t
pw $i:
1%
ill¡:
36 rO RME E R lN G VAN ’t ZÄAD.
20 ve ele eenvorniige, en tevens zo ve e le
verfchillende gevallen , dat z e my
b y elke befchouwing eener Bloem , verbaa-
zen , en doen uitroepen : , , O eeuwigs
Kragt en Godlykheid ! Met welk een®
diepe wysheid zyn ook deeze dingen ge-
fch a ap en ! O Wonderen., in vroege E eu wen
, zo ve el wy w e e te n , verborgen ,
in de laateren ontdek t, en nu breedvoer
ig ontvouwd. Hoe groot zyn uwe Werken,
O Reere ! ”
V . Indien de Formeering der Bloemen
zo wonderlyk i s , dat ze ü tot dee'ze
heilige vervoering b r e n g t ; dan kunnen,
dunkt m y , de oogmerken des , Scheppers
in deezen niet gering zyn ?
A. En wanneer zyn dezelven gerin g?
D e e z e hoedanigheid der Bloemen moet
voorzeker zeer bewonderd worden. Z y
maakt eenen band tot ' Maatfchappy onder
de P lan ten , en dringt o n s , ora veelen
b y .elkander te zetren ; yermits zoda.
nigen geen vruchtbaar Zaad ons zullen le .
veren , zo er niet anderen by geílaau
h e b b en , welker Stuifmeel overgevlogen is
in de Kelk der e e r íte n , o f liever ge*
z e g d , in dat binnenííe deel der Bloem,
het welk wy het Merk noemen. Dit gaat
zo v e r , dat fommigen (hoe verwonderlyk
is dit ¡) afgezonderd ítaande , en welken dus
deeze
r O RME E R i N G v a n 'T ZAAD. 37
deeze zamenleving niet gebeuren mag ,•
zullen treuren en fterven^ ;
V . Ve r te il gy my geene Fabelen. _
A Neem er ¿ e lf de proef van! P uk
A i f bloemen van de Meloenen en Kom-
a f . welken
tig Meel uitftrooien; en gy zult • met ver
" L l n g « n dat de
„eene vroehten zollen geeven. Slaa het
r r o » de Kooinakke ts , a l s , er veel
Regen v a l t , die her Stnifmeel der ''®h
affpeeu-, en g y ault daarna »n e ,™ d e n .
dat a l le G r ä a n k o r r e ls , welken dit
detgaan h eb b en , onvrachtbaar
V an t o e v e e l belang is bet ;dan n ,e t,
ten tyd e , dat het Koorn b lo e it , te bid
den, dat de Hemel zonder Regen z y .
Herdenk den wonderbaaren Appelboora t
H e e X d e , C . . De e l blade. 37.- ' " J -
eerften, en bladz. 379 in den tweeden Di uk.)
en gy zult nu klaarer begrypen dat zy-
„ e S a d p i t t e n . daar hy geene open bloe-
fems draagt, onvruchibaar moeten zyn.
n e rL a n d b e ’deh behooren ook daarom nnn-
„ e r Henncp in te
men dei geenen, die v a n andere byllaan
d e Planten h e t 'Stuifmeel o n tv an g en , v o l.
komen. open zyn gewees t: anders » l i e h
„ toch weinig vrnehtbaar Zaad m bunn
fchuoren brengen. ^ P t o t nimmer Bloemkool