
iS !
i ,r;:
S : I,
■1
fl-
72 VOORSPELLENDE. BLOEMEN.
tot vier uuren in den nademiddag. Als g y
dit laatfte in den ochtend z i e t , moogt g y
op dien dag een r e is je , verinaakshalve,
met een open’ rytuig gaan d o en ; o f gy
kunt uwe muffe klederen luchten , en al
wat gy in de vrye Lueht droogen w i k ,
haar buicen brengen: op dien dag zal
het toch niet regenen. Zelfs kunt g y
dan den Landman aanzeggen , dat hy met
maaien möge beginnen , en zyne Hooi-
rooken wyd uitfpreiden' op het v e ld ,
om dat er geea gewoone ßegen op hasden
is. Doch , zo g y ’s morgens ziet ,
dat deeze Bioem zieh geftdotea houd t,
b ly f dan t h u i s e n voorfpei den Land-
Beden , dat het regenen zal , eer de
Avond daalt.
V. Waarom zegt g y , d a t , de Bloem
zieh openendc , geea gewoone Regen op
handen is ?
A. Om dat z y wél den gewoonen R&>
gen voorfpelt ; maar niet den ongewoonen
, dat is», die met een Onweder
komt.
V. Luisteren alle Bloemen naar hei
Weder ?■ , '
A. G e e a z in s ! maar z y fchikken * zieh
naar den tyd. Eenigen openen o f fluiten
zieh op zekere bepaalde uuren, zo n d e r ,
zo ve el w y merken, door- de Luchtsgefteld
REDEN VAN WAKEN EN SLAAPEN. 7 3
fteldheid geregeerd te worden : en a lle n ,
die zieh fluiten o f flaapen, gaan by dage
, doch op verfchillende uuren, weder-
om open , om de verkwikkelyke invloe-
den der Zonne te genieten. Sommigen
evenwel fchynen , gelyk ik zeide , niet
vatbaar voor den flaap te zyn.
y . ' T o t welk einde toch hcefc - de on-
cindig w y ze G o d , die nooit iets zonder
eene gewigtige reden doet , deeze wonderbaare
hoedanigheid aan de Bloemen gegeeven
?
A. Begrypt gy dat n ie t? Hy g a f . dit
aan de K la v e r , /Pimpernel, ea Paardebloemen
, op dat z y door den Storm ea
Regen geene fchaade zouden lyden ; aaa
de Calendula phmalis , op dat z y geen
hinder door het water zou ondergaan \ ea
w y eenen goeden Barometer aan deeze,
Bloemen zouden hebben.
V. Dit begryp ik ; maar ik wilde algeroeen
w e e te n , waarom de andere Bloemen
flaapen.
Ä. Mag ik- niet ze gg en, om de zoetheden
der rust te fmaaken ? z y zyn toch
gevoelig geformeerd van haaren Sch ep p e r :
dan 5 zal ik niet hierby b ew e e ren , dat'
dit flaapen haar gegeeven is tot dingen
van hoog belang , om , ' naamelyk, de
bintienfte deelen der Bloem tegens onguur
X E j ■ W e -