en wijzen er op, dat zÿ nog uit den tÿd kort na de verovering dagteekenen. In het
binnenste gedeelte woont de heer met zijn familie: buiten dén ringmuur vormen de
hutten der arbeiders als het wäre een klein dorp.
* * ♦
De economische en maatsehappelijke toestand van Mexico gaat in de laatste jaren
vooruit. Een Arnerikaanseh schrijver noemt Mexico „the most compact and unified
nation’’ in de Nieuwe Wereld. „Het heeft' een regeering gekregen, die regeert, maar
een, die dat werk verstaat, en het bezit een bevolking, die geleerd heeft, ¡reregeerd
té worden.” 8 • ’ 8 8 -
De verandering in een menschenleefitijd is groot. In de eerste helft dezer eeuw
was het land aan verwarring, burgeroorlog en onzekerheid ten prooi, zonder bedrij-
vigheid. De wegen waren onveilig; op alle wegen, tot zelfs in het hart der steden,
werd geroofd en gemoord. Er waren geen spoorwegen, geen telegraaflijnen en er
was nagenoeg geen handel. De besproeiingswerken, zonder welke in de meeste streken
geen landbouw kon worden gedreven, geraakten in verval; de mijnen werden niet
geëxploiteerd, armoede en achteruitgang heersehten allerwegen.
Thans is ' dat alles veel verbeterd onder het krachtig bestuur van den tegenwoor-
digen President. De openbare veiligheid werd overal hersteld, de wegen werden
verbeterd, en spoorwegen werden aangelegd. In 1897 werden 7380 Engelsche mijlen
spoorweglengte geëxploiteerd en 127 mijlen tramwegen. De aanleg geschiedde meest
door maatschappijen. De telegraaf is de goedkoopste van geheêl Amerika; overal zijn
postkantoren, scholen, groote openbare gebouwen en instellingen ; de pers, de school
en het woord zijn vrij. Al is de welvaart nog niet gelijkmatig verbreid, toch heerscht
ze overal en ook op zedelijk en intellectueel gebied is er vöoruitgang te bespeuren.
Het schoolwezen heeft in 1896 een belangrijke verbetering ondergaan. Vroeger
steunde de Bondsregeering de gemeente-scholen, na dien tijd heeft zij alle openbare
scholen in Mexico onder haar beheer genomen en daardoor meer eenheid in het
onderwijs gebracht. In elken Staat zijn normaalseholen, die zeer goed gesubsidieerd
en druk bezocht worden. Verder heeft men er vak- en ambachts-onderwijs en zelfs
kunst-onderwijs. Doch de godsdienst wordt er streng van de school geweerd en aan
het gezin of aan de bijzondere scholen overgelaten. Dit is zeker merkwaardig in een
Staat, waar 75 pCt. der bevolking Katholiek is.
Ook de financien zijn in den laatsten tijd beter geregeld. Eeuwenlang werden de
inkomsten van den Staat verkregen door in- en uitvoerrechten, zegelrechten, vergun-
ningen enz. en aan grondbelasting werd niet gedacht. Elke Staat hief zijn eigen
rechten en beschermde zijn producten tegen die van den buurman. Daardoor werd
het vrije verkeer ten zeerste belemmerd.
Die Chineesche muurtjes in het verkeer binnen Mexico werden omvergeworpen.
De Indianen stonden verbaasd, toen zij de steden konden binnengaan, zonder dat
iemand op hen aanvloog om tolgeld. Dat was van öuder op kind zoozeer gewoonte
geweest, dat men het zieh bijna niet anders kon denken. En op 1 Juli 1896 werd
de gehate hoofdëlijke belasting „alcabalos” ook opgeheven.
Door die maatregelen namen de handel en het verkeer in Mexico'toe. De brón
van inkomsten vóor den Staat zijn nog altijd de zilvermijnen. Wel heeft de Staat
een schok gehad doör de daling der zilverprijzen in de laatste jaren, maar zonder
crisis is die dobrstaan. In Mexico waren in 1894 in werking 3167 mijnonderne-
mingen; de waarde van den zilveruitvoer bedraagt ongeveer 102 millioen gülden
per jaar.
De Centraal-A merikaansche R e pu b l ie k e n . .
De oöstkust van Centraäl-Amerika was reeds döor Golumbus op zijn vierde reis
in 1502 bezocht; de westkust ontdekte Ponce de. Leon in 1516. Pedro de Alvaredo,
na de verovering van Mexico door Oortez hierheen gezonden, onderwierp de Indianen
in 1524 en bouwde de stad San Jago de Caballeros de Guatamala. De verovering
had hier niet dan na veel moeite plaats en eerst na tegenstand namen de inboorlingen
de nieuwe religie aan, die hier door Las Casas gepredikt werd. Eenige Indiaansche