It
jAtdeel.
V.
H oofdstuk:,
gfaspis,
die Roestkleurig was (y) : doch deeze fchynt
my tot de grove roode Jaspis-Soorten, welke
Naams -
ïedea.
fomtyds ook fplytbaar voorkomen, betrek*
kelyk te zyn.
Onder dit Geflagt behooren, zegt de Heer
G m e l i n (jt) , ook zeke re Steenen uit Nor*
mandie, welke inwendig vol holligheden van
verfcheiderley grootte zyn , vallende w it ,
blaauwachtig o f rood van Kleur. Men ge-
bruiktze, in de meefte deelen van Vrankryk, tot
Molen-Steenen.
VI. H O O F D S T U K .
Bejchryving van de K rystallyne Steenen ,
in 't byzonder van de Kwarrs en Kryftallen;
waar van zeer veele Vcrfcheidenheden zyn ten
opzigt van de figuur en groeijing, als ook van
de Kleur ,* gelyk zulks- blykt in de basterd-
Gefteenten en in de Schirls , tot welken,
veele Tourmalins o f Afchti ekkers behooren.
Dat ik de Steenen van deezen Rang den
naam van Kryftallyne Steenen geef , kan
niet oneigen geacht worden , aangezien zy
in zelfstandigheid, figuur en oirfprong, geheel
(w) Silex Rupeftris nudus opacus rufus, Laaiellatus,
Stjft. Nat. XII Sp 15
(»*») Natur - Syftm. I. Th. p, 555.
heel o f gedeelteïyk, ja zelfs dikwils In uit-
werd!ge gedaante , met Kryjlal overeenkom* y i.
ftig , of Kryftal zelf zyn. Men heeftze t o t ^ * 1*
de Glas wordende Steenen (Lapides Vitrescen*
tes) betrokken gehad, en W a l l e r i u s
doet zulks nog heden; maar, terwyl hy ze lf
daar van z e g t , dat zy meest een Glasachtige
gedaante hebben ( x J , zo is die benaaming
niet welvoeglyk. Immers, *t komt vreemd
voor, dat Steenen, van dien aart, nog Glas
moeten worden. Ik weet w e l, wat het bedoelde
z y ; dat menze, naamelyk, met Loogzout
of Borax tot Glas kan fmelten: maar
dit heeft ook in andere Steenen, gelyk in de
Talk by voorbeeld,plaats, en hoe veelenniet,
fmelten , op zig zelve , door ’t geweld van
Vuur tot Glas. De Heer G m e l i n derhalve,
den tytei van Zandaartige Steenen, tot welken
L i n n j e u s de Kwarts en Keyfteen, benevens
de Zandfteenen , hadt t’huis gebragt, willende
veranderen, heeft dien zeer oordeelkundig
met Glasachtige verwisfeld (y ) . Dus voldoet
zyirEd. aan de opgaave van W a l l e r i u s ,
dat zy een Glasachtige gedaante hebben en
komt zeer naa met myne verkiezing van K ry
üallyne overeen : want Kryftal verfchilt niet
dan
(*) Simt Lapides Vitrea plerumque facie &c. Styft*
Min. I. p. 192.
(tfi Natur - Syftetn. I. Theiil. p. 494,