zijde wordt bmnenwa,arts gekeerd en wanneer dit deksel op den piilkoker gedrukt
en een weinig gedraaid wordt, blijft het stevig zitten. Met het deksel op den koker
kan er geen water in dringen; zelfs al moeht de jager hem in de rivier laten vallen
zouden toch de pijlen volkomen droog blijven. Het deksel wordt daarenboven met een
koord aan den koker vastgemaakt. '
H M M het kurumanni-was, dat den koker bedekt, volkomen droog is, wordt er
W W H ^ t H -nr!iag ai Van zlJde-gras aan bevestigd door middel van een
iema^kt e.n den. | 1Jlkt°ker ee“ ge malen omgeeft. In den gordel wordt ook vast-
oemaakt een opgerolde streng zyde-gras, waaruit de vezelen kunnen getrokken worden
kkaaaakkbWeenn vvoann dl enne np’i- rBai, waarmkead^e d e ¡p3ijl ende ng eslepetne wbeovrdeestni.gen, alsmede het halve
HATOEN-MANDJE EN PIJLKOKER.
me“ e w M tSkatoentik4 913 T de« HRB voltooit, is het mandje
eener flesch met nauwen hals en dlkL^bufk.^Tengevolge11^ ^ ^ 0™ ? ^ “
O e n T A m Z f f J L
' . 7 0 1 zijn verzamehng, waarmt hij handvol op handvol te voorschim bracht
* %*
, P,eo ke“ is, der B f e ? S ,van de metalen in Zuid-Amerika schijnt zieh benerkt te
hebben tot de westehjke cultuurlanden. Men verstond de kunst, om koper met tin
te vermengen, zonder dat zieh, missehien omdat tin zeldzaam was, een brons-cultuur
had ontwikkeld. Goud als sieraad, door wasschen verkregen, was algemeen verbreid.
Het gemis van ijzer is opmerkelijk. Peruanen en Nieuw-Californiers groeven
ijzer-oxydehydraat om te verven, ijzer smolten zij niet. Evenals de Eskimo’s schijnen
echter ook de Araucaniers meteoorijzer gebruikt te hebben.
De eenvondige werktuigen wijzen op een laag standpunt der nijverheid. Aan de
Xingu dienen de tanden van knaagdieren als beitels; met de tanden van een visch
worden de hären gesneden, een vischtand dient tot aderlaten, enz.
• De weef kunst was bij vele stammen bekend; bij de Tupi’s vonden de Europeanen
HANGMAT.
het katoen reeds verbouwd. In den regel was dat de arbeid der vrouwen; bij
eenige Guyana-stammen werden alleen de katoenen koorden van de hangmatten door
de vrouwen, de andere noodige draden door de mannen bewerkt. Ook de kunst
om te vlechten is algemeen bekend, en daarbij vertoont zieh een zekere smaak.
De beeidende kunst -schijnt zieh hier minder ontwikkeld te hebben. De af beelding
van het menschelijk lichaam vond zelden plaats; over ’t geheel Staat in oostelijk
Zuid-Amerika de kunstzin lager dan in het westen en in ‘-Noord-Amerika. De
Amazonen-stammen leveren echter prächtige vederwerken.
Het handelsverkeer was in Zuid-Amerika minder ontwikkeld dan in het noorden
bij de natuurvolken, zonder echter ergens te ontbrelcen. Bij de Cara'iben in het
MODEL EENEB KANO.
Essequebo-gebied bestaat een stelsel van verdeeling van arbeid; de eene spint, de
andere bewerkt het gesponnene tot hangmatten, een derde maakt aardewerk, enz. Als
betaalmiddel bij de ruiling worden veelal tamme dieren gebruikt. De scheepvaart is
weinig ontwikkeld; slechts enkele ver uit elkander wonende volken waren in Staat,
iets op dit gebied te doen. Geheele stammen, zooals de Botokuden, hadden geen
kano’s. De Seri’s der Sonorakust binden, op de wijze van vlotten, kano’s voor 1 a 2
personen samen met bundels riet en buigen dat achter en voor in de hoogte.
Er bestaan versehillende vormen van kano’s. De belangrijkste is een uitgeholde
boomstam, die gedeeltelijk door vuur en gedeeltelijk door wiggen en dwarshouten in
den behoorlijken vorm gebracht wordt. Bij de grootste kano’s zijn de boorden