
i f e i : ' :
« i i S f e ' L ; | '■ , fe
t r / |
. i , 2¡
' ' 1 :
i n .
• , ii;
■ i ;
f L A S. o í, I E> I? 0, B K E Ií.
bet eigentyk VJas heeten, binnen in fi®
holte des houtagtigen Stengels zitten ,
e s , als een dieibaare fch a t , zorgvuldig
daarin bewaard worden; doch dit is eem
dwaaling. Qy behoeft niet anders te doen,
dan eenen gedroogden Stengel te breeken,
en gy zult zien, dat de niet breekende
Vezels o f Draaden buiten op denzeiven
liggen. By het braaken vallen deeze hout/
agcige deelen, gsbrooken zyndej tusfchen
uit deeze Draaden weg.
V, En dan dienen deezen tot l i n n e n ?
■ 4, Dö geheele Plant zou dan maar tot
één gebruik dienen i Neen ! De Knop»
pen der Plant, die het Zaad bevatten ,
worden geflagen, des men van deeze Zaad-.
knoppen Lynolie en iynkoeken maakt,
die beter zy a dan de Olie en de Koe»
ken van Raap- o f Kool - Zaad. De O lie ,
d ie men er uit baak , is, van eenen
ongemeen verzagtenden a ar t, en wordt;
zeer veel in de Geneeskunde gebruikt ,
verzachtende ö f wegneemende verfcheiden
Kwaalen, die uit fcherpe ftoffen ontftaan.
Men gebruikt die ook , wanneer meq
zieh uiterlyk gebrand heeft; hoewel men
zieh veel rasfer geneezen k a n , als men
eene Blaar , by het branden ontvangea,
telkens me| 4zyn doopt; o f , is zy open,.
tP 4e WQUdp fe g doek|e le g t, dat, zon»
O L ia . VEYELS. l i n n e n . 345
der er a f te neemen vóór de volle geneo-
z in g , geduurig beftreeken moet worden
met een mengfel van geklopte ßoomolie,
en het wit van een Ei. De Schilders
kunnen de Olie uit het Zaad van het
Vlas niet misfen, mengende die onder
hunne fchoone Verwen, na dat "ze gekookt
is. In de winterfche avonden brande,
men dezelve ook in de Lampen. Geene
Boeken worden ook zonder dezelve ge-
drukt. De Drukkers - Inkt wordt van deez
e O lie , gemengd met Zw a r tfe l, g emaakt.
In eenen Hongersnood heeft men
bet Zaad tot meel gemaalen, en er brood
van gebakken. Nu gebruikt men h e t, als
de Olie er uit geperst is , tot Lynkoe-
ken, by welken ons Vee zo wél vaart,
En dan..............
V. Dan tot Linnen wilt gy zeggen?
A . . Gewis, dit mögt, die kon hier
niet vergeeten worden! de Vezels o f
Draaden vallen g ro f o f fy n , het geen vaa
de Gronden en van den aart der Plane
fchynt a f te hangen. Eenigen vallen zelfs
zo dun en z a g t, dat kundige Kenners,
gelyk men onlangs daarvan te Amfterdam
de proef nam, dezelven van Zyde niet
konden onderfcheiden. Grooven en fynen,
allen door de hand der Spinfter gegaan,
leveren ons Linnen, waarvan wy gewaa-
y 5 fies
T r ’*»/?
<1
( . fi
f