
f
i I '
i ' ' | Í !
• , 'I
I"
r'ii
l«:¥ífe'’
Í 7 2 H 1 S T o R 1 E V A N J o á E P.
daarin fchoone verfcheidenheden van ge-
vallen te vinden , d ie , zelden o f n o o it,
in waare Historien voorvallen. Zy meenen
althans, dat er in den Bybel geene fraaie
gefchiedenis fen te leezen zyn. Maar welk
Mensch heeft ooit in een verdicht Schrift
een zamenweeffel van gevallen byéén g'e-
b ra g t, dat zo fchoon is ais de aanbidde»
lyke leiding van Gods Voorzienigheid in
de vernedering en verhooging van Jofef.
Die ze met opmerking le e s t, moet zieh
over het wonderbaare, dat hy hier v in d t,
meer verbaazen dan over a lles, wat hec
Vernuft en de Verbeeídingskragt van den
fchranderíten Mensch in ítaat waren uit te
denken. Het . beg in, de voortloop en de
uitkomst derzelve treffen even zeer. Jammer
is h e t , dat ze zo weinig van de
jonge Lieden met de behoorlyke aandagt
geleezen wordt. De Hemelfche Voorzienigh
e id ; (het verveele ü n ie t , dat ik er
dit ter ophelderinge van zegge) de vergelding
van bedreeven kwaad hier in den
t y d , wanneer men er niet meer aan
denkt; en de onverwagte 7 belooning der
deugd fteeken ’er allerheeriykst in u it , aan
alie kanten. Telkens verneemt men een
fchoon nieuw Tooneel ; eerst eenen Lieve-
ling van eenen Vader ; daarna eenen , een
weinig onvoorzigtigen , Droomverteller; toen
ee*
- \
Ö r s T Q RT E Y A N ] 0 S ET. S73
fsenen lydende Broeder ; vervolgens eeneà
Bitlandfche Slaaf ; daarop eenen beguni
ffigden Huisknegt-; hierna eenen onfchul-
digen gevangen ; voorts ' eenen verliebten
Öncvouwer van hemelfche geheimen; toen
eenen- hoog geaehten Onderdaan; ’hierop
‘ eenen beloonden en zeer vereerden Onder»
koning ; en eindelyk eenen behouder van
feen fchoon L an d ; eenen Steun van zyn
g e ila g t, en eenen Grondlegger van eene
groote N a tie , welke onder hem moese
©pkoomén ! Zeg ' my , ■ welk een treurig
begin , welk eene heuglyke uitkomst is
hier niet in jo s e f s lotgevallen te vinden 1
Dan » laat de hoogaehting voor deeze
fraaie Gebeurtenis , zo vaak , met ttaa»
nen in de oogen, door jonge Liedtn van
edelen inborst g d e e z en , my niet te verré
vervoeren: Jk moest ü vraagen, hoe gy
uit den gezegde Tekst hebt hunnen bei
Buiten, dat de Hooioogst in Kanaan vroeg
afliep door den Oostenwind?' Zyn dan vèr»
zengde Jiren gedroogd o f gehooid 'C fa s ?■
Vi Ik merke myne mistascing!
A. Gy zoudt deeze al vroeger gemerkt
hebben,. indien uwe aandagt, nu anders"
vry oplettend i gevallen ware op andere
gezegden, by voorbeeld, op deeze plaat»'
fvi l
L f
Ì ■