11. A fd e e l .
VIII.
Hoofd*
stuk.
Torfier
wegen, als in Bohemen, en door geheel Italië
vindt. In ’t Gebied van Bergamo en in
Tirol maaken zy geheele Bergen uit. By Joa-
chimsthall, in Bohemen , ftryken daar van
verfcheide magtige Aders, Laagen of Kammen
, door het Gebergte, meest van ’ t Zuiden
Noordwaards , loopende kruislings over
o f met de Erts-Aderen heen , die fomtyds
daar door veredeld worden. Een zulke Ader,
in den Vloer van den Roos van Jericho Gang
als eene Wig infchietende , bragt de rykfte
Breuken van Zilver-Ertfen aan; die weder
affneeden , zo dra het Porfier ophieldt. De
magtigheid van deeze Porfier-Ader werdt ten
m'mfte gefchat op agt of tien Vademen: z y
voerde in hfaare Reeten en Kloven fomtyds een
Zeer vette Steenmergagtige vaste Kley en
wierdt daar door milder in ’t leveren vanErts,
gelyk alle andere Berg- of Rotsfteenen. Het
roode Porfier noemt men in Bohemen Zand*
f t een (b ).
De Grondlaag van hetzelve is altoos een
roode , nu helder dan donker; nu Vleefch-,
dan Bloed-, dan Purperkleurige of bruinroode
Jaspis of Hoornfteen, die fomtyds nog geheel
week en onverhard is, gelykende naar eene
roodachtige weeke Leem. De Vlakken van
Veldfpaath zyn gemeenlyk Melkwit, zeer
zei«
CD F e r b e r , Min. Gtfck, von jBtkmm. p, Ég.
zelden roodachtig, en ondoorfchynende; ge- ^ n ^ .
woonlykst klein, fomwylen grooter, en dan Vni.*
van veelerley hoekige geftalte; dikwijs ook
als Staafjes; waar uit blykt, dat zy eenigszins porjjtft
Schirlachtig zyn. Somtyds zyn ’er, nog bovendien,
Glasachtige Kwartskorrels of dun-,
ne zwarte Schirlftraalen ingemengd, of het
roode Porfier heeft nog andere Rukken Porfier,
die wit van Grond zyn met nog witter
Vlakken, ingeflooten. Dit befpeurt men zeer -
duidelyk in eenige roode Porfierfteenen Fy-
laaren, buiten aan de Kerk van St. Marcus te,
Venetie (c). Het Tirolfche beftaat o f uit reeds
afgezonderde, tegen elkander aan leggende
vierzydige Zuilen , wier zydvlakten grooten-
deels langwerpige Ruiten zyn , of heeft de ei-
genfchap, van tot zodanige Zuilen te barften
of zig breeken te laaten. Mooglyk hadt iets
dergelyks ook in: de Porfierfteen dér Ouden
plaats, waar door dan de voornaamfte zwaar
h e id om het te bewerken was uit den weg
»eruimd. Hedendaags gebruikt men, in Italië,
den rooden Porfier zeer veel tot Ornamenten
der Bouwkorift.
Naast volgt, in berugtheid, het Groene Por- Antieke
fter, waar van, aldaar, veele Verfcheiden-jyjj^gg^
heden voorkomen. Het voornaamfte wordt
ge-
(V) F errer > Briefe aus IP%tfckland, p. 261. Nn 5