20 6 B E S C H R Y V I N G V A Eï
VÏ. eeten krygen ’er een Brakend Zweet van. In
A fdeel, de Ambonfchè Inham wórden zy veel ge-
&00FD- vonden.
STUK. •
ccccLiv* (454) Kinkhooren, die de Schaal zonder onrtfox.
™ effenheden en de Lip van agteren ge-
Gladde doornd heeft.
Bcioiir,
Onder de genen, die aangehaald zyn , is het
Zogenaamde dubbelde Zoompje. De Latynfche
benaaming fchynt meer te zien op de Striems-
wyze Streepen , welken fommigen van deeze
Hoorens overlangs hebben. Sommigen evenwel
hebben die niet, en de aangehaalde Afbeelding
van B o n a h n i was getepeld o f geplooid.
Öok zou deeze Bezoar, om naaf de voor •
gaande volmaakt te gelyken, (uitgenomen dat
2y kleiner was en aan den Top niet Stekelig),
ook Kióotrond van Geftalte moeten zyn ( * ) ,
st welk zelden plaats heeft in de Zoompjes..
L ï n n /eds zelf zegt van Eyrond. Ik vind
defhalve de meening duifter.
(455)
f+54) Buccinum Testa I*vi totfi, Labro postice muricato.
M. L . V . 6off. N. 257* B O N A N N . Rècr. III. T . 152.
rimbriata ljevis« R u m P H. Rar. T- *3» f. E , N. 8 , 9 .
G U AL TH. Test. T. 39. F. L , F. AR G E N V.Conch, T.
17. (14) F, H. SEB. K a l. III. T, 53- f. 3-7* R e g e n F.
Cencb. T. 10. F. 40. KNO KR Verzem. III. D. PI. 8. F. 3.
(*) Testte facies 8c omnia Buccini glauci, fed minor,
nee muricata; ovata, undique lsvis , rarius cin&a auticeno-
dis obliteratis. Mus, L , JJlric*, p. Ooi,
-figf
(455) Kinkhooren , die dè Schaal overal met VI.
Knobbeltjes bezet, en de Lip van agte-^^ffj1-*
ten gedoofnd heeft. Hoofd i
STUK.
Van de Bezoars hier afftappende gaan wy cccclv.
over tot andere Koorentjes,, die in Kenmer-pfffiuT
k;en aan dezelven naderen. Deeze worden^jenbiy,
Ryjlenbfy-Hoorentjes genoemd, om dat zy metHoorcntje.
een menigte van fyne Knobbel t jesdie naar
Rystkorreltjes gelyken , bezet zyn. Zekere
Tandjes wordt men aan de Lip van den Mond
gewaar, zegt d’A r g e n v i l l e , en de Punt
is een weinig Roozekleurig. Dit laatfte neem
ik wel in de mynen waar, doch niet het eer-
fte. De Kleur is witagtig geel met vaale
Vlakken , de langte anderhalf Duim. Z y komen
uit Oostindie.
Irmf f i l r
(456) Kinkhooren , die de Schaal effen, de
Lip van agteren gedoomd heeft en de Glans.
Spil met Wee Tandjes. vlak s?*
De eze, wegens de groote Vuurkleurige
Vlak-
(455 J Buccinum Testd undique tuberculatd, labro postice
muricato. M. 1 . U. 607. N. 258, Buccinum granulatum ro.
tundum. R u m p h . Rar. T. 29, f . M. A R G F .n v . Ccnci.
■ r. 11. (9) f. I. SEB. Ka l. 111. T . 4S. f. 3 7 . 58, 39.
KNORK Verzam. It. D. PI. 27. f, 2.
F+jö) Buccinum Testd IsêVi, Labro postice muricato, Labïo*
que interiore bidentato. M. 1 . U. 607. N. 239. R u m p h .
Rar. T . 29. f . P, SEB. K a l. in . 7 . 39. f, jö , 37, «o.
S n o e r Verzam, III. D. Pi. 5 . f. 5 *
!♦ Dee l , x v i» Stuk,