VI. Geftalte, de Harp o f Davids Harp, en fornml-
A f d e e l . q ook wel Edele en Maagde - Harpen. Z y
„ » * nlaP'ten voor Rariteiten gehouden te worden,
st u k . en toen gaven de Liefhebbers er ook wel den
naam van Amonretjes aan. De Maleijers noem-
denze Bia Sarasfa , naar de mooije gebloemde
Kleedjes van deezen naam, zegt R u m p h i u s .
’ t Zyn, inderdaad, zeer fraaije Hoorens, maar
door dc gemeenheid worden z y thans weinig
geteld; hoewel men ze doch niet nalaat, in
haare Verfcheidenheden, een plaats te vergunnen
in de Kabinetten.
Men vindt Harpen die een halven Vuist
groot, en die kleinder zyn, tot Zeer klein toe*
D e Kleur van fommigen is bleekrood, van ee-
nigen bruinrood o f graauw, en de zodanigen,
die dan met roode Vlakken fchoon verfierd
zyn, noemt men Chryfanthen, Doorgaans zyn
de Ribben Vleefchkleurig en de tusfchenruim-
ten wat bruinder, met witte ofbleeke Slingeringen.
Die fchoon rood zyn, en kleinder,
als met Blommetjes getekend, de Ribben met
zwarte dwarsftreepjes en een foort van Tandjes
aan de L ip , noemt men Edele Harpen, zegt
R u m p h i u s , die ook van een kleine langwerpige
Soort fpreekt, welke graauw is met witte
Ribben, en dit zyn de Maagde - Harpen. Van
binnen, aan de Spil, hebben deeze laatften dat
zwartagtig bruine niet, ’t welk zo uitfteekt in
de anderen.
Het Dier, Gedagte Autheur zegt, dat het Dier der Harpen
pen voor fchadelyk gehouden wordt. Hetzel- VI.
v e heeft veel Kraakbeenig Vleefch, dat aartigAF^®L‘
gefchilderd is met lichtbruin en geel, en boven Hoofd
op met Sterretjes getekend. Voorts heeft dit stuk.
Schulpdier, van vooren, een Stuk Vleefch,
zo groot, dat het niet wel in de Schaal kan,
’ t welk zy kunnen loslaaten en wegwerpen:
doch wat daar uit groetje is onbekend. Immers
men vindt ’er veelen, die dit Stuk niet hebben,
en, wanneer men ’t zelve van de anderen afrukt,
komen daar onder eenige witte Korrels
te voorfchyn, als o f het Eijers waren. In de
Maand M e y , met het begin van den Regen-
Mousfon, worden de meeften gevangen o f ge-
vifcht in Z ee, en dan vindt men ook de gezegde
Klomp, van het Dier afgevallen, als een
Hart gefatzoeneerd, en met Gouden Sterretjes
o f Blommetjes getekend, doch aan die zyde,
welke tegen het Dier aan gezeten heeft, plat,
witagtig, met paarfche Vlakken als Mazelen.
Op deszelfs Vleefch, dat in ’t eerfte witagtig
is , komen allengs ook dergelyke Bloemen en
Streepen: maar dit Vleefch is altoos weeker o f
zagter dan de gezegde Klomp.
(463) Kinkhooren, die de Schaal met gclykeccccr.xi111
Ribben overlangs, digt aan elkander colfTtZ,
en gefpitst zynde, de Spil glad heeft. Gedbde.'
Deef463)
Bucctnum Testi Varic&us sequaiibus,, longicudinali-
feus, confertis mucronatis, Columelia l*vigata. Syst, Kat. XII,
O 3