
I 7 S ' K Ö È î ■■ J S 6 Ö
iteeds zotidel- veel moeite tot heden thé
wordt aangekweekt. Op regels in uitge»
ftrekte velden , gelyk onze Kersfeboomen
in ’ t Sticht van Utrecht en in Gelder*
lan d , geplant, begint hy , op het derde
ja a r , de moeite der oppasling te bétaalen ;
met het vyfde is hy in eenen ftaat xan
volkoomen’ vruehtbaarheid, en blyfc daarin
voortgaan ; doch op zyn dertigfte jaar
vergaat hy.
V . Leer my den Boom zelve nader kennen.
A. Hy zou groeien van vyfden tot twin*
tig voeten h o o g , en dan eene piramide
van een aangenaam gezigt maaken ; doch
het plukken der vrucht dan te moeilyk
vallende , beroofc men hem van zynen
top , en laat hem maar zes ö f zeven
voeten opfchieteh. Zyne Takken zyn buig-
za am , overdekt met eene dünne witagtige
Schors. De Stam is over ’ t kruis v y f o f
zes duimen dik. De Bladeren ftaan tegen
over elkander, twee aan twee gefchikt ^
zo dat twee aan den eenen en zo veele
aan den anderen kant een kruis uitmaakeoi
Z y gelyken die van den gemeenen Laurier*
b o om , zynde van onder.bleek en zonder
reuk. Vier o f v y f Bloemen, die w i t ,
foms bleekrood en riekende z y n , fpruiten
uit - de soxels der Bladeren s beftaande uit
één
m
één ftuk, hebberde de gedaante van eeaen
tregter. De Vrucht is zo groot als
een kleine Kersi doch haar vleesch is
w e ek , bleek, en van eenen laffen fmaak;
gedroogd zynde een weinig fcherp, . en
onaangenaam in den mond; dienende, ton
eenen bast voor twee Boonen, die hec
Zaad uitmaaken. Dit is de vermaarde Kof-
fyboom, welken men zo Jang en met z o
Veele moeite den Arabieren zogt afhandi|i
te maaken»
V» Onze Colönien, méen ik , teelen den-
Stelven nu in zeer grooten overvioed, ea
hy geeft veele inkomften.
A. Ja! doch de Arabifche wordt voop
eene beter foort gehouden dan de Suriaaamfche.
Een Boom van ‘vyf o f zes jaa
ren geefc tien ponden Boonen, d ie , na
äftrek van vleesch en bast, vy f pondea
weegfcd, dat Weinig is ; doch hy draagC
tweemaal in elk jaar, wordende ia May
ön Juny, eh däarna, in Oétober en N o vember
ingezameld. ,
V. Hoe gefchiedt dit?
A. Men heeft in eene Lbots eenen
Breekmolen, die den Bast der Boonen
wegneemt» Zo dra dit gefchied is , laaC
men ze éénen nagt in water wecken, en
m e n . wascht ze daarop a f , om ze zuiv
e f te hebben. Vervolgens brengt tarn z§
IV. DEEL. M
h H
I