'I fe ' '
|;_n '
\m ; fi
3 1 6 MUT VAN DEN EANDBQUW.
wederkeeren dan zal men meer
nieuwe Gewasfen aank weeken, die thans
nog onbekend zyn — dan zal men, bloeit
de nu opgerigte o e c o n o m i s c h e t a i c der
Haarlemfche Maatfchappye , gelyk alle
braave Vaderlanders wenfchen, meer mon-
den den kost kunnen geeven; en o f meer
Inwooners, die den waaren rykdom van
ecu Land uitmaaken, krygen; o f die er
z y n , doch niet w e eten, waarvan te leev
en , in het Land behouden ------ Voorts
zal men, werdt de P ragt, die in het
overtollig houden van Knegts en Meiden,
het hoofd zo hoog heeft opgefteeken,
gefnuikt, meer Landlieden krygen, die de
Jedigliggende Gronden zullen entgingen, en
onze fchraale Heiden in vruchtbaare Akkers
bmkeeren; die niet verleid door het
geweld der verzoekingen, welken in de
Steden heerfchen, zedige, vergenoegde en
gelukkige Sdgters van nieuwe Dorpen, braav
e Ouders van regtgeaarte Kinderen zullen
worden, vreezende G o d , en volgende
bet Evangelie.
V. Myn oog valt op dat fraaie Bloempje
, ft weik in deezen Koornakker groeit;
is het onbekend, o f hoe komt het hier?
V. I Neen 1 Nooit werdt het hiar gezaaid
, en egter altoos hier gevonden-
Het voldoet, wegens zyne fraaiheid, niet
alleen
A A R D A IÉ E R s. H O P . S I 7
alleen' aan het o o g ; maar deszelfs Vrucht
wordt ook fterk gezogt. Duizend en meer
ponden verkoopt men er hier v a n , en
duizend ponden gkan ook naar Holland
en andere oorden — — Begrypt gy n ie t,
dat ik in deeze befchryving de a a r d a k e r s
(Lathyrus) bedoele , die op de Tarw-
en Roggelanden groeien: eene aardvrucht,
d ie , hoe fyner haare ftaart is , hoe beter
men ze van fmaak bevindt.. Gee f ze
aan fterke Lieden ; maar zee ze nimmer
den zwakken van maag voor.
V. Wat ftaat er op het gindfche V e ld ?
Zyn ft Turkfche Boonen ? Ik zie toch
veele ■ hooge ftokken, waaraan opgaande
Planten met ranken zieh gehegt fchynen
te hebben.
A. Gy bekriegt ü ! Laat ons nader
by gaan , en gy zult veele opgeworpen
Aardhoopen zien , rondom welken men
eenige lange Stokken gezet h e e f t , om^
de proef te neemen , o f niet hier de
HOP, (dus noemt men deeze Plant) zo
wél zal groeien , als in fommige Dor-
peü der Betuwe en in de Meyerye van
’s Hertogen-Bosch. Tw e e nuttigheden trekt
men van dit Gewas. De Ranken, die
hoog rondom de Stokken oploopen, geeven
de zo genoemde Beilen , zynde de
Bloemen van dit G ew a s , die in onze
Bieri
i ,
f .-ati
k' ’ '■ y fe'
r f
' i
Ì ‘ ' l i
' V.