A M E R I K A .
H O O F D S T U K I.
HET LAND IN BETREKKING TOT DE BEWONERS.
O y e r z i o h t .
Amerika wordt de „Nieuwe Wereld”- genoemd. Dien naam verdient het werelddeel
met het volste recht. Meer dan eenig deel- der aarde toch vormde Amerika tot den
aanvang der Nieuwe Geschiedenis een wereld op zichzelf, geisoleerd doör groote oceanen,
™e.i ®en eigen natuur, een eigen bevolking en een eigen geschiedenis, een eigen karakter.
t Was een zelfstandige wereld, die Columbus in 1492 aan het verbaasde Europa leerde
kennen, nieuw voor het oostelijk continent, nieuw zoowel door den aard van zijn wezen
als door de wetenschap van zijn bestaan.
Amerika is^ het produkt van een op zichzelf staand wordingsproces, een werkstuk
„sui generis,” eigenaardig in architectuur, in plastiek, ornamentiek en kleur, in
atmetingen en verhoudingen.
Dit op zichzelf staand karakter van Amerika bljjkt reeds uit zijn algemeene
afmetingen. Terwijl de Oude Wereld zieh hoofdzakelijk van het westen naar het
oosten, van de westelijkste punt van Afrika tot Japan over ongeveer 160 lengtegraden
uitstrekt, heeft Amerika even ten zuiden van den aequator slechts een uitbreiding
over met meer dan 45 lengtegraden, een lengte-uitgestrektheid, die alleen in het
noorden wordt overtroffen, doch over ’t geheel veel geringer is, terwijl het
midden van het werelddeel enkel een smalle verbindingsbrug tusschen het noordelijk
en zuidelijk deel vormt. Amerika heeft echter zijn uitgebreidheid meest in de richting
der geographische breedte, van ongeveer 72° N.Br. tot biina 53° Z.Br., zoover het
vasteland betreft. .
Eeu .,geV0lg van dien vorm van liet vasteland was ook de uitbreiding van het
werelddeel over alle klimaatzonen, van de noordelijke koude over de noordelijke
gemafigde tot de heete luchtstreek en verder door de zuidelijke gematigde luchtstreek.
Aan elk dier klimaatvormen körnt in Amerika een meerder of minder gedeelte
oe, alleen aan de zuidelijke koude luchtstreek heeft Amerika geen deel. Zoo door
alle iuchtstreken in hoofdrichting uitgestrekt, moest de migratie in dit werelddeel
gepaard gaan met een geheele verandering van natuurlijke toestanden, van levens-
voorwaarden en voortbrengselen. Terwijl het in de Oude Wereld mogelijk was, zieh
over mtgestrekte lengten in hetzelfde mathematische klimaat te verplaatsen, bracht
in de Nieuwe Wereld elke aanzieulijke verhuizing een aanraking met andere klimaatzonen
mede.
Amerika is een smal, lang werelddeel, eigenlijk bestaande uit twee zelfstandige
rienoekige continenten, die geologisch gescheiden waren, doch in den tertiairen tijd
ooi een brug van vulkanische gesteenten in Midden-Amerika wel verbonden, doch
me vereemgd werden. Daardoor verschillen Zuid- en Noord-Amerika nog altijd, wat
ora en fauna betreft, zoodat men met recht Amerika een dubbel werelddeel kan noemen.
ue kustontwikkeling door eilanden en schiereilanden leeren wij voor Amerika uit
ei Inv? e «ijfers kennen, die de verhouding van de leden (schiereilanden en
en) tot den romp aangeven. In Midden-Amerika met West-Indie Staat de
AMERIKA,