M
•t • • i : « "
i'i !
i i ..f 't I
»
im
T A R T
tGgt door Martiniere in 't licht gegeven
is , nict wy t van de Rivier Peifora gelegen
, heefr längs de Zee-kuftcn Hoog gebei
gce ; op welke Kuft een Eiland l e g t ,
KUdomoria gehcten , 'c gcene by my in
de Kaerte niet en is gebragt.toc noch toe ,
alzoo zijne rcchce plaets niet en weete.
D e Inwoonde r s zijn kleinder van ftal
als de LapUnders , doch de oogen van
gclijke gedaente , verwe en diepte j maer
' t gecne wy wit der oogen hebben, is hiin
rood-gecl. Haer acngezicht is vlak en
brecc, 't hooft g r o o c , de neus ingcboogen
> d e v e rwb r u i n - zwa r t , en de beenen
A R Y E. 9 5 3
als een Sche e r -me s, welke acn hare gor -
de! hangt. De Ren-dieren voeden zieh
lec Mos . He t La n d is hier zeer woc f t e n
igebaend. . •
Het Landfchap Borandny ftrekt zieh te
..'ederzyde van de Vliet l'et fora , d o c h
meeft Weftwaerts , en ftrykt alleen de
Zee , wezende het binnen-land eigentlijk
aldaer Samojsdia genaemc.
als fiutten. Acn harc beenen liebben zy
enge hoozen , van witce Beeren-huiden
gemaekt; gelijk ook zijn hare rokjes, die
ze cot aen de knyen lang dragen ; zoo als
ook de kappen o f mutzen zijn , met het
liaair uitwendig. De fchoenen zijn van
Boom-baften. De Huizen zijn mc tVi f c h -
beenen g e d e k t , laeg , in gedaence als een
E y , zonder eenig lucht-gat, als da tdoor
de deur i n k omt , die als een Oven-ga t is.
Dit Volk leefc van Vifch-vangfl-, en J a c h t ;
ceten geen Z o u c : de gedroogde Vifch
dient hen voor Brood : drinken kl a e rwa .
t e r , daer zy zekere Bezien in te wecken
Icggen , die het zelve eenige vcrwe en
finaek geeft. De Vrouwen zijn gekleed
gelijk als de Ma n n e n : gaen zoo wel cn
fneedig ter Vi rdi-vangd, en op de J a c h t ,
als de 'Mannen. Zijn nu zeer begeerig tot
Tabak en Brandewyn , niet tegenftaende
z y eertyds groot afkeer van het eerfte
toonden.
Dit Volk gebruikt Sleetjes, grooter als
in Li ipknd, daer iwee perzooncn in ieder
zitten können ; gelijk ook de Ren-dieren
alliier grooter zijn als in Lapland.
Het Land is nict zeer b ewo o n t , en men
reift zomtyd s wel tien of twaelf iiuren
en langer, eer men eenige weinige Huizen
bejegent. .
Hec Volk dat Landwaert m wo o n d , is
•woefter als dat acn de Zee-kuft zieh ophont.
De z e onderhouden zieh alleen van
de Jacht. In de Zome r eeten zy hei
W i l d , verfch op koolen weinig gebra.
den, of ge roof t , en des Wi n t e r s Vleefch,
gedroogt in de Zon. Leven zeer beeftachtig.
Hu n Hu t t e n zijn van Boom-takken :
de klederen alle van Beere-huiden , het
ruic buitcn ; diagen een gordel van' t zelve
ftof om de middc-l. De Vrouwen zijn
van de Mannen niet anders ah by de haairen
te onderkennen , die haer by de
De Borandajers wetcn van geen eeuwig
leven , en oordeelen , dat met hun d o o d
het alles dood is. Eeten Wolven- en Beeren
vleefch. We t e n v a n Le z e n n o c hSc h r y -
, veci min dac eenige We t t e n zouden
hebben : echter heeft de eerbaerheit by
haer plaets, en zijn zeer rcchtvaerdig, en
goedaerdig j ook gaftvry»
Zyiweten , gelijk mede de Samojeden »
WalviiTchen te vangen in kleine Booten ,
die zy van Land fteken , als z y den VifcH
. jagen hem een Lens i n ' t l i j f , daer
een touw aen vaft i s , waer na zy bot ge-
-en , na Land varen , en zoo hec Di e r na
ich trckken. Du s ve r r eui t Martiniere.
Vtz.7.<>ra , of Fttfora , is een Scedeken
n het Bora/idayer Land , niet wyc van
de Zee gelegen , acn de We f t -oeve r van
de Vliet Petßra. Vo o r Tabak en Brandewyn
vale daer veel Pelterye te mangel
e n , doch zu!ks is aen Vreemden verboden.
Hec legt tiilTchen twee Bergen ,
ieder een my l hoog. De Huiskens zijn
daer van Vi f ch-be enen gebouwt , zeer
konftig met Mos aengeftopt ; gevult en
bedekt met Zee-fchulpen, zoo d i c h t , dat
de minfte wind daer niec in kan komen ,
als door de deur , of door het geveltje ,
waer een venfterken in gemaekt is , om
lucht te fcheppen.
D e Vrouwen en Hinderen maken de
Netten van Bo om- b a f t e n , ook de T o u -
voor de Booten : andere maken De -
kens van baft : Bylen , Zwaerden , Spiezen
, We r p - p y l e n , en andere Py i e n , alle
Vifch-becn : andere maken Klederen
Beeren-huiden, die z y ^ ame n n a e y e n
met Naelden van Vi f ch-gr a t en . De z e
Wyven zijn zeer leelijk , klein , mo r z i g ,
en zwartachtig , of l i eve r graeuw.
Kopro¿a is een plaetsje, dat by de voiken
Sirainen g e n a emt , wo r d bewoont >
gelegen omtrent h f t Landfchap' Kameniit
en Boranday. Mcn verftaet daer weinig
Rstfch. Die Volk is onder het gebied van
ihunne Tz a e r f che Majcfteiten , en genieten
groote Voor-rechten.
'^-Silemka is een Stedeken aen de
fchouwderen afhangen. Hu n wapens zijn Rivier Pir;'Ò/-<i ; word b ewo o n d by R u s -
alken Speeren, van^eke r hard hout j e en^f chen, die zieh daer by ve rwyz inge ge-
Boog, die van Boom-baftcn gemaekt is;jplant hebben. He t La n d i s d a e r z e e rwo e f t ,
kooker met Py l c n , en een ileen zoof che rp en voi Boffchagien : wo r d mede bewoond
E e e e e e d o o r
Iv