il
V
I 3 i( | |
ill
i:
4 0Ö 0 O S T - I N D I S C H B I H D R I E T .
vergoeden. Zie daar niet meer dan twaatf
Snydfels van Honten, Rieten, ea Bie- ,
feen, die tot myn, oogmerk genoeg zyn i
hoewel ik er U , na den middag ú í morgen^
ve el meer, dan Äoßderd anderen, a ll¿
van verfchillende gedaante 5, moet laaten
z ie n , eigenhändig voor het MiCroseoop»
vervaardrgd door den Heer j . v a n hoog--
STRATEN te Amfterdam, d ie , in zyn hanA
deldry vend beroep, zieh met het nafpoo»
ren deezer Werken des Schempers verm
aak t, en van het Onderwys ,. dat ifc;
U g e e v e , gehoord hebbende, m y ; hoewel
by Hem niet bekend, dieh fraaieii
fchat van fn ydfels, onve rzog t, ten ge-
fcheake gezonden", h e e f t , om Ü tb t o o
nen , wat e r agtér de Sehors der Boo*
men z k , en hoe uitmnntend de heerlyk®;
Maaker' van alles dezelven heeft toCgei
fteld , aan wiens Konst en T v e r g y ook
de keurige Teekening der Basten én Steái-
g e ls , welkea ik ü vertoond«heb,, ves-
fehuldigd z y t . . . •
« V . Wa t zien hier eerst myne Oogen?'
A. Üwe Oogen zien hier eerst (Plaat 6.jt
een dun Sehyfje van het oo&t ■ iNoiscft
eind - r i e t . Hoe veele wyde gaten ó f lang-
weipige openingen bezit dit M e t in heft
midden, waardoor de Sappen, die ter
voedinge dienen, j op- en neér g i ä i 1 Elfe
wyd
C A R A Q 0 E S - R r E T. 4 Ö?
wyd gat h e e f t } rdndom aan zynen don-
keren ran d, meest drie o f twee byéén
ftaandé kleinere openingen, die van zo
veele anderen gefcheiden ftaan. Buiten o f
londom deeze- gacen o f openingen, die gy
anders langwerpige Cirkeltjes noemen ku n t,
ziet gy eene menigte anderen , zeer klein ,
door dit geheele Schyfje verfpreid. W e i- ,
nigen onder en boven houden de middel-
maat/ tusfchení de groótften« en de klein-
ften. De rondom lobpende Schors is zeer
donker. De Tekenpen , zelfs van den
Heer j . H. v a n h a s s e l t , was onvermo-
gend , om in dit klein beftek de duizend.
en duizend kleine «gaatjés, die dit" we ef-
fel uitmaaken , te fchetzen. Alien zyn zo
k le in , en zo digt byéén g e z e t , dat ze
op het o o g , door een min vergrpotend
glas« b e z ien , eenen duisteren grond v e r toonen.'
...
V . Wa t nu vetder ?
K . m t tweede S c h y fje , vierkantig ge-
fneedih van het W e s t -Indisch c a r a i^ ü e s -
e i e t , ' verfchilt (zeg my eens) hoe ge-
weldig veel van het eerfte ! Zy zya
égter beide van Rieten; doch zo verfchillende
is de Schepping in niet meer
dan twee zodanige foorten. En wat zien
hierin uwe Oogen ? Z o u d t gy niet mee-
á e n , dat daarin Doodshoofden uit de
C e 4 -
3'
M il
' ! &
é i' L'l