VI. Deëze verfchilc. van de gene, die Omwon*
'Afd e e l . ^ pen £>y R ü m p h iu s getyteld worde, door-
H oofd- dien de Rand der Gieren zig als Ingekneepen
stu k * vertoont. L i n n a ü s geeft ’er de zelfde woonplaats
aan.
ccccLxxxm (483) Kinkhooren ,■ die de Schaal getoorend
fnuattZ, en eenigermaate geflreept heeft, met de
Óefüoerde JVaad der Gieren dubheld en gekarteld.
Dit is een korte dikke Pen, volgens de afbeelding
van K l e i n ; witagtig van Kleur,
hebbende als een dubbelen Koord, tot affehei-
ding dér Gierén.
CCCCLXXX1V
èuccinum
StrigilA'*
turn* v
Naalde-
Pen.
CCCCLXXXV,
Buccinum
duplica-
turn*
(484) Kinkhooren , die de Schaal getoorend
heeft, de Gieren in tweeën verdeeld én
fchuins geflreept.
(485) Kinkhooren, die de Schaal getoorend
heeft', dè Gieren ih tweeën verdeeld en
geflreept.
(486)
(483) Buccinum TestR Turritl fubftriata; Sutura Anfra&uum
diiplici crenulata. Syst. Hat. XII. KLEIN Ofirac, T. 7. f . i n .
(484) Buccinum Testa Tumfa,' Anfraótibus bifidis obliqiie
öriatis. M. X. U. 614. N. 071, Strombus granulatus. R u m p h .
Rar. T. 39- f.H , B oM A K » . Reer. H & f . l ïó . G u a X t h .
Test. T. 57. f. O. A R GEN v.Conch, T. 14. ( 11) f, R.
(485) Buccinum TestR Turrita, Anfraftibus bipartitis ftriatis.
M- X. U. 614. N. 27a, BoNANN. Reer. III. f. IIO. GuALTH,
Test, T , 57» f. N. KnoBR Verzm. VI, D, PU 24. f. 4,
(4863 Kinkhooren, die de Schaal getoorend en VI.
effen heeft, de Gieren onverdeeld, met
overlangfe Tegelroode Streepen. H oofds
t u k .
Deeze drie , regt het tégendeel van de voor ■ CCCCLXXXVt
gaande, voeren, wegens haare ongemeene dun
te en kleinte , den naam van ' Naaldepennen.riekeidcu
R ümphi u s gaat evenwel wat v e r, wanneer
hy ze by Naai-Naaldën vergelykt. Dé laatfte
Soort noemt hy de Piekenïer, om dat de menigvuldige
bverlangfe Streepjes, daarop, een
menigte van Pieken verbeelden zouden. Vaii
de Naaide-Pennen hébben wy nog andere Ver»
fcheidenheden.
(487) Kinkhooren, die de Schaal getoorend
heeft, met de Gieren ih theeën verdeeld fff-f f fm
en effen. tum.
Om won ■
1 , den Pen.
Hier worden alle de genen gemeend, die
men Omwonden Pennen noémt , mids dat zy
op de Gieren niet gekarteld zyn. Kien heeft
’er van veelerley Kleuren, fommigeh föod,
anderen geel o f witagtig, met bruine, rosfe
o f
(486) Buccinum Teita Turriti laevi l Anfra&ibus integris li*
neis longittidinalibus testaceis. Syst. Nat. XII, R ü M P H.
Rar. T. 30. f. G. A r g e NV. Concb. T , 14. f. Z , KNORR
Ftrzam. yi» D. Pi. 24» f, j .
(487J Buccinum Testa Turrid, Anfraftibus bifidis kwibus.
Syst. Nat. XII. S e b . Kab. m . T. f. 15 , 19, 23 , 24,
* 7* KNORR Vtrzam, VI. D. PI. I8 f 5 6
Q