mmH
l'
M Ui ' i n .I 'S ! |S
4 9 4 H 0 0 G - G L A N Z I G E OF
11;
A f d e e l .
VII.
Hoofdstuk.
Smaragd*
Zogenaamd
Smaragd-
Kommetje
te Genua.
Deeze zeer fraaije Edele Steen, volgens
den Latynfchen naam Smaragdus, by ons
Smaragd, in Italië Smerafdo, in Frankryk E-
meraude, in Engeland Emeraldgenaamd, heeft,
wegens de Kleur, by fommigen ook den naam
gevoerd van Prajinus. In hoe veel achting
hy by de Ouden was, blykt, dewyl men hem
Gemma Neroniam en Domitiana tytelde. Dit
echter fchynt te zien op zeer groote Stukken;
gelyk zodanig een was, waar in Keizer N e ro
, als in een Spiegel, de Kampvegteryën
befchouwde, als ook die , waar V3n men in
Egypte Pieramieden en Beelden hadtho e -
danigen T h e o p h r a s T u s zelf voor valfehe
o f basterd * Smaragden hieldt. Een Smaragd,
over de twintig Pond zwaar, die in een Kloo-
fter op het Eiland Reichenau by Conftance, in
de Boden-Zee, als een Schat bewaard wordt,
is zelfs maar gegooten Glas Cƒ>)•
Het zelfde fcheen de Franfche Akade-
mist, CoNDAMtNE, met veelgroncfs, te vermoeden,
aangaande zeker Kommetje of Schaaltje,
dat federt meer dan zeshonderd Jaaren,
■ met
Gemma pellucidisfiraa duritie quinta, Colore viridi in
Igne permanente. W all. Sijft. Min. 1. Sp. io8. p. 253.
Borax Lapidofus Prismaticus &c. viridis. Linn- Syft.
Nat. X ll. Tom. 111. Gen. 15. Sp. a. 3. Smaragdus.
Cronst. Min. 145. §. 48. Just. Min. 379. Voa. Min.
145. Gemma Neroniana vel Domitiana, antiquorum.
(/O A ndrea Britfe au$ der Sckwciz. p. 65.
WK m m mm
E d e l e S t e e n e n . 49 o
met den grootften eerbied, inde Schatka. n.
raer van de Domkerk te Genua bewaard en vn?"
niet alleen voor een Smaragd gehouden,waar Hoofd-
ook gezegd werdt door de Koningin van Stl1'aratd
S c h e b a aan den Koning van S a l o m o pre-
fent gedaan te zyn. Dat meer is, de Heiland
zou uit hetzelve het Paafchlam met zyne Discipelen
gegeten hebben! De Genueezen hadden
het , uit de Belegering van Ctefarea in
Paleftina, in ’t voorst der Twaalfde Eeuw,
medegebragt, volgens den Aartsbisfchop van
T y r , die zelf aan de echtheid twyfelde. Pis
ondertusfchen zeker, dat hetzelve, in den
jaare 1319, op. een Befluit van den Senaat van
Genua, geduurende de Belegering dier Stad,
aan zekeren Kardinaal verpand werdt vooreene
fomme Gelds, bedragende twaafhonderd Marken
Gouds; welke Somme, twaalf Jaaren daar
na, hem door de Stad is goed gedaan. Het
is van één Stuk, zeshoekig , veertien en een
half Duimen op Tt breedfte, byna zes Duimen
diep, eu een Kwartier Duims dik van rand,
hebben twee Ooren , waar van het ééne is
gebroken. Met veel voorzigtigheid is het
verbooden , hetzelve te behandelen, o f ’ef
met eenig Metaal aan te raaken; mogende het
niet vertoond worden , dan met een Koord
hangende aan den Hals van den Priefter,
daar toe beftemd, en niet dan met uitdrukke-
lyk verlof der Regeeringe. De Prinfen C ors
ï-
UI. Deel. I I I . Stuk,
t l®
mm
sta U i l
H l - t e l
p fM
f f
ü tsJ&l
S P I
1k1il1iF1