Vroeger was Uruguay een Spaansche bezitting en vormde zij onderden naam „Banda
Oriental” (oostzijde)een deel van het onderkoninkrijk Buenos-Ayres.
Dit land was echter voortdurend een twistappel voor Spanjaarden en Portugeezen,
welke laatsten hier' een üitgebreiden sluikhandel dreven. Toen Buenos-Ayres van
het moederland afviel, bezette de Portugeesche regeering van Brazilië in 1817
Montevideo en vereenigde de Banda Oriental met Brazilië. In 1822, bij de afscheiding
van Brazilië van Portugal, ontstond er een opstand van Buenos Ayres tegen Brazilië,
welke hiermede eindigde, dat Montevideo tot; een afzonderlijken Staat werd gevormd.
Den 18en Juli 1830 werd de Gróndwet der República Oriental del Uruguay beëedigd.
Sedert is deze Staat een Republiek, onder een President met 5 Ministers en een
wetgevende macht van twee Karners..
LITTERATUUR.
Anuario' estadístico de la República Oriental del Uruguay. Montevideo.
Handbook of Uruguay. Washington 1892.
R omani L opez L omba." La República Oriental del Uruguay. Montevideo, 1882.
H onoré R oustan — C. M. de P e n a . La República Oriental del Urugay en la
Exposición Universal Colombiano de Chicago. Montevideo 1893.
II. D e R e pu b l ie k P araguay.
In het binnenland van Zuid-Amerika, tussehen de Parana en de Pilcomayo-rivier,
ligt de Republiek Paraguay, aldus genoemd naar de rivier Van dien naam. Paraguay
werd in 1516 ontdekt door de Spanjaarden en in 1536 werd er de stad Ascuncion
gesticht. In 1608 versehenen hier de Jezuïeten, die er een eigenaardige Christelijk
patriarchale staatsinrichting onder de Indianen hebben gegrondvest, met een soeiälis-
tisch karakter. In naam werd die Staat onderworpen aan Spanje, maar in werkelijk-
heid had het gezag van den Koning hier geen invloed. Dé Jezuïeten behandelden de
Indianen als kindereng gewenden hen aan arbeid en de uitoefening van landbouw en
veeteelt, benevens aan religieuse gebruiken, doch hielden hen verder onwetend en
onder voogdij. Toch achtten zij het noodig, dat de Indiaan ervaren was in het lezen
en schrijven. De Guarani-taal bleef er heerschend. Elke familie had een kleine
bezitting, doch h e t’ grootste gedeelte des lands ■ was gemeenschappelijk bezit (possessio
Dei.) Het overschot van de opbrengsten dès lands wêrd opgestapeld in de Staats-
gebouwen en hierin dreven de Jezuïeten eenaanzienlijken en voordeeligen handel. Om
het gebied tegen aànvallen van buiten sterk te maken, werden er grensvestingen
gebouwd en werden de Indianen strijdvaardig gemaakt. Het land was verdeeld in
zendingsdistricten (doctrinae), 40 in getalg waar weldra 100,000 bekeerde Indianen
van de Andes tot de kust van Brazilië gevestigd waren. Het algemeen bestuur was
in handen : van de beide Jezuïeten-collegiën te Asuncion en Cordova ; in elke kolonie
was een priester, die als hoogste overheidspersoon optrad, met een vicaris. Het land
was evenwel voor vreemden, zelfs voor Spanjaarden, gesloten ; dezen konden er zieh
alleen tijdelijk ophouden met verlof. Zelfs schroomden de Jezuïeten hier niet, een bisschop-
pelijk visitatie-bezoek gewapend af te weren. Niet alleen hier, maar ook in Brazilië waren
de Jezuïeten ijverig werkzaam onder de inboorlingen. Toch droeg hun arbeid op den duur
geen vruchten. Er ontstond strijd met andere congregaties, als de kolonie der Paulista’s
in Brazilië (Sao Paulo), en nadat de Jezuïeten in 1726 hadden weten te verkrijgen,
dat hun zendingdistricten onder toezicht van den Gouverneur van La Plata gesteld
waren, waardoor zij meer onafhankelijkheid hadden, werd Paraguay het tooneel van
den strijd der partijschappen. Toen verder in 1766 de Jezuïeten uit Spanje verdreven
werden, stonden ook hier de Jezuïeten aan vervolgingen bloot; zij werden inhechtenis
genomen, en het land werd onder burgerlijke besturen gesteld. Doch voor de Indianen
was dat geen verbetering; zij wenschten gaarne hun voormalige leidslieden terug.
Wel trachtten de Spanjaarden het door de Jezuïeten aangevangen werk voort te
zetten, doch zij misten daartoe de bekwaamheid. Zoo ging de beschaving, onder de
inboorlingen gebracht, weer te gronde ; de Indianen lieten den landbouw varen en
keerden tot hun zwervend leven terug. En in 1778 werd Paraguay bij het onder