i i i i n n 1 Í
T A R T
den Afgod, of zcttcn het Beeldfpyzcvoor.
Vyt of zcs Huis^c7.inncn hebben re zamcn
cc» Schaman ot Prieftcr, by wicn zy
dikmacl te zamcn komen; dcze trckt dan
het klccd aen , dat Gehangen is mct cen
groocc zwacrte Yzei-werk , als afbecldzds
van Harten , Beeren, Slangen, Dr.ikcn
, enz. als benedcn brcedcr in zccker
byzondcr voorbeeld word aengerocrt: liy
heeft dan noch cen lankwerpigc Trommel
daer op doet ilae: n,, wa e " '
i,k t.
de omftancicrs
•dcn-
0 zy voorgcven . op dat getrommel
vcrtoont, zekcre zeldzame Vogel, als cen
Raven, waer na iemand van "t gezelfchap
zieh aficheid , die dan als haffdood gevonden
word , en vcrvolgens voor een
grooten Heilig onder hengeacht j waerlijk
alle cnkcle bcdriegerye , of Gogelaryc van
P riefte rs. Hare meefte rykdom word uicgebceld,
cn bcftact in veei Vrouwen ; de
zommige liebben'er z e s, tien, of twa e l f ,
dochdc a rmf t cma e r e en; vooriederVrouw
zijn zygehouden aendeSchoon-vadercien,
of wcl vyftien Ren-diercn te betalen.
Als dir Volk Eed zweert, nemeo zyeen
Hond, en fleken hem een fcherp Mes achter
het linker been in't lijf, en zuigen hem
daer alzoo het bbed u n , dat de Eed-
Hoe elendig deze Menfchen leven, zoo
achten zy zieh doch gelukkigin hareftant,
cn als zy malkander vloeken , wenfchen
zy dat mogewoonen onder Vreemden. en
Uitlanders , of Akker-bouw oefencn.
Aen de Oe v e r s , ter weder zyde de
Vliet u^rguM c n S c h l h , ontliouden zieh
Tangoefen o p , die verftrooit woonen, zonder
Dörpen , ofVlekken 5 deze erkennen
A R V E . C6i
De Volkeren Braii, die van Tartarifche
afkomft zijn , woonen meeft tuflchen de
Rivieren jenifea en Angara tot aen her
Baikiil, zijn cen vroom Volk , leven vati
Vee , haer fpraek komt in veclen mct die
omtrent Jakmsk} over een , wezende zy
niet de zelve zoo men meint, eendcr aert;
beide Talen hebben mct de Tartarifche
1 groote genneenfchap ; men wil dat de- ,
hiinne Tzaerfchc Majefteiten. De Oevers
dezcr Vloeden zijn op veel plaetzen
ftijl van fteen , dat een oog-gecuige my
heeft verhnelc, als men däcr met Vaertuigen
längs v a e r t , men ftijien tuflchen de
fteenen in moet ilaen, om de zelve daer by
op te trekken. Omt r entdcRivi e r Can, op
de grond die den Sineefch zieh eigert. onthielden
zieh noch in den Jare zcftien hondei
d vier en negentig, twee honderd 7»»-
goefea, die echter te dier tyd Schattingai
liunne Tzaerfche Majefteiten betaelder
deze ftonden onder zeker Vorft , of Knees
van eige Volk-aerr.
De eei'fle toonden zieh zeer angftig, en
vlooden wanneer zy voor anderhalf Jaer
cen groot Vaertuig aldaer zagen , dat met
Moskoviten was be z e t , duchtende het
Uitheemfchen te zijn.
Men ziet dat deze Tnvgoefen, hoc armlijk
zy.levcn , echter noch al eenig weinig
Zilver gcfchir, en op-tooizel hebben.
Volkeren in oude tydcn dooroorlogen
met de Kalmakke» > van omtrent Tohol,
of van vorder uit het Weilen , daer heen
'crdrcven zijn , of om ruimte te hebben
, zelfs daer heenen zieh hebben gezet,
gelijk ook de Kirgifin die by Krafmjar ,
aen de Vloet Ilniijeio en Tomskoy , tuf -
fchen de Bergen woonen , met de Ta r -
taren noch mecr gemeenfciiap in Tael hebben
, welke ook Heidencrfzijn , maer hebben
van Codt ZOO veel kennis, dat ze hem
aenbidden , flaende hare beide banden te
imen , cn zetten die boven him hoofc ,
illen n e d e r , zeggende, wy bidden u
Codt aen, die Hemel en Aerdehebtgefcliapen.
enz.
De Algezonderde Volkeren omtrent de
Vli« femfen, Barbanrß ^ Tolbintß, Con-
THngoefen zijn.
Rondsom Tumganskß , benoorden aen
de ^tnifea, vallen veel witte en bheuwachtige
Vofien. Hier fpyzen de Menfchen
met als Vifch en Herte-vleefch, hun dragc
is mede nie: anders als de vacht an dac
Beeft; in plaets van Hemden of onderrokken,
bedienen zy zieh van de jonge
lerte-vellen , cn van der groote en vol-
'aflchen Beefte-huiden , voor over-rokken.
He t Land is aldaer meeft ganfchplat.
Men zegt dat het tot ye>iefeisk,t>j veel
koudcr is als tot ToM. In Jeaejeiskoy zijn
omtrent zes of acht honderd Huizen , i$
der befte piaetzen in die gewe f t , en
zindelijk beboiiwt.
lümskoy legt benoorden Irkfifshy aen de
Ocver van de Vl i e t , in een dicpe Valeye,
omringt van gebergte , dat zeer iioog i s ,
cn fteen-klippig ; het is een klein flechc
plaetsje van hout , en een RufTclie Volkplantinge
; de Poort word met een honte
wervcl toegedaen, en binnen de omheininge
ftaen twec ftukjens ter tegenweer: omtrent
honderd man , dat alle krygs-luiden
zijn , met hunne Wy v e n , woonen daer;
roen erneert zieh met de vangft van Zabels,
en ander gedierte; daer cn i s g e e nme e r
Akker-bouw , als voor eigen benoodigtheit.
De daer om leggende Volkeren hebben
geen ge\veer als Pyl en Bo o g . wor d
anders Bolf$yfainka genaemt.
Irkit oi Irkfitskoy, legt zeer gelegen tot
O 0 o o 3 den