ttf) B e s c h r y v i N g V a U
ffc
Afdeel«
LL
HOOFDSTUK.
Uitpuilende niet éênen Rand 3 de Spil
fchuins gejlreept heeft.
Hier onder zyn , volgens de aanhaaling van
R ü m p h i u s , die Dadeltjes begreepen, welke
men Blaauwe Druppen en die men Glimmertjes
noemt. Zodanig eene hadt Bo n an n i ’ervan
den Brafilfchen Oever gekreegen , die Afch-
graauw wit was met twee vaale Banden. Die
van A da Ns on , Girol genaamd, aan de Kust
van Senegal vallende, hadt fomtyds twee gee-
le Banden. Men vindtze ook die geel zyn
met zwarte Banden o f geheel zwart en geel
met blaauwe o f zwarte Stippen, om van meer
andere Verfcheidenheden niet te fpreeken. Ik
oordeel dat deeze Dadeltjes minder van de
gewoonen verfchillen, dan deeze van de Porto
Bello Dadels. L x n n /e u s merktze alle drie
ïiaauwlyks voor byzondere Soorten aan.
ÏII. Eyvormige o f fcheef Eyronde., met
de Opening wyd uitloopende en uit-
gerand.
In deeze Afdeeling begrypt L i n n j ê u s zeker
flag van HoorentjeS, die A dansok Pof»
fetaines noemt Zy gelyken, inderdaad , vry
veel naar Porfelein , en ik oordeel dat de afleiding
des naams van dat Chineefbhe Aardewerk
eigener is, dan daar van, dat zy even
als de Pisfebedden o f Muurvarkens famenge»
rold
i) E V O L ü Ü T F, N,
röld voorkomen, gelyk C o l u m n a wii ( f i j VI.
Inderdaad zulks is te algemeen èn heeft te Afd^ u
weinig overeenkomst. Deeze Hoorentjes kan Èqofd-
men als een mxddelflag tusfchen de Kliphoo* stuk»
rens o f Rauris van ’t Voorgaande Hoofdftuk,
de Tooten en de Dadels, aanmerken. Z y verfchillen
Van dè eerften doordien z y niet zodanig
getand Zyn, vaö de tweeden doordieh zy
ëen geglooide Spil hebben, en komen dus het
naafte aan de Dadels , waar van men zé al»
leenlyk door dé Eyvormige Geftalte en door
de breede Lip önderfcheidt. Hierom zyn zy :
inet reden, nevens dezelven in dit Geflagc
geplaatst.
(401) Voluut, die, dé Schaal fcheef Èyrond c c c c i.
én glad heeft, kruislings gejlreept enTf j luta
fiomp, de Spil met zes Plooijen;
Deeze Soort, in Indie huisvestende, heeft
dé Schaal wit en Vleefchkleurig bont, de Lip
naauwlyks gekarteld ,* de Plooijen van de Spil
groOtelyks famengedrukt. De aangehaalde van
Gu a l t HiÈRi heeft -deSchaal witagtig, met
paarfche b f rosagtig geele Streepen en Stippen
getekend en geftraald.
( 4°2}
/ / Has rotcellanas appellant, quia in fe PorcelKi modo
«onglobsuitnr. *Aquai. p. 67.
C401) Poluta' Testa obovatA la-vi decusfatim flriati obtufA»
ColumeM fexplicatA. Syst. Nat. XII. G V A tT H « Test. T»
2Sé f* Po
K *