Mm.'f
i i
m
i;
V i
t ' :
ÍLi
9 0 8 N o o R D
Sneeuw bede l i t . uitgenomen eenen hoogen
tlinftercnde heuvel . welke zieh lieel blacuw vertoonde : het ovcrige gcee¡
te was zecr oncífcn en lacg. De n Ys -
heuvel was na mijn giffing zoo hoog ais
d ' A b d y van JVtßmHnßer. Ik hebbe vcrfcheidertukkcnYsgefmolten.
en bevonden,
dat het water daer van zocc en goed
Van giñcren tot dezen middagden drie
en twincigñen , zeildcn wy längs het Ys ,
nu en dan in zeer diepc Baeyen van' t zelv
e , maer konden geen doortogt daer in
vinden , wyl het ganfch aen malkander
gehecht wa s , me t vee] Baeyen en Ui t -
B:t«e vyfhoeken , ais wäre het Land : de r e cht e ,
i c / r " « ¡^ehoude ftreek was Ooftelijk veertien
«ncnvccr- graden , Zuidelijk toegevende twaelf gram'
^oo"" de verar.dering , gegifte breete
zeventig graden en ecn en veertig
en %«,tig minuten, gevorderd Oof twaer t s negen
t^lo'y^f. "lyíen ' Meridiaen wy t e acht
tigminuKD honderd twce en vyf t ig mylen , verfchil
«ihvacits. van igngfj; gj, vecrtig graden , en v y f
en vyf t i g minuten.
Van giílercn tot dezen middag , den
vier en twinrigflen van Wi e d e -ma e n d
was de Wi n d Noorden ten Werten , met
weinig koelte : wy zeilden íangs het Ys
in alle opcningen en Baeyen , maer konden
geen door togt daer in vinden : wy
2ondcn Matroozen na boven , om te zien
hoe verre het Ys zieh u i t f l r e k t e , doch
konden het niet overzien , noch het end
daer van ontdekken. De rechte behoude
ftreek van ' t geene wy deze laetfte vier en
twintig uuren gezeild hebben , was Oo -
ftelijk vier en dertig graden , Zuidelijk
verfchil van breete vier en twintig mylen,
gevorderd Ooftwaerts vyf t ig mylen , gegifie
breete v y f en z evcwig graden , en
achtien minuten , Meridiacn wyt e negen
u ' t e ' " honderd en twee mylen , nette breete ,
zeventig voigens de hoogte des middags genofyftS'm"
™®" ' 2«vcnrig graden , en v y f .
mit«.v«-tig minut en, verfchil van breete tuffchen
f i i . " " , de gegifte en nette , acht en twintig my -
; i e n j welk verfchil was veroorzaekt door
' een harde ftroom , welke volgcns mijn ondervinding
längs het Ys liep Oo f t - z u i d
ooft aen.
Des middags wierpen wy het Di epl
o o t , en bevonden honderd acht cn twir
t ig vadem wa t e r , zijnde het heel koud .
miilig, en vriezent we d e r j de Meridiaen
wyte verbecert zi jnde , was negen honde r d
twee en veertig mylen.
Des namiddags zeilden wy onder verfcheide
ftukken los Y s , 't welk zieh in
vecideihande gedaente opdeed , na de gelijkenis
van Dieren , gevogclte, en andceii
O O S T
re dingen meer ; maer een van deze fiukken
Ys zagen wy ecn Zegenprael-waeeo
gelijk te zijn.
Van den vier en twintigften , des middags,
tot dezen middag den vyf entwintigfien,
hadden de Wi n d Noord-wefl; toc
Weft-zuid-weft, met wcinig koelte , ñi L
te , cn nevel , zoo dat wy het Ys niec
dorrten naderen , maer leiden het by , of
cn aen zeilende, zagen wy het Ys wedcrom.
De behoude of rechte rtrcek van d e - b « « «
!e laecrte vier en twintig uuren was Oorte- «".¡rg":
ijk zes en dertig graden , Zuidelijk vcr-<i«"
fchil van breete dcrtien my l c n , gevor-ti^ mmÚ-'
derd Oortwaeris zeven en twinrig my l , j'"-,
gegirte breete vier en zeventig gr aden, eng^nínv«;
dertig minuten , M e n d i a e n ^ ' f - ^
wyte negen honderd en negen en twintig «¡„.igmimylen.
Te n een uur na de middag hel-»««"!"'^'
derde de Nevel op : al ons Touw-we r k
Want was vol Y s , want de gevailen
Nevel was bevrooi .. )o dra als de zelve
neder quam.
Van den v y f en twi
tigrten , des midgcadei
; den zes en iwi n . „ ,
le Wi n d No o r d - ^ i ^ r « «
'einig koelte t wy^miggr.
zonder echter eeni-vcacig -i
dags, tot dezen midd;
jrten , hadden wy
wert en No o r d e n , met
;ei)deD längs het Y
tc können vinden. He t v e r - «
van breete Noordwaerts v y f my.cD\yfiig
gevorderd Ooftwaerts acht en v y f - & - J
tig my l e n , gegifte breete vier en zeven-^'c®
tJg graden , en veertig min u ten , Me r i .
diaen wy t e negen honderd en zeven en
chentig mylen Ooftelijk , en verfchil
.n lengte , twee en vyf t ig graden , en
irtig mrnuten. He t was zcer koud we -
der.
Als wy längs het Ys zeilden, zagen wy
lers zieh bewegen, zonden een Sloep derwaerts,
en bevonden dat het twee groote
Zee-paerden waren 5 wy deden verfcheid
e f c h o o t e n o p de zelve , kondenz eni e t
dooden , maer dwongen haer de diepte te
;n zieh onder 't Ys tebegeven.
O p midder-nacht wierpen wy het Di e p .
loot , en vonden zeventig vadem wa t e r ,
groenachtige grond. De s morgens
omtrent negen uurcn zagen wy het Land
van Neva Zemla, het Noordc r gedeclte:
het meerder deel van 't geene wy zagen,
rtrekte zieh uit van 't Oo ß e n na 't Zui -
den , en Zu i d - o o f t , zijnde zcer hoog
wy wierpen
de
Land, met Sneeuw bcdek't
het Diep-loot, cn vonden honde'id vyf en
twintig vadem water. He t Land was
omtrent vyftien Diiitfche mylen van o n s , . . _
;oo dat de geheele Mcridionnle wyt e v a n v i ^ ' n ^
HnUnd tot deze plaets , is duizend CHel^^^n"'
twee en dertig Engclfche my i c n , en dev«Rig"m?.
•'erfchillen van de lengte is vicr * en vyf-,
A R
I veertig minuten
R Y E . 9 0 ^
t ig graden » en con Oof t .
waerts.
Van gifteren tot dezen middag den zevcnden,
hadden wcinig wind , en ftilte :
wy hicldcn 't dicht aen 'e Y s , en bcvon-,
d e n , dat het zich te zamen voegde met
het Land van Nova ZemU. De rcchte of
behoude rtreek was OoÌi ten No o r d e n .
vcifchil van bieete zes mylen , gevorderd
Ooftwaerts een cn dertig mylcn , gegirtc
breete vier cn zeventig graden , en zes
cn veertig minuten. Dcs middags wierpcn
het Di ep- looc , en vonden tachentig
vadem wa t e r , groenachtige grond , op
welke t y d wy omtrent zes of zeven Dui t -
fche rcylc-n van' t Land waren , en het Ys
maer een Lngelfche myl van ons. "Wy
vonden daer ter plaetzen veel Zee-paerdcn
, leggende op 'c Ys ; wy deden ver'
kheide fehooten o p d e z cWe , maer kor/
n bekomen
Des nachts quam onze makkcr, de Fjuit, dc pla«i
genaemt yborfpotdigc, recht op ons acn-^.«^
zettende , roepende , dat 'er ook Ys teis Loms-
Loefwaert van ons wa s , waer op wy het
Roer hart te Loe fwa e r t sop d o uwd e n , enzyn hi«
draeiden rond over d'andcre boeg 5 ma e r ^X« « " .
eer het Schip op de andere boeg was, ftiet
het aen een hoek van Klippen , welke on-"«"«..'
der water lagen , wy dedcn d a e r o p
fcheide fchooten , om aen den Kapiteinmcr. wt
van ons ander Schip onze ongelcgcnthcit^^'Jj.
bekent te makcn, maer de zelve boven de icns,ond«
wind van ons zi jnde , ontquam dit gcvaer. f^^'g^j. '
•t welk ons zeer verheugde : ondertuf-dckt.
fchen fchooten wy vecl Zein-fchooten, en
zonden een Sloep om rondsom het Schip
de diepte te peilen, en vonden vyf vadem
waters omn c n t een Kabels lengte buitcnwaerts,
maer na binnen was 't ganfeh ondiep
: wy wenden alle middelcn aen , om
— Anker cn T o uw u i t t e b r e n g c n , cn
oornemen, om onsbefte ßoegden
gccn dacr va., , . — —-
dra als z y g ewo n dwa r e n . b e g a v e n z y zieh' ,, , , , , -
na de diepte onder 't Y s . waevom me t i a n k e r cn Kabel daer toe te gebruiken
Harpoenen de zelve trachten te dooden '
maer de Harpoenen rtuiten van wegen d
hardigheit daer op a f , en wierden rtomp
doch cindclijk dooden wy een jong. bragten
't aen Boord,en kookten daer Traen van.
Terwyl wy op 'c Ys wa r en, zagen nederwaerts
in' t wa t c r , om de dikte van't Ys te
zien , en zagen de grond heel duidelijk,
daer het tachentig vadem diep was. He t Ys
was van veclftukken, zoo groot als kl e in,
tezamen gevoegt, zommige zeer diep gaende.
De Zee-paerden, ofWa l rui f en, leggen
op ' t Ys en flapen, terwyl een van haer gezelfchap
de wacht h o u d , ( zoo als de Zeeluiden
zeggen ) de welke eenig onraed ver
nemcnde, de overige wakker maekt.
Eenige van deze Dieren zijn zcergroot
omtrent twaclf of veertien voeten lang
haer Tanden wegen tien pond her paer
zijn beter als het alderberte Elpen-be en
dat bekent i s , en waerdig omtrent zeven
of acht pond fterlings.
Van den zeven en twintigßen tot dezen
middag den acht en twintigrten
Wiede-maend , hadden wy de wind
' t Noorden toc het We r t - n o o r d -we r t e n
met weinig koelte cn ftiUe : wy hieldcn
hec dicht aen 't Ys , en vonden dat het
zich uitftrekte toc aen hec Land. Di
nachts zetten wy het van 'c Ys a f , dewyl
hec zeer miftig was. _
Des morgens den negen en twintigrten
hadden wy mirt, met harde wind uitdi
Werten, cn We r t cen Zuiden , e n h e cYi
ten beiden zyden van o n s : wy zetten hec
Zuidelijk aen , om dacr uic tc gerakei
ten tien uuren wierpen hec Di e p - l o o t ,
vonden v y f en zeventig vadem water.
de Zee hol ga ende , en het
wegen de noch dric of vier voeten gevailen z i j n d e ,
konden wy het Anke r niet uirbrengen ,
nadien de Boot zoude gezonken hebben ;
maer als het water wederom warte , verhefte
zich de Ze e , cn het Schip begon te
rtoocen , ZOO dat het lek wierd , waerom
wy de Ma f t kerfden j maer vindende da t
het water toenam, harder als w y het konden
uit pompen , begonden wy te denken
op wat wyz e ons beft bergen zoiiden,
zonden de Sloep na het L a n d . om ce zoeken
een plaecs bequaem om uit te fchepen,
maer wi:e-_rdJ ons g—eUb^o od^fJcrh^uap,.c,, , dac daer
plaetze van wegen de Klippen en ' t Ys
onmogelijk was te Landen ; waerom de
Sloep voor de tweedemael zonden, en nadien
het Godt beliefde dat hec weder opklaerde,
vonden zy een bequame plaecs
inder een Wa c e r -va l , afkomende van he t
Sneeuw , en wederkeerende bragcen ons
daer van de vrolijke tydingc. Wy bragten
hetTimmermans-gereedfchap . en andere
noodwendigheden, in de Bo o t , me t
ZOO veel Volk als de zelve konde voeren ,
dac de zelve behouden aen La n dwa -
ren gebragt, cn de Boot weder aen Boor d
gekomen wa s , bragten Mondkof t , Wa -
pcnen , Kr u i t , L o o t , en andere noodwendigheden
in de Booc cn Sloep te gelijk
, maer de Zee hol gacndc met rtortingen,
deed de Sloep zinken, twee Ma -
troozen vcrdrinken , cn al hec Brood en
andere voorraed die wy daer h gebragt
hadden , te gronde gacn : hec Schip was
ook reeds vol wat er, zoo dac geen Brood
of ander voorraed meer konden bergen ,
doch quamen alle mec veel moe i t enoo k
l Y y y y y 5 bete
í i J r i 1 i
B B m