in hedendaagschen stijl gebouwde heerenhuis. Evenwel, ook het
kasteel zelf draagt wat al te veel de bewijzen, dat er de zorgende
hand aan wordt gehouden. Alles is /,geportland” en heeft daar-
door een eentoonige, karakterlooze grijze klenr, die, gevoegd
bij de regte lijnen der mnren en daken, der gevellijsten en der
regelmatig geplaatste vensters, het geheel wat te stijf en wat te
weinig sprekend maakt. De strenge vormen van dezen bürgt
zouden behoefte hebben aan de poezij der tin ten , door den tijd
op het muurwerk getooverd, aan klimop en kamperföelie en
wilden wingert, die hier en daar de eentoonigheid braken, zon-
der het ernstig karakter te schaden. Op Westhoven is aan de
natuur te weinig overgelaten en wat zij zou willen doen, ziet
het op het voorplein, waar de prächtige linde genoeg van den
voorgevel verbergt, om alles, wat zij zien laat, des te treffender
te doen uitkomen. En ziet het aan de achterzijde van het,
huis, waar het hout- en struikgewas vrij spei heeft, om de uit-
springende vleugels zooveel te bedekken, als noodig is , om den
indruk van het geheel te versterken.
Maar afgezien van deze bedenking, die niet door allen zal
worden gedeeld, Westhoven is een deftig en edel huis. Het
heeft aan den voorgevel twee zware ronde torens, waarvan de
eene met kanteelen, de andere met een’ achtkantigen trans en
een hooge kap is versierd. f Is omringd van een breede, holdere
gracht, waarover een steenen brug met ijzeren leuningen
naar den ingang voert. Het voorplein, eveneens in een gracht
gelegen en door de heerlijke linde overschaduwd, heeft aan weers-
kanten stalgebouwen en prijkt met twee slanke torens. Een läge
ninur, waarin het inrijhek is geplaatst, sluit het aan de voor-
zijde af. Längs het gebouw loopt een statige laan en daarvoor
ligt een ruim, open terrein, met gazons en waterpartij en eer-
waardig geboomte. Van binnen is het huis niet te zien, inaar
de welwillendheid der eigenaresse, Mevr. de B r u i j n— Bod-
d a e r t , heeft ons den toegang vergund. Dat wij er niet veel
meer zullen aantreffen uit den tijd, toen Westho v e n het lust-
verblijf der magtige abten van Middelburg was, verwachten wij.
HET TTITWENDIGE VAN HET KASTEEL. 133
Wat vooral de abten F l o r i s van S c h o o n h o v e n , Ma t h i a s
van He e swy c en de eerste bisschop Ni c o l a u s de Ca s t r o er
tot versiering en verbetering van hun geliefkoosd zomerverblijf
hadden aangebragt, ging te niet, toen B a r t o l d E n t e n s van
Me n t h e d a in 1572 den brand in ’t kasteel had gestöken. De
buitenmuren bleven gespaard, maar het inwendige werd door de
vlammen vermeid. En nog in het midden der vorige eeuw had
de toen malige bezitter het achtergedeelte, dat vervallen was,her-
steld en vooral de bovenkamers //ruimer en welvoegelijker ge-
schikt.” Wij vinden dan ook die kamers, zoowel als de beneden-
zalen, (/ruim en welvoegelijk” . ’t Zijn groote, vierkante, helder
verlichte, uitstekend onderhouden vertrekken, waaraan het te
zien is , dat ook de latere bewoners het huis lief hadden en in
eere hielden. Maar wij vinden er weinig, dat antiek is, tenzij
dan den vloer van tegels en het fraaije buffet van Spiegelglas in
de eetkamer. Aan beide zijden der groote vestibule ligt een ruime
kamer, die met den daaraan grenzenden toren gemeenschap heeft.
Een breede männeren gang daar achter beslaat bijna de geheele
breedte van het hoofdgebouw en leidt naar twee trappen in de
zijgevels en naar de vleugels, waarin aan den eenen kant de
schoone zaal, met de in vergulde lijstJ gevatte spiegelruit boven
den schoorsteenmantel, aan den anderen kant de verbazend groote
keuken wordt gevonden. Tegenover de vestibule is een klein,
vrolijk halfrond zaaltje, met openslaande ramen , die toegang geven
tot het plein achter het huis, door een brug met den tuin ver-
bonden. Eertijds was dit plein gesloten door den achtervleugel,
die op de plaat bij Sma l l e g a n g e als ru'ine te zien is. Op den
bovengang hangt eene oude schilderij, die We s t h o v e n in het
midden der 17,Ie eeuw vertoont. Daaruit, gelijk ook uit de
andere talrijke afbeeldingen, blijkt, dat vooral de voorburgt
vrij wat veranderd is. Destijds was ook de voormuur daarvan
opgetrokken en rees ook aan die zijde het dak uit een’ gekan-
teelden trans op, terwijl in een’ Vierkanten toren de voorpoort
was aangebragt. Dergelijke torens met poorten stonden ook aan
beide zijden van het plein, dat aldus een drietal ingangen over