olts in onset SM nan dauenter .gewoenlin; dt geweest 1 Ende uan den srlneren
peningen als die gemUt sijn, sullen...opee. ,wferdeyne;n rechteuont nemen nan
elken werek diet pSninge een toe offlrje eñ maken daer aff een assaye, eetmen
a’at weerdeynt, Ende wy en snlikn "¿nsen.mintnieyster voirsz. geen blije [sic]
doen tekenen, met dat '£ ? hem fe'seade eñ te baten comen, Voirt soe nemen
wy onsen voirsz. muntmeister, sijn. gesinde, wereklnde eñJcooplnde m onse zeker
nast geleyde, alle onse lande,daer, myt boxen, g jggFe
I eñ die te verantworten eñ te »
woenlie is, in anderen.vpjen. munten,
daexom allen .onsen drossaten,, cii AmptludW. ,
maels wesen sullen, dat sy
eñ cooplnde holden in boxen ¡recht ,¿¡ na
bonen nyet onderwynden dese.voirsz. tijt, ta e n d e , í? :Srl«Pd® $tif iS | W
wy onse Segel an desen brieff doen bangen,., Gpgeuenpte|fin.?nter-jp^ Jyer <mf¡s
héfl dusent uier hondext eñ uijfftien .;ßP;,,saute. EaduSq.pe.nt ^ner.sip,. qb
Wij zien á É í f t k i aanstelUng BléeMs vo’ór dbie jkferi pláftts Had en dát
de Muntmeestér mögt ve'rvaardigen: ....................... . . „ ,,m
1= Een gmdgMen, even good' als dio van den Aarlsbisschop van Xeplen,
welke ,te Bonn , vervaardigd werden^,. ,.,f jjgj| lsf r-,
2«. Dubiele groaferi vpn 6 penn., fija,jeW te . of, »/Jim’-.ß' ÍJHÍ$P
zulk alloqi, als äs staaf beva.tte, waatvafl. d e ; eene
Deyenter berustte; verder van 96 s t u k s in heb Tramschp »ark;,;-ra,,vap
welke stukken er 24 op den voorschreven goudgulden zouden gaan.
ge Halve der zoo even genoemdc stukken, oí grooten.
4«. Vierendeelen der zoo even genoemde
5e. Duyimers. ' 1, .. .
6 “ B r a b a n ä i s c h e n ( 1 ) . ' ^ ^ . . , 1, ( „ „ s ; r „ . ¡ i , 9 ™
Alles voor zoo verre hij met den Waardijn
Zulke' Muntbrifeyen iajs de tegenwoordigo koipen ¡in . % overigei, Beelen van
dit ons wrprk mecrmalKU voor.
“ ( 1 ) Vwtmere zijn ons vxoeger voorgekomen in onze Mmten van Overijssel, bk 1 8 2 ,
1 8 6 , 3 1 9 , 3 2 . 0 ; Braba/ytschen,.alflaar. op bl. . 3 1 9 ; de Buytmere znjlep wel .de^elfde zijn,
-die elders Deutstens genoemd worden.
Uit het volgende «tuk, waarin. de ihoegrootheid van den sleesehat of het heer-
pjke regt van den Bissehop op de munt bepaald wordt, ziet men, dat zekere
Aren* van Strbmpraidir-’s Muhtineesters voorganger in zijn post geweest was.
Dat van Strampraide wijst ons op eene muntplaats in Limburg, die ons reeds
vroeger is voorgekomen ( 1 ) , en van waar onze a b e n d waarsebijnlijk afkom-
stig was.
Voorineld aceoord was doör den Bissehop met dez'en Muntmeester aangegaan
omdat die hem geld geleend bad 9 dat' bij alleeü op äeze wijze konde teruggeven.
Het ,sgn en ander luidt als volgt.:
Wy Iredericetc. maken kont allen ludeCr<lat. wy Adriaen, Pater Sohäertssoen onsen muntmeister
sehuldich ¡eijn van reeden geleende gekie dcrdebalff hundert ende vijve overlentsehe
Sijnssehe g u ld e nwelke derdehalff:hundert [ende yijve joyerlenteebe. Eijnesohe gulden wy
hem wisen te boreii ende intebehslden van:Uoscrr sleesehatt den, he.Ens sehuldich wert te
geven, beyde van golde ¡ende van silver Fals he nv m unten,, ¡.sali, Ende laveu den selven
Adriaen off hy vns enioh. gelt lee*de bynnen den drien Jaerea dat hy vnse Muntmeister
wesen sali, dat, wy bem van ynse Munten niet ontsetten, noch ghenen anderen Muntmeister
setten en sullen tendens den drien Jaeren wy en hebben hem ierst voll ende all vernuecht
vbri dien dfes wy hem bchnldiöb 'gebieydn-werbn. ln oirkrinde Gegeven nt snpr.
Liber OfEiciatorum et reeessnum computationum Episcopi
’Erederibr de‘Blanckenheim, pag. 3.
Ik Adriaen Peter Schartssoen, Muntmeesterimijns genedigen here,van Utrecht, bekenne
mit desen apenen brieVe dat: io mijnen- genedigen here van Utrecht vursz. voir sinen slee-
schatt geven pall, van golde ende van silver als hier nae.beschreven staet. Inden soe sali
ic mijnen genedigen here van elken. drien marcken gemunts gölte geven dit neeste halve
jair iang, Enen gulden der güldene‘die ic munten sali, Ende bekenne dat my mijn gene-
dige 'here ldat vaia genaden toegbgeven beeft j ^Ende dair-en tendens sail ik hem geven die
tijt lang dat iwtotmten eal van elker mafek gemunts gbits enen halven gulden der vursc.
gulden. Voirt soe sali io hem voir sinen sleeschatt van den Marek wercks van den silw
veren geven enen der meester penningen die ic munten sal dit neeste halve jair lange,
Ende tendens desen lialven jair sali ic hem geveh voir den sleschatt als hem Amt van
(1) Zie onzé Munten der Graven en Sértogén van Gelderland, Ül. 2 7 ^ , alsmede de Munten van Holland eit
Zeeland, 1)1. 289.