
1' 1.
1 1t l i
<1 t
>
il r-. L ' iV\
7© S L A A P E N EN W A A K E Ni
V. G y hebe my g e le e rd , dat de K out
de alle dingen zamentreki : des z a l , mogelyk
, dit flaapen ook van de koude
voortjiotnen , die de Bloembladeren dus
byden voegt ?
A. Waarom flaapen z y dan , dat i s ,
waarom zyn z y dan op zekere tydea
geflooten , ze lfs wanneer zy in heete
broeikasfeb ftaan ?
V. Door dit byvoegfel maakt g y my
nieuwsgieriger naar dit vreemd , Verfchyn-
fel. '
A. G y moet er ook meer van w e e ten !
Let dan op deeze byzonderheden. D e
jcwjgfte Bloemen h e llen , gelyk onze Kinders
, het meeste tot deezen nuttigen flaap ,
en zoeken dien het g r e e tig fle : anderen ,
gelyk onze oude L ie d en , neigen daartee
met minder drift, ------ De K la v e r , de
Pimpernel , de Paardebloemen en anderen
fluiten niet flegts hunne Bladeren en Bloemen
, wanneer het zal ilormen o f regenen ;
maar ook wanneer het Avond w o rd t, en
gaan ’s, morgens weder o p en , naar gelange
z y in de Zon o f in de Schaduw
fta a n , o f naar maate bet Weder verändert.
V . Zyn er noch meer zulke Bloemen,
waarin de Schepper andere zonderlinge
hoedanigheden gelegd heefc ?
A'. Ja ,
\
y O O R S P E t t E N D E BLOEMEN. 7 X
Ja , verfcheiden ! by voorbeeld ,
onze kruipende Haanevoet (Ranunculus re-
pem) fluit Bloemen , wanneer het
regent : doch de Ranunculus polyanthemos
volgt dat niet, na , maar laat die hangen
, het geen de eerfte niet d o e t : doch
de Bqsch-Haanevoet o f Windbloem (Jne-
mne nemorofa) fluit onder den regen
voorzjgtig häare Bloemen - — • Wanneer
de Siberifche Soggedistel ( SonchwßSibBri-
cus) ’s n a g ts , haare Bloemen i lu i t , zal
de L u c h t , den volgenden dag , meest beider
z y n :/ maar , byaldien z y met eene
wyd open’ Bloem ’s nagts w a a k t , zal h e t ,
des anderen daags , meestal regenagtig W e -
jjej. zyn — De Alfine media rigt haare
Bloempjes op , ontfluit ze , ’s morgens
, ten negen uuren , en waakt tot den
m idd ag , ten z y er op dien dag Regen
v a l t , wanneer z y zieh niet p p en t, eq
dan hangt z y den volgenden dag om la ag ,
en rigt zieh n ie t , dan na eenige dagen ^
wederom op —— r D e Mefembryanthemum
pcmeridimam, dus naar haare hoedanigheid
b e ty te ld , b lo e it , jong z y n d e , ’s namid-
dags , va.n een tot zes uuren, ten z y de
Reget! haar waarfchouwt de Bloem fchielyker
te f lu i t e n D e Calendula plu^
yialis opent haare Bloemen, ’s morgens,
tusfchen zes en zeven u u ren , en waakt
E 4 m
i r
: l i h Í
- ' - T Í V
• r f j \.rP
fl , i,
f l . f l . i i
'' i!, fl S
11" f e i l
feil IE
' f e ' f t " 1
'¡fr' •
1v .