
1
■ ¥]■ ' 1 1! 1
' 7 . J .
i J ' !
, i i l ' i l ? '
« i ¡ i ]
III
* 111 "'/'i
I t i 1
l i b i l i ! i'
1»
l<' '
374 e c h o o p d e « p o l e .
en open’ Weivelden ; ter regterhand ee-
nen ondiepen Cirkei van overhooge Beo*
kcboomen , die tot byna aan het Hub
zieh uitbreiden.
V. Waartoe alle deeze voorbereidzels ?
A Gy zult, het ras weeten! Nader
meer by m y , weinig treden van dea
Waterkolk, regt tegen over het Huis *
en herinner Ü thans de Fabel der Her-
fchepping van e c h o in eene Stem, d o o r -
cvmius i(Metamorph. Lih. 111. Fab. 5 .) be>*,
fchreeven . . . . Verhef nu uw geluid, ea
roep eens één, zyner Vaerzen uit. „
Nee prior ipfa hqui didieit refonahilis Eeho i „
V . De Echo antwoort my „ fe/onaMKw
Echo'l, dus een, twee ; drie . . » . dus zeven
fyllaben. ik ben verzet !
A. Zeg nu eens, met eene gelyke M -
de item, een ander zyner Vaerzen. „
I f geminai voces, aúditaque ; verba report at ! , ,
' I ‘ ■ . V . I ■ . \
V. Ik kryg ten antwoord ,, ditaque
verba reportât ! dus een, twee. , drie,
vier . . . . dus agt fyllaben. Eeae nieu-
we verwondering voor my !
A. Noch eens ! fchreeuw „
Ecquis a'deß?. ^ '/adefi re/ponderoi ¡Echo! „
' ' ' - , ' ' : V. Ik
f-:/
E C H O O P D E P O L L . 375
V . Ik hoor zeer klaar , adeft refponderai
Echo ! Ik telle al weer agt fyllaben.
Weik eene fchoone Echo ! Hebt gy iny
hierop willen onthaalen, hier mede zo
aangenaam verrasfen ? '
A. M a a r , de Echo’s kunnen ook - Ne-
derduftsch fpreeken. Vraag eens overluid „
E ch o , kunt gy ook Duitsch? „ •
V. Hoe duidelyk k ryg ik van dezelve
deeze woorden terug „ Ecbo , kunt gy
ook Duitsch !
A. Roep noch eens „
Echo doet de Wouden fpreeken! ,,
V. Z y bootst ook volkomen deeze woorden
na op zo verren afltand. Ik 6 ly f
in dezelfde verbaasdheid !
A. Gy zyt dan voldaan over deeze Echo ^
die niet anders is dan dezelfde trillingeo
der L ucht, door myne ftem gevormd, na
de ftuiting tegen ’t daartoe welgebouwde
Huis tot onze ooren terug keerende ?
V. Gewis ten vollen! Nooit hoorde ik
cr eene, die meer dan ééne o f twee fy l laben
herhaalde.
A. En ik ben niet volfiaan !
V. Waárom niet ? «
A a 4 A. Om
I'l f " iàk 1 \-I
'Al
1
i.
If
' - l i i ■
1 5
^ 4 *
iI if.e
t ,
ini
X - ' ’ i h
i
i 1/
í | í | Í x ''‘ '