly-
grammos , wanneer de Streepen menigvuldig
zyn ; gelyk in die blaauwe Liniënfteen van
Bareith , bevoorens door my befchreeven en
afgebeeld (»). Anders heeft menze groen o f
rood met witte Streepen , of ook groen met
Vio-
(»0 Jaspis variegata. Syfl. Min. I. p. 3x3. Sp. 138.
(16) Silex Rupeftr\s, Stratis diverficoloribus. Syfl.
Mat. Sp. 16. Jaspis variegata fasciata. Wall. Syft. Min.
I. p. 315*
Violette Banden , gelyk by Genantfïem Sa- A^ u
xen , waar van in Fig. 6 , alhier de Afteel-
ding is gegeven. Bihyk wordt deeze Taf-srvK, .
fie en , wegens de gedaante, doch verkeerde-
lyk Genadeleen geheten Rood met zwarte
Banden breektze by Goldberg in Silezie;
geelachtig met graauwe Banden by Toplits.
In Sweeden heeft menze Ook overvloedig
met witte en zwarte Banden, als mede by Al-
tenberg in Saxen; alwaar de zwarten Schiefer
zyn , zo de Heer V o g e l verzekerde. Een
der fraaiften onder de Gebandeerden is die Si-
berifche Jaspis van Fig. 5 , welke door een
purperen of Bloedrooden Grond groene Banden
heeft. Sómmigen betrekken dien tot de
Achaaten, zo ’t my toefchynt; doch hy heeft
de Kenmerken der Jaspisfen , en wordt ook
van den Heer B r o c km a n n , als de fchoon- fte Band-JaspiszynerVerzameling,gedagt(o).
Onder de benaaming van Kruisdraagende Kruis-
Steen of Jaspis, fielt K o m > m a n n een Ge- Iaspis‘
(leente voor, dat weezentlyk maar een Jaspis
is , op welken zig , door eene Speeling der
Natuur, een Kruis bevindt , zrgt gemelde
Steenkenner. Misfchien« dagt h y « zou K u n d -
mann daar door den antieken Serp> ntyn*
fteen,
.‘.Afr
(n) Zie ’t voorg. II* Stuk , bladz. 123. PI. XVIII.
Fig. 4.
(o) Eeytrage von Edel/temen. 1778. p. 196.
III. Duel. III. Stuk,