gemakkelijk weer ontbonden worden. Bij de Irokezen, de Oiibway’s en andere
brachten I f i ' ' Waie” * ho°,fdzakeliJ k de moeders, die de huwelijken tot stand
wisseld w e fd e n '0^ ^ ’ waaronder dlt geschiedde, de geschenken, die hierbij uitge-
schillpn yp'pr* h " a • “ sten» toekomstige vrouw moest vervullen, enz. ver-
Too, c o n tr a t + I e onderscbeidene voIken- Over ’t geheel was het huwelijk een
ionffe 1 ! tusschen de ouders. Doch bij onderscheidene stammen trach tte de
multen t n ™ een meisj e dong> door het een of ander uit te
r a l hi m» J aan 6 den besten jachtbuit. Beroemde krijgslieden
aanbTeden J zeer. gehefd i Z'J H B er naar mede, bij de Osagen door het
feest ü ,mais: aar’ e n , h e t huwelijk werd hierdoor gesloten, dat bij een
h t “ d,e wenscb . samenleven was blootgelegd en de gemeen-
X s c W e l w gebou,wd was- S Bij de Navajo’s was het samen eten van maïs uit
n sckotel het symbool, waaronder het huwelijk gesloten werd.
weer ü l hier strenger, daar losser, maar over ’t geheel toch gemakkelijk
niet vnnr h t i'r a iH onderscbeidene stammen werd het huwelijk oorspronkelijk
Hm-nnen w i g , e,rb, maar v00r 6en Jaar of “ og korter tijd gesloten. Bij de
werden hed 111 hu’wehJke“ °P Proef voor. eenige dagen, en in Nieuw-Engeland
t i l sai? enleefder), eerst later door den Sachem voor altijd met
boofden B E I Z’J " « S ® e,kander OE I J In Virginie waren de
e e r i e ,,,. zooveel vrouwen hadden als zij wenschten, alleen duurzaam aan d¿
vrouw, verbonden, en aan de anderen eerst dan, als zij langer dan een iaar
“ d g6v e| hadd.en' I de Muskogee’s duurde het huwelijk een jaar, doch
tTid vend U, eren a lt geboren waren, regelmatig verlengd. Zulke huwelijken op
a i - meest bij de zuidehjke stammen. .
e e rc !L bl;' ü Cr6ek het buwehjk 11 a een íaar was verbroken, dan mocht voor den
der t e X h §een' n]euw huwelijk plaats vinden, iets, dat de beteékenis van reiniging
: ™ I f r , ? et f fM van echtscheidmg was meestal geheel in handen van de
m e n t ’ t d + u stammen ook H 1 bezit van de vrouwen. Afkeer, welke
d X u ’ Î T booze geesten vvordt ingegeven, is voldoende reden tot seheiwp
fe r t f vVr0UW !! oudt,_ evenwel haar hut, meestal ook de kinderen, en tracht
hnnrheíd huwen- Onvruchtbaarheid heeft verstooting tengevolge. Geheele onvruchten
X eh d“ Z® V00r ’ evenwe! werd door kunstmatige abortus bij gehuwden
meer a HHh H ^ v00^ aantal kinderen voorkomen, zoodat meer dan 3 a 4 kinderen had. zelden een vrouw
hríedNieUW"E egeIand kwam onder de koninklijke opperhoofden het huwelijk tusschen
X i V0°I,',I wijl de koning anders geen evenboortig huwelijk kon sluiten ;
» t i J.vele volken bloedverwantschap als een belemmering van 'het huwelijk
beschouwd. Bij vele volken bestond zelfs de gewoonte, om zooveel mogelijk te
nuwen met meisjes van andere stammen (exogamie).
.Opmerk elijk is het, dat bij vele stammen de bloedverwantschap alleen in vrouwei
S I d n er d WTeT. ’ , sP°ren van matriarchaat, welke bij onderscheidene volken
gevonden worden. Hierdoor behoorden bij de Irokezen, de Cherokee’s en de volken
i ma, de kmderen aan de moeder. Wanneer de heerscherswaardigheid
lienjK was, kon die met van vader op zoon overgaan, maar alleen van de moeder
op ae zoon, die tot het komngsgeslacht behooren moest. Daardoor volgde dikwijls de
l°aT Z aU d n ZUSf-er S h1ef rschers °P ; zo° °- a- biJ de Huronen, Attakapa’s, Cherokee’s
van Noord-Carohna en elders. Als oudere zusters niet bestanden, kon hier en daar
de zoon van het opperhoofd opvolgen. Bij de Creek’s, de Natchez’s en de Kenaier’s
werden stand en rang van den man bepaald naar de familie, waartoe de moeder
behoorde. In dit alles lag als het ware een schadeloosstelling van de vrouw voor
het overwicht dat de man anders bezat. Het grondbeginsel der matriarchaatsrechten
schijnt hierin te bestaan, dat de moeder meer aandeel heeft in de geboorte van het
Kind, en dat m elk ge val de moeder bepaald is aangewezen, terwijl dit met den
vader met het geval is.
Polygmnie was bij de Indianen algemeen. De geringschatting der vrouwen, het
gebruik der vrouwen als arbeidskracht, haar vroeg oud worden als gevolg van den
vermoeienden arbeid, de groote meerderheid der vrouwen in aantal, als gevolg van
den oorlog, waarm vele mannen omkwamen, dit zijn hoofdmotieven van de polygamie.
Overal in Noord-Amerika was deze geoorloofd, doch zij bepaalde zieh hoofdzakehjk
tot de hoofden en beroemde' krijgslieden, bij de Natchez tot de edelen, die een hootd-
vrouw en eenige bijvrouwen namen. Wie meer vrouwen had, dan hij behoorlijk kon
onderhouden, werd veracht. Bij enkele stammen bepaalde zieh de veelwijverij hiertoe,
dat de man, die huwde, ook tegelijkertijd de zusters van de vrouw huwde, een
middel, om meer vrede onder de vrouwen tot stand te brengen.
De plicht der verzorging van de zusters zijner vrouw werd bij sommige volken
erkend : bij de Knisteno’s bestond de gewoonte, dat de weduwnaar de zuster zijner
overleden vrouw moest huwen. Soortgelijke gewoonten bestanden er vele.
Een eigenaardig verschijnsel in het familieleven der Noord-Amerikanen is de gast-
vrijheids-prostitutie. Reeds in ouden tijd schijnt het een gewoonte bij vele volken
geweest te zijn, om aan een gast vrouwen of dochters als bijslaap aan te bieden. De
prostitutie uit zucht naar gewin schijnt bij de Indianen eerst ontstaan te zijn na de
aanrakin» met de Blanken. Evenwel waren er vanouds bij alle stammen meisjes, die
een hoogst ontuchtig leven leidden ; gehuwde vrouwen daarentegen waren onderworpen
aan den man. In Zuid-Carolina bestanden bij de Marsaw’s publieke meisjes, van
welke het opperhoofd inkomsten trok ; zij waren kenbaar aan den snit van het haar.
Dat de opvatting en grond der zedelijkheid bij de vele Indianenstammen zeei
verschilde, behoeft niet verder in het licht gesteld te worden.
De liefde der Indianen tot hun kinderen ís zoo teer en innig als slechts zijn kan.
Bij hongersnood zorgen zij voor hun kinderen het eerst en meest. Er bestaan voor-
beeiden, dat een vader zijn in de gevangenis geraakten en te r dood veroordeelden
zoon redde door zichzelf op te öfteren. .
Trots de polygamie zijn de familiebanden over ’t geheel hecht; ook de kinderen
geven vele bewijzen van liefde en toegenegenheid aan de ouders. Bij de Irokezen
was de liefde van den zoon tot de moeder zelfs innig. Over ’t geheel bewijzen de
jongeren den ouderen groote achting en liefde, zoowel buiten als in den kung der
familie. , ,
De kleine kinderen worden meest op een plank of een soort van wieg gebonden,
welke niet zelden fraai versierd is en met speelgoed en amuletten is behängen. Aldus
wordt de kleine door de moeder mede rondgedragen bij al haar werkzaamheden en
waar zij ook gaat. Bij de Natchez placht men jongens op panterhuiden, meisjes op
huiden van bisonkalveren té leggen, opdat de kinderen den aard en het karakter
dezer dieren zouden verkrijgen. _
Bij de Irokezen werden oudtijds de dochters vooral met vnendehjke behandeling
gröotgebracht. Niettemin verheugt men zieh over ’t geheel in de wildheid en ruwheid
der jongens en werden zij bij velen tot hardheid en wreedheid opgevoed.
Het is algemeen bekend, dat na een gevecht de Amerikaansche Indianen hun
gevangenen pijnigen en een duivelsch vernuft aan den dag leggen in het uitdenken
van de folterendste martelingen. Evenwel zijn de verhalen betreffende deze gewoonte
zeer overdreven. Zÿ pÿnigen niet al hun gevangenen, maar kiezen slechts enkelen
tot dit doel uit, terwijl de anderen in den stam worden opgenomen door het
huwelijk met de weduwen, wier echtgenooten in den strijd zijn gedood geworden,
waarna zÿ dezelfde rechten als de oorspronkelijke leden van den stam genieten.
Ook wordt de pijniging niet uit wraakzucht toegepast, ofschoon het mogelijk is,
dat er dergelÿke gevoelens bij hen opkomen, wanneer het slachtoffer aan den martel-
paal gebonden is. Zeker is het, dat bijgeloof ook hier weder een groote rol speelt;
de pijniging geschiedt namelijk met het doel, om den geest te verzoenen van die
leden uit hun eigen stam, die dezelfde behandeling ondergaan hebben door de hand
hunner tegenstanders. De veroordeelde krijgsman berust in zijn lot met de onver-
stoorbare kalmte, die een wezenlijk deel uitmaakt van het karakter der Noord-
Amerikaansche Indianen, en stelt zijn lijdzaamheid tegenover de pijn, welke zijn
vijanden hem kunnen toebrengen. .
Martelingen, te vreeselijk zelfs om te vermelden, worden achtereenvolgens in praktijk
gebracht, want is het slachtoffer eenmaal aan den martelpaal gebonden, dan laat
geen Indiaan zieh ooit terughouden van zijn doel, om den gevangen krÿgsman
bekentenissen van pijn af te persen en daardoor niet alleen hemzelf tot schände te
brengen, maar ook den stam, waartoe hij behoort. Hij van zijn kant stélt er daaren