m l i
* i r
f l i 4
[ SVJ
il ‘
fe
iM
’i
. :4 '
'M
I
1 '^ ' ■ I-Äi! /
Ü
■ 17 fli :;■
'
;•?:*' ! 17 i| i :• 'Il
li??. . : | i
:ti
I-Sü Í
i-íá h-
10 2 g e r a n i u m s t r i a t u m .
kromden, g e lyk g y in i i i i kunt z ie n ;
e n , Terwyl dit gebeurde , vloogen de
vier Zaadjes w yd en z y d w e g . Jk w il
niet ontkennen, op dat oogenblik in zulk
eene vervoering geraakt te z y n , d a t ,
z o ik ooit het ongeluk gehad hadt van
te cwyfelen aan, de God lyke W y sh e id ia
de Schepping, dit g e v a l my tot dé al-
lerftrengfte veroordeling van"' my z e lv e a
gedrongen zou hebben. Ho e de Zaadea
uit den Kelk Ids kw am e n , w is t ik te
vooren n i e t : even weinig kende i k , dat
het Sty ltje Fig. 7. uit v y f ftukken b e-
i lo n d t , nog m ind e r , dat er aan de Vierkanten
van hetzelve vier Springveeren ge-
formehrd w a r e n , en allerminst , dat d eezen
, door de droogte los fprmgende ,
vier rukken zouden d o e n , die de v ie r
Zaaden a lle rw eg e verftrooien zouden. D it
oprukken begreep ik egter niet ten v o l l
e n , dan toen ik het M ic ro s co op in al*
le r y l aangreep , en ééne afgekn ipte Spring-
ve e r b e z ie n d e , duidelyker vernam , dat
ket einde de holle gedaante van eea
Schepnetje hadt. Fig. 9. w elke het Zaadje
, beneden aan ’t Styltje in h z ittende
, in zyne holte om v in g ; doch , zo
dra het door de d roogte en de ve erkra gt
ZÓU op fpring en, h e tze lv e lo sm a ak te , opru
k t e , e n , ais uit de holte deezes Sling
e iS i
a
RI
■
k:'
G E L S K L A A U W . 10 3
* e r s , onder het naar boven krommen ,
wegfmeet. In weik eene ve rvoering ±
toen nog was , het g a f my egter daarna
tvd om de Wonderen des Scheppers m
d it ’ k le e n e , in het zaaien van dit Za ad je
, bedaardlyk na te denken.
V . Z o raakte g y agter dit verwonderlyk
g e h e i m . . . . . I k . bidde U , toon my meer
zulke Konstftukken. _
A. L a s t my e i niets meer b yd o e n , oin
U niet te t ” a l s ‘ g v '4
my egter fterk d r in g t , z a l ik er ten
o v e iv lo e d e noeb é é n b y .o e g e n . W a t kter
*0 S d a a r to e ? In ’t MbsanK.oio heb t
py ? ed en , hoe konstig en zo rg vu ldig d
ia a d ^ s gedekt z y n : in >t epilobiüm m a -
su T üM , hoe de W in d de fierlyR daarm
^ í c h ik íe zaaden uit den K e lk haaft
L - f t ro o it : in ’ t geranium s t r ia tu m , hoe
de Springveeren het Zaad w eg w e ip e n ,
en wa t nu! Een Zaadhuisje van eene^andere
verfcheidenheid behooren w y te heb ben.
Neemen w y daartoe dat van e
MEDICAGO POLYMORPHA INTERTEXTA , lOt
e g e ls k la a u w g eh e e ten , daar groeiende m
mynen T u in . Uitwendig ve rtoont het ee-
aen gvoenen Bol , met v e e le fteke s om-
z e t .-F ii» . 10. Naar de Z a a d e u zo e k e n d e ,
G 4
■ . ':Ä
’ ’ i'" - Ai'
f