
.1/ 6' .
Ir» i
T-'-
onzen Koophandel uitipaakt, alzo het binnen
en buitenlandsch Gewas ten grootftea
deele uitgevoerd wordt. De groote en
kleine Scbeepvaart wqrdt daardoor niet al-
leen bevorderd; maar ook ’s Lands uitgaande
en inkomende Regten , Waag- en
Zegelgelden veelvuldig -betaald. En yoegt
g y hierby , hoe veele Molenaars, Win-
k e lie r s , Landlieden en Arbeidslieden daardoor
aan den kost komen ; (een getal ,
O D g e lo q f iy k ,.'.groot>. dan zult: gy Ü moeten
verwonderen, dat de Schepper en Regeer-
der der Waereld, die deszelfs Bewooners
, wil onderhouden hebben , daartoe, onder
anderen deeze eenvoudigei Plant heeft
willen formeereq o f laaten gebruiken.
Hoe weinig dacht hieraan de eerfte Vin-
der van dezelve op Tabago! Eene geringe
zaak is dus, van tyd tot t y d , aan-
gelegd geworden tot bereiking van groote
_oogmerken,
V. En derzelver eigenfchappen zyn ?
A. Ik kan U zeker zeggen, dat deeze
P la n t , gedroogd z y n d e , een halve
Weerwyzer is. Zy toont aan de vogtig-
heid en droogte des Dampkrings. . Een g e droogd
Blad , in huis op eene plaa ts,
daar de Buitenlucht niet is afgeflooten ,
gehangen, zal met eenen Noordelyken
Wind tot fnuif gewreeven, en met eenen
Zul-
Zuidelyken om eenen vinger gewonden kunnen
worden. Als e r , . ’s winters , Vorst
op handen i s , wordt ze • vooraf hard in
het g evo e l, en by eenen aanftaanden dooi
is zy leenig.
V. Dit zyn immers niet alle de eigenfchappen
van den Tabak ?
Ä, Ik merk, waar gy heen w ilt! Gy
b eg e e r t, dac ik U. myne gedachten zal
zeggen van het kaauwen, rooken en fnui-
ven van den Tabak. Zal ik my dan hier
zo veel gezags aanmaatigen ? Gy w e e t ,
hoe veelen er voor , hoe veele er ook
tegen zyn ; en moec ik dan het vonnis
vellen ? Denk , hoe het my vergaan is
met de Schoothonden, met de Thee ,
met de Koffy ! Moet er egter het
booge woord uit? — — ’t Gaat dan
v a s t , dac de beste middelen, mrisbruikt
z yn d e , fchaadelyk v a llen ; en dat d u s ,
wanneer iemant, onder het rooken , ta
veel nuttig fpeekfel uitwerpt , o f , te
fterk fnuivende, veritoppingen in het neus-
. been verwekt, hy die zieh zelve te wy-
ten hebbe. Anders weet men , dat de
laatfte Pest te Nimwegen zieh niet in die
Winkels openbaarde, daar men den Tabak
verkogt. Zy kan dan , gebrand zynde ,
ook andere befmettingen der Lucht ver-
beteren, en moet derhalven onder de ge-
„fcheai
'
: /I ' <i