
í tiu « li
' [ i l i
* I
. [ • l ' i r .
¿ I'l ' M '
i.
t , i iVÍ ■I
•n t
i: it : ¡ X r li p
M;»! x j ,
4 5 8 u T D E R B O O M S N,
Bier-tonneú en Kuipgn te maaken; za|
hem d a l de Eik beter kunnen dienen dan
het zo genoemde h o e p h o d t , o f hebt gy
reeds den wilden k a s t a n j e b o o m , boewel
hy noch een vreemdeling, by na o v e ra l,
in ons Land is , tot dat einde ge»
plant ? — Eene oude Laan van hon-
derd jaaren hebt gy op uw Landgoed
doen vallen, cn gy wilt ten eeríten de
lommer eener nieuwe hebben ; zult g y
dan hiertoe den traag groeienden Eik nee»
men? neen! zult gy niet groote Popu-
lieren- en Beuke- Heesters, beurt om
beurt g e z e t , daartpe verkiezen ? .
Eén Uwer Vrienden verzoekt ü eenen
fraaien Wandelílok; zult gy dan beter
kunnen doen, dan er eenen uit eenen
TAX'sBOQM, o f uit ecncn fraai geknobbep
den DOORN té laaten draaien? ------ De fcherpe
Voorjaarsvorsten, o f de guure SnywiDdea
fpeelen door uwe Tuinen , en bederven
a l i e s , bloesfem, vruchten, moeskruiden;
zult gy er dan geenen Haagen' rondom
planten, en losfe ryferen voor uwe bloeiende
Perfike- en Abricoosboomen ze tten , op dat.
de koude daarop breeke en afgeweerd«
worde ? — Gy hebe geene vette wél
broeiende Aarde by dé hand, om den
grond uwer Broeikasfen, waaruit de oud©
©nvruchtbaare Aarde gehaald i s , «aan t é
• vul-
• n u t ■» e r. . S 0 0 M e N, 453 .
, vu llen ; en zult gy dan niet de afgevaL
len’ Bladeren der d e n n e n , welken zo uit*
¡neemend broeien en mesten, laaten opzame-
jgQ 7 _— , G y ziet de Schaapen en
het Hoornvee over de W a llen , vóór
uwe bezaaide Landen opgeworpen, heen
komen, ook de Herten daar over fpringen,
en uwe Graanen benadeelen ; zult
g y ze dan niet afweeren met DOORNEN-en
jpr a am s t r o ik k n in de Wallen te Iteeken,
zo gy al van de eerften geene -d'ìgte heg*
gen maakt ? G y hebt agter uw
Landgoed een groot ftuk Heide; maar Ü
©ntbreekt de mest, om het te ontginnen,
en tot een vruchtbaar veld te maaken;
zult gy er dan geene d e n n e n op zetten?
Zullen z y niet hetzelve zodanig vec maaken
door de afvallende takken, dat gy
er , na 20 o f 25 jaaren , zo goede
T a rw als elders in winnen zult ? ------ »
Uwe zindelyke Dienstmeid bèeft in de
keuken op haare blinkende yzeren plaat
eenen zuiveren Brand, die fchielyk aan-
g a a t , noòdig; dan denkt gy immets niet
aan het befmettend Eiken - talhout, maar
aan eerken , op de maat gezaagd ? ------
Aan uwen haard wilt gy in den wibter een
gezond ®en wél wärmend V u u r/h eb b en ;
‘ zoekt gy dan niet daartoe uic uwe oude
onvruchtbaare appey- peere- beuke* en noo-
T«*,
rl Ü
' 1 ^
1 I
«