
 
        
         
		Op  de  vz.  beslaat  het  zaamgestelde  wapensohild  van  het  Sticht  en  Bourgondie  
 het  geheele  veld  der  munt.  Het  omschrift  van  N°  44  is: 
 *   dzsvid § n a  s bvbgobdie ° apiS' s wBKisama' 
 '  terwijl  dat  van  N°  45  eindigt  in:  !IlR22iacCiI'aBS. 
 Op  de  kz.  van  beide  exemplaren  ziet  men  een  versierd,  gevoet  kruis,  heb-  
 bende  tusschen  de  beenen  de  letters: 
 D  22  V  I  
 e n   i n   h e t   h a r t   e e n e   D.  Dus  t e   z am e n   d a v i d . 
 In  den  rand  Staat: 
 %  m o n& w   | m  § BOV22 i  |  a p i s '  2 w r   |  K i a a r o a ' 
 Deze  munt  weegt  bij  de  Heeren  qdintüs ,  de  coster  en  Schrijver  dezes 
 3,8  w. ;  bij  den  Heer  S tric k e r  3,25  w.;  bij  den  Kolonel  de  roiJE  en  den  
 Heer  van  cDeeee  3  w.;  bij  den  Heer  s a n tm   2,85  w. 
 N°  45  weegt  in  het  Koninklijk  Kabinet  3,25  w.  en,  in  gesleten  toestand,  
 bij  den  Heer  s t r i c k e r   2,6  w. 
 N°  4 6 ,  waarschijnlijk  een  stuiver  of  dubbele  groot,  de  halve  van  N°  44  en  
 4 5 ,  heeft  op  de  vz.  het  zaamgestelde  wapensohild  van  het  Sticht  en  Bourgondie  
 binnen  een  parelcirkel.  Omschrift; 
 ^   D22VID % D S  S.BVRGO'DI22  2 &PI& 2 rBR72ia' 
 De  type  der  kz.  is  als  van  N°  44  en  45.  Het  omschrift  luidt: 
 vj.  suona  |  ros s bov  122 ? apis'  j  § mw2ia' 
 Weegt  2  w.  b i j   den  Heer  q u i n t u s . 
 N"  4 7 ,  waarschijnlijk  een  groot,  heeft  op  de  vz.  een  rond  Bourgondiseh  
 wapensohild  binnen  eenen  parelcirkel.  Omschrift: 
 D22VID % D a  * BVRGODI22 * a P I S ' * rjlB K ia a . 
 De  type  der  kz.  is  als  van  de  3  laatst  beschrevene  nummers.  Omschrift: 
 *   o i o n a   j mn % b o v   12s  % a p i ö '  |  roBTsiaec. 
 Woog  b i j   wijlen  den  Heer  k e e r   1,225  w . 
 N°  4 8 ,  waarschijnlijk  een  merde  groot  of  oord,  heeft  op  de  vz.  het  ronde  
 wapensohild  van  Bourgondie.  In  de  I e  en  4e  kwartieren  ziet  men  thans  eene  
 enkele  lelie.  Het  omschrift  i s : 
 DKVID  8 D a  2 BVRGOBDI2S  S 
 Op  de  kz.  bevindt  zieh  een  versierd,  gevoet  kruis  met  de  letter  D  in  het  
 hart.  Tusschen  de  beenen: 
 D  22  V  I. 
 Omschrift: 
 vj,  h p i s c c o p v s  s.rpR2? i a a w a n s i s . 
 Weegt  bij  wijlen  den  Heer  v a n   d a m   0,7  w.  Was  eenigzins  anders  bij  
 Professor  serrijke. 
 N°  49  heeft  de  zelfde  vz.  als  N°  48.  Op  de  kz.  vertoont  zieh  een  versierd,  
 gevoet  kruis,  waarvan  de  beenen  tot  aan  den  rand  der  munt  reiken.  In  het  
 hart  ziet  men  een  roosje,  en  tusschen  de  beenen  beurtelings  eene  lelie  en  een  
 leeuwtje.  Omschrift: 
 a p i s   |  g o p v s   |  roB22i a   |  aw K S . 
 Woog  bij  wijlen  den  Heer  k e e r   1,063  w .;  bij  den  Heer  v a n   c lb e f f   0,95  
 w .;  bij  den  Heer  s tr i c k e r   0,8  w .,  en  bevond  zieh  ook  bij  Professor  s e r ru r e .  
 Een  afwijkend  exemplaar  is  uitgegeven  doör  Professor  k is t  in  het  Archief voor  
 Kork.  Gesch.  X.  D.  bl.  383;  het  heeft  eene  D  in  het  kruis  en  weegt  1  w. 
 N°  50  werd  bij  abuis  door  wijlen  den  Heer  keer  als  munt  van  David  van  
 Bourgondie  beschouwd,  en  ons  als  zoodanig juist  op  den  tijd  gezonden,  dat  de  
 XIX6 PI.  onder handen  genomen  moest worden,  Door  den arbeid aan twee Deelen  
 van  dit  Muntwerk  te  gelijker  tijd ,  ontbrak  ons  de  gelegenheid  tot  bedaärd  na-  
 zoeken  en  vergelijken.  Zie  het  boven  op  bl.  96  en  97  doör  ons  medegedeelde. 
 N°  51 ,  een  oord  (?),  heeft  op  de  vz.  de  afbeelding  des  Bisschops  met  een  
 mijter  op  het  hoofd  en  het  wapensohild  des  Bisdoms  voor  de  borst.  Omschrift: 
 a p   R22iaCOT. 
 Op  de  kz.  rust  het  Bourgondische  wapensohild  op  een  zeer  eenvoudig  gevoet  
 kruis.  Omschrift: 
 D2SVI  |  D S D a   |  B. .-1  .O B .  . . 
 K.  B.  weegt  0,3  w.  en  berust  bij  den  Heer  v a n   cleeff. 
 N°  52,  van  eene  kleinere  muntsoort,  dat  zeer  afgesleten  door  ons  in  slechts  
 een  exemplaar werd  aangetroffen  en waarschijnlijk driemijtstuk heette,  heeft  op  de  
 vz.  mede  de  gemijterde  afbeelding  des  Bisschops.  Van  het  omschrift  zijn  alleen  
 zigtbaar  de  letters: 
 2 8*