384
H. omflreeks de uitgedoofde en andere Vuur-
bergen, in Italië en Bobemen ; in Tirol en
H o o fd- Stiermark, in Opper - Ooftenry k en in het SaTtz-
* Schift, burgfe, in Hongarie, Silezie en opverfcheide
plaatfen van Saxen, als ook van Sweeden;
om niet te fpreeken van Amerika, alwaar zy
in Brafil gemeen is, enz.
Verfchii- Doorgaans valt zy veel kleiner dan de Ba*
fendhe- ^ajt ^ en van een Biaderige zelfftandigheid: zo
dat zy aan ’t Staalflag zelden vonkt. DeGrond-
ftof, evenwel, heeft met die der Bafalten
veel overeenkomst, en zy bevat gemeenlyk
ook. Yzerdeeltjes. In ’t Vuur verfinelt zy ',
insgelyks , tot eene fchuimige Slakke. De
zwaarte overtreft die der Kryftallen; zynde
meer dan drie en een half maal zo zwaar als
Water; het Kryftal veeltyds minder dan drie*
maal; doch in ’t algemeen kan men zulks niet
naouwkeurig bepaalen (F), Zy is nu half dan
geheel en ook wel in geenen deele doorzig*
tig. Haare Kryftallen zyn zes, maar ook vier*
vyf- en negenzydig; dikwils aan de eene zyde
Geutswyze uitgehold en doorgaans afgebro-
ken. De Kleur .verfchilt niet minder. Men
vindt witte Schirl,. doch meest geelachtig,
gelyk de Hyacinth of Topaas, in het Napél*
fche, alwaar deeze onder de Edele Steenen
ge*
(éy De proportie van Kryftal tot Water keeft tjieij
bevonden, als 2610, of 2710, of 3160: van de Schirl
als 360O Of 38OO, tOt XpQQi GffiSi,, Walx.er,
geteld wordt. In de voortrefFelykeVerzame* n.
lingvandenBerghoofdman v o n V e l d h e im , Aweei..
t e Zellerfeld, komt Hemelsblaauwe voor. H o o fd -
Groenachtig valt zy meest, *t zy helder ot
donkergroen en fomtyds van Smaragdkleur,
gelyk in de nabuurfchap van den Vefuvius
en in Egypte: blaauw in Tirol; rood in ’t
Silezifch Graaffchap Glatz ; Granaat- cn Ro-
bynrood, als ook helder en donkerbruin, in
Italië. De zwarte en zwartachtige is in andere
deelen van Europa allergemeenst.
Ten opzigt van de Geftalte treft menze Geftalte.
ook zeer verft lullende aan. Sctym orrels, meest plgm 8.
van onbepaalde figuur en dikwils zo klein
als Stippen of Speldekoppcn , komen overvloedig
in de Lava’s en andere voortbrengzels
der Vuurbergen , voor. Schirlvlakken, van
langwerpige gedaante , vindt men in dezel*
ven, als ook in de Porfierfteenen. In de La va
van den Vefuvius vertoont zig ook een
Schirlglimmer, als glinfterende Blaadjes, fomtyds
Teerlingachtig vereenigd, of Straalswy-
ze fpreidende uit een punt. Deeze levert
ook uit de S ch irljla a fjes, die rondachtig wit
en dikwils geftreept zyn , insgelyks by Frei-
berg in Saxen voorkomende. Deeze noemt
men Stangen - Spaath. Schirl -Pieramieden vallen
van mcnigerley Kleuren in de Kalk-Spaath
van den Vefuvius, en worden te Napels voor
Edele Steenen uitgevent. Dezelve bevat me-
Bb ni