• K' E t - S T i ï K E S . 291
öeenien, wel tagtig van kunnen maaken. H.
Veelen derzelven hebben Griekfche naamen:
want het fchynt dat de Ouden zig byzonder Hooit*
op het bearbeiden derzelven hebben toege- ^ .
kgd. Na hun, echter, zyn nog een menigte
nieuwen ontdekt, die zy niet kenden; Ik
zal fltgts de voornaamften befchryven en in
Plaat brengen.
Oewylde Juweliers,gemeenlyk, den Oden- Door-
taalfchen zuiveren Chalcedoon Achaat noe-J^/”011"’
men , kunnen wy die hier niet geheel vo o r^ ^ P^ -
bygaan; te minder alzo de Boomfteenen door-
gaans ook dien naam voeren. Eh hoewel dee-
ze eigentlyk tot de Achaaten niet behooren»
wordt nogthans de Chalcedoon , met byzon-
dere Tekeningen en Kleuren voorkomende »
hier t ’huis gebragt. Dit geeft dan doorfchy-
nende Achaaten, hoedanig één , van Roslag
in Saxen, hier in Fig. i , op Pui a t XXX p
is afgebeeld. Dezelve maakt een zeldzaame
Vertooning, door zekere Beeldtenis, als uit
den Grond opryzende , met overendftaande
Haairlokken o f Hoornen , die rood gekleurd
zyn : op dergélyke manier als dikwils de kwaa«
de Geeften verbeeld worden. Vóórts heb ik
nog verfcheide Orientaalfche, met Vlakken
en Streepen , allen doorfchynende : om van
de Boomfteenige niet te fpreèkenwaar van
ik verfcheidene, die zeer fraay zyn , zo D u if
fche als Oostindifche, bezit.
T 2
III. Dtttu III. Stuk.
Naast