188 BIBLIOTHEEK-WETENSCHAP.
voorstellend, benevens een stel van vier portretten, wier gelijken
men elders moeijelijk zou vinden, van Francis Drake, Thomas
Candish, Tycho Brahe en Olivier van Noort, evenals het fraaije
afbeeldsel van koningin Elisabeth, door Crispijn d'e Pas in 1592
gegraveerd, en de zeldzame portretten van Hendrik III en
IV naast elkander, gravure van 1593. Een deur leidt naar
de rariteitenkamer, een andere naar de groote zaal. Wij vinden
e r, in de kast onder de vensters, eene uitstekende verzameling
van handboeken over bibliotheekwetenschap en bibliotheken , waar-
onder de kostbare Ma n u e l des l i b r a i r e s en de Di c t ion-
n a i r e de g e o g r a f i e des l i b r a i r e s van J. Chr. de Brunet,
F. A. Ebert’s Al l g eme i n e s b i b l i o g r a f i s c h e s Le x i c o n ,
het nog altijd belangrijke Re g i s t e r van a l l e r a r e en zeldzame
b o e k e n van A. Ferwerda, in 24 deeltjes, A. Potthart,
Bi b l i o t h e c a h i s t o r i c a , W. Wattenbach, Ge s c h i c h t s q
u e l l e n , Thomas Proenall Dibbin’s Bi b l i oma n i a , Edward’s
F o u n d e r s of l i b r a r i e s , e. a ., terwijl natuurlijk Muller’s on-
schatbare catalogussen en de bibliografische werken van Lede-
boer, Mulder Bosgoed, Eekhofi, Rogge, Sautijn Kluit en der-
gelijken niet ontbreken. Hier kunnen wij ons ter studie voorbe-
reiden, maar hier kunnen wij ook kennis maken met het beschämende
werk van Dr. Ernst Heitz, D ie o e f f e n t l i c h e n
B i b l i o t h e k e n d e r Schwe i z , waaruit blijkt, dat in 1868
het canton Zurich 262 openbare boekerijen bezat, Bern 222,
Solothurn 165, en zoo vervolgens. Daarbij zijn wij nog wel wat
achterlijk. En die boekerijen werden meestal ook goed gebruikt.
Wat zou de statistiek ten onzent leeren?
Wij ontmoeten in dezelfde kasten tal van catalogussen van
vaderlandsche bibliotheken en, voorzoover zij bestaan, die van
alle openbare boekerijen ten onzent. Verblijdend is het vooruit-
zigt, dat die v a n 'de rijke K o n i n k l i j k e Bi b l i o t h e e k niet
altijd zal blijven ontbreken.
De kasten längs den muur bevatten vooreerst een rijke verzameling
van die kostbare hulpmiddelen, die men en cyclop
a e d i a n en b i o g r a f i e n noemt. Ziehier o.a. de fraai geillus-
BRONNEN YOOR ALGEMEENE GESCHIEDENES. 189
treerde Di c t i o n a r y of Gr e e k a nd Roma n Bi o g r a f y a n d
My t h o l o g y , en de niet minder fraaije Di c t i o n a r y of Gr e e k
a n d Roma n A n t i q u i t i e s , beiden van William1 Smith, de
levensbeschrijvingen door Filippus Gallus, Reusnerus en Bois-
sardus met schoone portretten, en Boxhorn s Mon urn e n t a
i l l u s t r i um ' v i r o r um met de afbeeldingen van talrijke graf-
teekens. Vijf en twintig portefeuilles met gelijktijdige portretten
sluiten zieh hierbij aan.
Nu volgen de werken van geschiedkundigen aard, beginnende
met algemeene geschiedenis, in de eerste plaats wereld-
kronijken, waaronder Rolevinck’s F a s c i c u l u s t emp o r um
in ouden gestempelden zwijnslederen band. Dan komen de we-
reldgeschiedenissen, de werken der Grieksche en Romeinsche-
geschiedschrijvers, meerendeels in fraaije oude banden en goede
uitgaven, en de. bronnen voor de geschiedenis der latere tijden,
waaronder de bekende en gezöchte Me r c u r i u s s e n en de
zeldzame Zame n s p r a k e n d e r d o o d e n , nagenoeg compleet.
Gindsche werken, meest deftige folianten, zijn gewijd aan
de diplomatic; Dumont’s Cor p s u n i v e r s e l behoort hiertoe,
evenals een aantal portretten van afgevaardigden tot onderscheidene
vredehandelingen, o. a. die te Munster. De boeken oyer algemeene
geschiedenis vullen vier kasten.
Nu komen wij tot de geschiedenis van afzonderlijke rijken.
Belgie vooral is goed vertegenwoordigd. Hier staan de kronijken
van Brabant, — die van 1530 in originelen met koper beslagen
band, — die van 1533 met de merkwaardige houtsnede, voor-
stellende het kanaal van Brussel naar de Schelde, die van
1565 met portret van keizer Karel. Hier is Leroy’s Br a b a n t i a
i l l u s t r a t a met talrijke afbeeldingen van kasteelen. Hier leeren
ons Mertens en Torf, hoe men de geschiedenis eener stad
schrijft. En hoe de Vlamingen optogten wisten te organise-
ren, ziet het in de prächtige werken over den intogt van Ferdinand
en Isabella in Antwerpen en over de begrafenis van den
aartshertog. Als tegenhanger kunnen wij onder de rubriek
Duitschland de huwelijksfeesten zien van den palsgraaf Frederik V