B E S C H R Y V l H C v a n
17L o f zwarte Vlakken, naar ’t gene uit de aari-
A fd e e l . „ ejiaaicje Afbeeldingen van S e b a blykt. De
H oofd- reden der benaaming is , dat zig de Hooren,
s t u k . tusfchen de Gieren , als met een Bandje ot
Lintje omwonden vertoont, De zodanigen,
zegt R d m p h iu s , zyn de gemeenften onder
de Pennen, „ Sommigen witagtig met Lood-
verwige Plekken en Streepen, eenigenwit,
” met zwarte Stipjes langs den kant der Gieren
; eenigen ftomp van '1 op , gelykende
jj naar een Zwik of Deuvik, en anderen, we*
derom, met rosfe en kromme Streepen, als
o f ’er verward Garen op lag.
ececLXXXvm
JSuccmum
Jlfurinum*
Gedoomde
Pen.
(488) Kinkhooren , die de Schaal getoorend
heeft, met de Gieren eenigermaate Hoe-
kig en drie gedoomde Streepen.
D e e z e , zo wel als de voorgaande Soort,
volgens L innjêus, uit Afrikaafkomftig, heeft
de Schaal zw a r t, bultig aan de Mond-ope-
nmg> en de Gieren dikwils van onderen wit.
L U I . H O O FD *
(488) Sutcinum Test* TurritS , Anfiaiftibus fubangulatis,
Striis tribus muricatis. Syit. s » i a r . GÜ A Ï.TH , T ',U T.
57. f. r.
D £ V X E U C E L H O O R E N & 245
L U I , H O O F D S T U K .
VI.
Afdeel.
lui.
Hoofds
t u k «
Èefchryving van 't Geflagt der V l e u g e l -
H O O R tN s ^ wüclv otidcv do Krabben 6fi dsrPG*
lykent en de eigentlyke Vlerkhoorens, alsook
de Gevleugelde Pennen, gelyk de Basterd-Zee-
tonnen, enz. begreepen zyn.
C W ° 0rd Strombus > dat van verfcheideNaam;
v V hedendaagfchen op de Pennen , in ’t
byzonder, is toegepast, wordt hier door L in -
nze u s gebruikt tot een Geflagtnaam voorde
V l e u g e l h o o r e n s . Het h e e ft, by de
Ouden, zö het fchynt, geen bepaalde betekenis
gehad, dan dat het gebruikt werdt voor
Hoorens, die in een gedraaiden Top uitliepen,
gelyk de meeften dóen. Welk een Schulp -
dier P l in iu s ’er door begreepen heeft, is
duifter. Men kon het derhalve onverfchillig
heemen voor eenig flag van Hoorens, doch
het luidt wat vreemd voor deeze, die anders
dén tytel van jdlatce voeren.
De Kenmerken, aan dit Geflagt gegeven^Kenm«;
zyn: dat hetzelve de Schaal eenkleppig, fpi-ken*
faal gedraaid, op zyde verbreed heeft, en de
Opening doorgaans mét eene uitgebreide L ip ,
uitloopende in een Kanaal aan de flinkerzyde.
Dus bevindt zig in dezelven het Sleufje o f
Q .2 Gaat