Het getuigenverhoor (bk. 252) betreffende den onden loop van den IJsel
is te vmden Ov e r i j s e l s c h e A lma n a k 1852, bk. 6 e v
Over de oudste oorkonden betreffende Doesbnrg en vordere in den tekst
voorkomende plaatsen is te vergelijken S l o e t ’s, O o r k o n d e n b o e k over 't
arehief van Doe sbnr g, Ni jbof f , Bi jdr agen, N. B. deel I I , over Wemme r
v a n B e r c h em dezelfde Bijdragen: Y III, IX , X. Volgens mededeeling van
den beer fl J. W. Baron v a n P a l l a n d t van Ke p p e l bestaat te-Doesbnrg
nog het vaste geloof, dat ergens in den grond zoven gonden apostelbeeiden
Z1J“ I °rg0n’ en. als er er§enä “ den grond wordt gewerkt, is ’t wacht-
woord: .denk aan de beeiden." Wellig tis f e e n herinnering aan densebat,
die mdertijd werkelijk aldaar is gevonden.
Over de kerk te D r emp t is te vergelijken Geld. Al m 1865
Van den Hl e n p a s bestaat een afbeelding in de C h a t e a u x et monu-
me n t s des Pa ys -Ba s , | vervolg der Vo ya g e p i t t o r e s q u e van Mr .de
Cloet . Het leenregister van Gelderland bevat niets omtrent deze havezathe
volgens mededeeling van den archivaris Jbr. v a n B i em sd ijk .
Omtrent Ke p p e l is vooral te raadplegen Ni j hof f ’s Bi jd r a g e n IX.
1 u v T 001* Zaal iS e6n vertrek- door' Lodewijk XIV als slaapkamer
gebrmkt. Volgens het oordeel van H. M. Koningin A n n a P a n l own a was
het hier beraten d e portret van Czar P e t e r I het beste dat haar bekend was.
De bezitters van E n g h u i z e n zijn opgegeven in den Geld. Alm 1880
De hof E n g h u s e n , die in 1269 aan de Dnitsehe orde behoorde (Ni,’h of f '
B ijd r. V, blz. 105. Aankond. en Berigten), zal waarschijnlijk ’t goed van
dien naam nabij Doesbnrg zijn geweest.
Een afbeelding van het huis is opgenomen in V e r h e e r l i j k t Nede r -
a n d en hoe ’t zieh in het begin dezer eenw vertoonde, is te zien in de
b n a t e a u x e t mo n n me n t s.
Een|besehrijving van den Krni sb. e rg met opgave van veel bijzonder-
heden, is te vmden in het jaarboekje E r i c a van 1875.
De geschiedenis van de bestorming van Ha g e n is ontleend aan het
arehief van Doetiehem. (Ni jhof f , B ijd r . H. B. deel II.) Door de welwillend-
eid van Jhr. v a n E ie r n sdi jk werd mij nit het leenregister meegedeeld
aat met Hagen zpn beleend:
Elsebe Margaretha van Baer, wednwe Hans Christoffel van der Schuy-
ren. loo2. ‘ J
Erederyck van en tot de Schuyren , hetzelfde jaar.
Judith Ermgard v. d. S., eehtgenoote van Pr. van der Capelle tot den
Boedelhof — erve haars broeders — 16Ö0.
Haar zoon Alexander v. d. C. 1687,
Hans Christoffel v. d. C. 1712.
Jasper Gerrit v. d. C. 1733.
Frederik Jacob Derk v. d. C., erve zijns broeders, 1748.
Johan Derk, erve zijns vaders, 1780.
Anna Elisabeth, erve haars vaders, 1788.
Budolf Christiaan van Bechteren, man van A. E. v. d. Capelle.
In het verslag omtrent het arehief van Doetiehem is te lezen de brief
over de klok. De uitnoodiging aan de regering van Groenlo om den doop
dier klok-na den brand bij te wonen, Ni j hof f , Bi jdr . Dl. 5.
Van de Kemn a d e is in 't leenregister niets te vinden, ’t was tronwens
een Cleefsch leen. (Vgl. K r o n i e k v a n ’t U t r . gen. jaarg. VI I , bk. 18
en 22.)
Over fleisch is te vergelijken v a n Spa en. Inl. L bk . 358 e. v.
Verslag omtrent het grafelijk Bergsehe arehief (N ij h. B ij d r. Deel 5 passim.)
Jbr. van Bi emsdi j k deelde mij ’t extract uit het leenregister mede.
Dat Slot ende Hnys te r Borch met den
Voorgeboreht end Cingel opder aider Issel van
alts gelegen to t Zutphensehen recht ontfinck.
Johan heer to Wisoh, anno 1502.
Joachim heer to Wisch, erve sijns oldevaders Johan 1528.
Walburg v. d. Berge, Osewolts dochter wede. Henrik heeren to Wisch,
erve harer soona Joachims 1544. Eadem behelt vermöge seker verdrach tus-
schen haer ende harer dochter Ermgart gemael Joriens Graven to Limborch
h. to. Stimm, thuys ter Borch enz., mits daarin niet zalbegrepen zijn eenige
hoogheid, heerlijkheid of ander goed, dat uit den huize ter Borch eertyds
geregeerd werd bij den heer van Wisch 1544.
De weduwe Gravin v. Stimm Vrou to Wisch, beleend 1553, 1557.
Joost Grave to Limborg ende Bronckhorst, heer to Wisch Stimm ende
Borculo, als erve sijner oldemoder Ermgart, beleend 1615.
Georgien Ernst Grave to Limborg beleend bij broederlijke scheiding
1626, tucht sijn gemaelinne, Magdalena geb. Gravin to Benthem 1636.
Vrouwe Maria Magdalena Vorstiune Douairiere van Nassouw, Gravin toe
Limborch en Bronckhorst, erve van haar vader G. E. Gr. toe L. en B r .,
bei. 1662. Zij als weduwe draagt op aan de Staten van Gelderland verscheiden
allodiale goederen, om. met dit leen geconsolideerd te worden, 1693.
Marie Dorothee, Eleonore Charlotte ende Emilia Louisa, vau Nassau, erf-
genamen haers grootmoeders, Maria Magdalena en uit kragt van desselfs
testament boleent 1709.
Albert Frederik Prins in Pruisen, Markgraaf tot Brandenburg, pro se en